Vragen van de leden Kuiken en Marcouch (beiden PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het waarborgen van de veiligheid bij het opstellen van dekkings- en spreidingsplannen voor de brandweer en de keuze voor een afwijkende voertuigbezetting (ingezonden 27 april 2011).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 17 juni 2011).

Vraag 1

Herinnert u zich de vragen en antwoorden over het schrappen van brandweerwagens in de veiligheidsregio Middden- en West-Brabant?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de ontwikkeling van één landelijk kazernedekkingsmodel, zoals uw voorganger toezegde te zullen bespreken met het Veiligheidsberaad? Is er bij de opstelling van het spreidings- en dekkingsplan van de veiligheidsregio Midden en West Brabant gebruik gemaakt van dit landelijk spreidingsmodel? Zo nee, op welk model is het plan dan gebaseerd?

Antwoord 2

Op dit moment worden in het land drie verschillende rekensystematieken gebruikt om de brandweerdekking en kazernespreiding te berekenen. Midden- en West Brabant maakt hier ook gebruik van. Ik ben voorstander van één landelijk afwegingskader (inclusief rekenmodel) voor het vaststellen van opkomsttijden en het maken van regionale dekkingsplannen. Dit bevordert de uniformiteit en éénduidigheid maar ook de samenwerking.

De Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) is het project «ImplementatieBegeleiding Dekkingsplannen Brandweer» (IBDB) gestart, waarbinnen landelijke afspraken worden gemaakt over standaardisatie van de registratie van opkomsttijden en van de presentatie van de resultaten daarvan. Vanuit het Veiligheidsberaad is steun uitgesproken voor dit project. Bij het ontwerpen van het dekkings- en spreidingsplan in de veiligheidsregio Midden- en West-Brabant was er nog geen landelijk dekkings- en spreidingsmodel beschikbaar.

De definitieve uitkomsten van het landelijke project zullen door de veiligheidsregio Midden- en West-Brabant zo nodig worden meegenomen in een volgende versie van het dekkingsplan. In het Algemeen Overleg Brandweer van 25 mei jongstleden heb ik tevens met de Kamer afgesproken dat ik zorg voor een landelijk dekkingsplan, dat het totaalbeeld geeft van de landelijke brandweerdekking in Nederland (inclusief de spreiding van specialismen en bovenregionale samenwerking) en dat is gebaseerd op de 25 regionale dekkingsplannen.

Vraag 3

Wordt door de veiligheidsregio Midden- en West-Brabant (MWB) afgeweken van de opkomsttijden die vastgelegd zijn in het Besluit veiligheidsregio’s? Zo ja, hoe algemeen of specifiek geformuleerd zijn deze afwijkingen en welke gronden zijn gebruik al vereiste motivering?

Antwoord 3

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant geeft aan te handelen binnen de tijdsnormen uit het Besluit veiligheidsregio’s voor wat betreft de opkomsttijd. De veiligheidsregio geeft aan dat daar waar deze opkomsttijden niet kunnen worden gehaald, een zorgvuldige afweging plaatsvindt en het bestuur de keuze van de locatie en de mate van de afwijking motiveert. Dit kan alleen als er voorzien is in compenserende maatregelen op het gebied van risicobeheersing, preventie en repressie.

Vraag 4

Kunt u informatie verstrekken over de afwijkingen van de opkomsttijden ten opzichte van de norm, zoals andere veiligheidsregio’s die opgenomen hebben in hun plannen, evenals de breedte waarmee die afwijkingen geformuleerd zijn en de motivering? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Zie antwoord op onderstaande vraag 5.

Vraag 5

Heeft u inzicht in de ontwikkeling van de opkomsttijden van de brandweer die de veiligheidsregio’s als basis nemen van de dekkings- en spreidingsplannen? Zo ja, kunt u een volledig overzicht geven van de nagestreefde opkomsttijden geven van de verschillende brandweerkorpsen? Zo nee, wilt u hier onderzoek naar doen?

Antwoord 5

Ik heb op dit moment geen overzicht per regio van de gehanteerde opkomsttijden of van de eventuele afwijkingen van de opkomsttijden in de verschillende regio’s. De opkomsttijden zijn vastgelegd in het Besluit veiligheidsregio’s en zijn daarmee een bestuurlijke, decentrale verantwoordelijkheid waarover in de gemeenteraad verantwoording wordt afgelegd. De suggestie voor het opstellen van een landelijk afwegingskader wordt door het Veiligheidsberaad opgepakt.

Om een beeld te krijgen van de opkomsttijden in Nederland komt er, in opdracht van mijn Ministerie en het veiligheidsberaad, een onderzoek naar de daadwerkelijk gerealiseerde opkomsttijden en de (bestuurlijke) afwijking hiervan. Hierbij wordt rekening gehouden met de locaties waar van de normtijden wordt afgeweken evenals de zogenaamde automatische doormeldingen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (IOOV) en de uitkomsten worden voor het eind van het jaar 2011 gerapporteerd aan uw Kamer. De onderzoeksopzet van dit onderzoek wordt u, zoals toegezegd, binnen enkele weken toegezonden.

Vraag 6

Vindt in de veiligheidsregio Midden- en West-Brabant ook een proef plaats met voertuigbezetting?

Antwoord 6

Nee, in de regio Midden- en West-Brabant vindt geen proef plaats met variabele voertuigbezetting.

Vraag 7

Kloppen de gegevens uit de quickscan voertuigbezetting nog? Is er sinds de publicatie van deze quickscan sprake van een tijdelijke bevriezing van verdere proeven tot deze proeven onderzocht zijn? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Op dit moment vinden die experimenten plaats die zijn opgenomen in de quickscan. De NVBR monitort de voorgang van deze experimenten. Met de IOOV heb ik inmiddels afgesproken dat zij participeren in de evaluatie van het project Variabele voertuigbezetting en ook een oordeel op zullen leveren over de onderzoeksopzet. Op dit moment heb ik geen aanwijzingen dat er wijzigingen hebben plaatsgevonden in de gegevens uit de quickscan. De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de pilots voertuigbezetting is een verantwoordelijkheid van het lokaal/ regionaal bestuur waaraan heldere eisen zijn geformuleerd.

Vraag 8

Hoe voorkomt u dat veiligheidsregio’s op financiële gronden zoveel mogelijk de grenzen van het Besluit veiligheidregio’s opzoeken door generiek af te wijken van de vastgestelde opkomsttijden en voertuigbezetting, waardoor de veiligheid van brandweerlieden en burgers in gevaar kan komen?

Antwoord 8

Alle veiligheidsregio’s zijn gebonden aan de tijdsnormen die vastgelegd worden in het Besluit Veiligheidsregio’s. Het is niet mogelijk om hier generiek van af te wijken. Als het bestuur van een veiligheidsregio voor bepaalde locaties opkomsttijden vaststelt die afwijken van de tijdsnormen, dan vindt een zorgvuldige afweging plaats en motiveert het bestuur de keuze van de locatie en de mate van de afwijking. In de gesprekken die ik heb gevoerd met de veiligheidsregio’s krijg ik terug dat dit uitermate zorgvuldig gebeurt.


X Noot
1

Vragen van de leden Kuiken en Marchouch (beiden PvdA), 3 maart 2011, (vraagnummer: 2011Z04280).

Naar boven