Vragen van het lid Paulus Jansen (SP) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de minister van Veiligheid en Justitie over de juridische procedure van asbestslachtoffers (ingezonden 16 juni 2011).

Mededeling van staatssecretaris Atsma (Infrastructuur en Milieu) (ontvangen 27 juni 2011).

Vraag 1

Hoe vaak wordt een beroep gedaan op de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS-regeling)? Hoe vaak wordt een beroep gedaan op de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van asbest (TNS-regeling)?

Vraag 2

Is bekend hoe vaak het voorkomt dat asbestslachtoffers tegelijkertijd een beroep doen op zowel de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS-regeling) als de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van asbest (TNS-regeling)?

Vraag 3

Kent u de uitspraak van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 3 mei 2011?1 Is volgens u de consequentie van deze uitspraak dat voortaan twee verschillende procedures moeten worden gevolgd voor enerzijds de loondienstgerelateerde asbestslachtoffers en anderzijds de niet-loondienstgerelateerde asbestslachtoffers, omdat men bij de TAS-regeling na de bezwaarfase bij de bestuursrechter terecht komt en men bij de TNS-regeling voor beroep rechtstreeks naar de Raad van State moet? Kunt u uw antwoord en het verschil in deze procedures toelichten?

Vraag 4

Waarom is het nodig om voor twee identieke regelingen, die via de Sociale Verzekeringsbank lopen, twee verschillende rechtsgangen te hanteren? Deelt u mijn mening dat het efficiënter en kostenbesparend zou zijn om voor beide regelingen voor een financiële tegemoetkoming voor asbestslachtoffers zoveel mogelijk dezelfde procedure te hanteren? Zo niet, waarom niet?

Vraag 5

Hoe gaat u voorkomen dat deze verschillen in procedures voor asbestslachtoffers een aanzienlijke verzwaring van de juridische lijdensweg opleveren, nu het voor kan komen dat het slachtoffer bij afwijzing van een gecombineerde aanvraag twee verschillende juridische procedures moet doorlopen, bij twee verschillende rechters, en twee keer griffierecht moet betalen? Welke maatregelen gaat u nemen om tegemoet te komen aan de belangen van asbestslachtoffers en deze procedures te vereenvoudigen? Bent u bereid zo nodig de wet hiertoe te wijzigen?

Vraag 6

Bent u eveneens bereid om de termijn voor de aanvraag te verruimen, mede met het oog op het zeer progressieve ziekteverloop van mesothelioom, zodat nabestaanden meer tijd krijgen voor verwerking en rouw en vervolgens tot enkele maanden na het overlijden van het slachtoffer alsnog een aanvraag in kunnen dienen? Zo niet, waarom niet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de schriftelijke vragen van het lid Paulus Jansen (SP) over de juridische procedure van asbestslachtoffers (ingezonden 16 juni 2011), niet binnen de gestelde termijn zal kunnen plaatsvinden omdat nadere afstemming met andere departementen vereist is.

Na deze afstemming zal ik u zo spoedig mogelijk een antwoord geven op de gestelde vragen.


X Noot
1

www.rechtspraak.nl, LJN: BQ4208, Rechtbank ’s-Hertogenbosch, 3 mei 2011.

Naar boven