Vragen van de leden Koppejan en Verburg (beiden CDA) aan de staatssecretaris en de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (ingezonden 15 maart 2011).

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de staatssecretarissen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 30 mei 2011). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 2379.

Vraag 1 en 2

Wat is uw reactie op het bericht dat op het moment dat jongeren 18 jaar worden ze per direct verplicht worden de premie van de Zorgverzekeringswet te betalen, maar dat zij in het ongunstigste geval soms drie maanden moeten wachten voordat zij recht hebben op studiefinanciering en geen mogelijkheden hebben om de zorgverzekeringspremie te betalen?

Erkent u dat het probleem, dus dat jongeren in het ongunstigste geval pas na drie maanden na hun 18e verjaardag studiefinanciering krijgen, en wel maandelijks zorgverzekeringspremie moeten betalen, niet opgelost is als studenten (zowel MBO- als HBO-studenten) voor hun 18e verjaardag de studiefinanciering aanvragen?1

Antwoord 1 en 2

Iemand die verzekerd is ingevolge de Zorgverzekeringswet is premieplichtig vanaf de achttiende verjaardag. Vanaf dat moment ontstaat ook recht op zorgtoeslag. Zorgverzekeraars sturen enige weken voor het bereiken van de achttienjarige leeftijd een bericht aan de jongere waarin wordt meegedeeld dat het bereiken van de achttienjarige leeftijd gevolgen heeft voor de tot dan toe kosteloze basisverzekering, voor de eventuele aanvullende verzekering, en dat zorgtoeslag kan worden aangevraagd.

Ouders en/of verzorgenden hebben onder voorwaarden tot en met het kwartaal waarin hun kind 18 jaar wordt recht op kinderbijslag. Voor jongeren in het mbo gaat daarna de studiefinanciering in. Als de jongere op de eerste dag van een kwartaal recht heeft op studiefinanciering, bestaat voor die jongere over dat kwartaal geen recht meer op kinderbijslag. Dat is in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet zo geregeld, om dubbele aanspraken te voorkomen. De kinderbijslag stopt met ingang van het kwartaal volgend op dat waarin de 18e verjaardag wordt bereikt. Voor jongeren in het hoger onderwijs kan de studiefinanciering eerder ingaan dan na het bereiken van de 18e verjaardag.

De plicht tot betalen van de nominale premie ontstaat met ingang van de achttiende verjaardag. Het kan dus inderdaad gebeuren dat een studerende gedurende het eerste kwartaal dat hij meerderjarig is geworden wel reeds zorgpremie moet betalen, maar nog geen studiefinanciering ontvangt. Hier staat tegenover dat de ouders en/of verzorgenden van het kind over dit kwartaal nog kinderbijslag ontvangen.

Vraag 3

Klopt het voorbeeld gegeven door Zorgbelang Gelderland, dat een jongere die op 2 januari 18 jaar wordt, pas recht heeft op studiefinanciering vanaf 1 april (zowel MBO als HBO student)? Zo ja, waarvan moet een jongere de zorgverzekeringspremie betalen als deze niet terug kan vallen op zijn of haar ouders? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 3

Het recht op studiefinanciering gaat in het gegeven voorbeeld in op 1 april.De jongere is premieplichtig met ingang van de maand volgende op de 18e verjaardag en heeft vanaf die maand ook recht op zorgtoeslag. De zorgtoeslag is niet toereikend om de gehele nominale premie te voldoen. De verzekerde moet het verschil zelf bijbetalen. Als een jongere de premie niet zelf kan betalen zullen in de regel de ouders, die immers tot de 21ste verjaardag van meerderjarige kinderen een onderhoudsplicht hebben, dit betalen. De ouders hebben zoals in het antwoord op de vragen 1 en 2 is aangegeven tot en met het kwartaal waarin een jongere de 18-jarige leeftijd bereikt recht op kinderbijslag.

Vraag 4

Erkent u dat dit probleem juist voor jongeren in de jeugdzorg extra lastig is omdat zij niet altijd financieel terug kunnen vallen op hun ouder(s), en dat vaak de jeugdzorg voor hen eindigt op het 18e jaar en zij ineens zelfstandig moeten wonen? Zo ja, wat gaat u specifiek voor deze groep jongeren doen om hen hierin te ondersteunen?

Antwoord 4

Helaas is het zo dat sommige jongeren op hun 18e verjaardag en bij het beëindigen van hun zorgtraject niet kunnen terugvallen op ouders of hun sociale omgeving voor begeleiding en ondersteuning naar zelfstandige participatie. Als deze jongeren extra begeleiding nodig hebben, kan de gemeente hen daarbij ondersteunen. Binnen jeugdzorgorganisaties en de trajecten die zij jongeren aanbieden wordt steeds meer ingezet op de behoeftes en problemen die spelen op de verschillende leefgebieden, zoals onderwijs, financiën en huisvesting. In dit verband breng ik graag het boekje «Achttien is de deadline, voorzorg in de jeugdzorg» onder uw aandacht. Dit boekje is uitgegeven door het Landelijk Cliëntenforum Jeugdzorg en biedt praktische tips ter voorbereiding op het bereiken van de leeftijd van 18 jaar en de overgang naar volwassenheid.

Vraag 5

Erkent u het probleem dat jongeren vaak voor het minimale zorgverzekeringspakket  kiezen terwijl dit voor jongeren met bijvoorbeeld een chronische aandoening (zoals ADHD of PDD-NOS) verstandig kan zijn om voor een aanvullende zorgverzekeringspakket te kiezen? Bent u bereid om juist deze kwetsbare groep jongeren hierin extra voorlichting te geven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dit doen?

Antwoord 5

Het is mogelijk dat sommige jongeren gebaat zijn bij een aanvullende verzekering omdat sommige zorgverzekeraars in hun aanvullende pakket ook geneesmiddelen vergoeden die niet in de basisverzekering zijn opgenomen. Voorlichting over specifieke aandoeningen – ook aan jongeren – wordt in de regel door patiëntenverenigingen verstrekt en ook op internet is hierover veel te vinden; ook op websites gericht op jongeren. Ik ben van mening dat deze specifieke voorlichting niet past in de algemene voorlichtingsactiviteiten over de zorgverzekering.

Algemene doelgroepgerichte voorlichting aan jongeren wordt verzorgd door de Stichting De Ombudsman te Hilversum. Via flyers en een website worden jongeren aangespoord een zorgverzekering af te sluiten, in combinatie met het aanvragen van zorgtoeslag. Flyers voor jongeren worden verspreid onder scholen, bibliotheken en hulpverleningsinstanties gericht op jongeren, waaronder de JIP’s (Jongeren Informatie Punt).

Sinds de inwerkingtreding in september 2009 van de Wet structurele maatregelen wanbetalers zorgverzekering worden jongeren ook over de wanbetalersregeling geïnformeerd. Er wordt gewezen op de premieplicht vanaf de 18e verjaardag, de mogelijkheid zorgtoeslag aan te vragen en het belang van betalen, om te voorkomen dat een jongere wanbetaler wordt. Stichting De Ombudsman heeft in dit kader voorlichting gegeven op scholen en buurtcentra, aan jongeren en aan ouders. Ook met de Stichting Zwerfjongeren Nederland is overleg geweest en er is informatie geschreven voor hun website.

Stichting De Ombudsman heeft – omdat jongeren veel gebruik maken van interactieve mediaberichten geplaatst op fora waarop jongeren komen.

De Stichting De Ombudsman zal ook in 2011 de doelgroepgerichte voorlichting aan jongeren voortzetten.

Vraag 7

Bent u bereid de optie te hanteren om de jongere direct wanneer deze 18 wordt diezelfde maand ook studiefinanciering uit te betalen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Ik acht dit niet wenselijk. Uit het antwoord op vraag 1 blijkt dat de kinderbijslag een kwartaalsysteem heeft waarop het systeem van de studiefinanciering aansluit. Aanpassing van de kwartaalsystematiek in een maandsystematiek is ongewenst. Het naar voren halen van studiefinanciering zou neerkomen op het toekennen van extra maanden en dat is een ondoelmatige oplossing.

Vraag 6 en 8

Bent u bereid een oplossing voor deze groep jongeren te zoeken  door bijvoorbeeld de zorgverzekeringspremie in te laten gaan in het kwartaal nadat de jongere 18 jaar wordt, en het gelijk loopt aan de studiefinanciering? Zo nee, waarom niet?

Bent u bereid de belofte gedaan door uw ambtsvoorganger in antwoord op vragen van het lid Van Gerven om naar oplossingen te zoeken na te komen en te kijken «wat er kan»?2

Antwoord 6 en 8

Het gesignaleerde probleem doet zich niet alleen voor in de genoemde situatie maar geldt voor iedereen die (voor het eerst) financieel onafhankelijk wordt. Ook iemand die op zichzelf gaat wonen en voor het eerst gaat werken zal ontdekken dat huur, energie en boodschappen al betaald moeten worden, terwijl het salaris pas achteraf wordt ontvangen. Ook dan zal iemand zich op een dergelijke situatie moeten voorbereiden.

Ik acht het niet wenselijk en ook niet nodig om voor deze groep jongeren specifieke maatregelen te treffen. Zoals uit de beantwoording op de vragen 1, 3 en 4 blijkt, zijn de regels op dit punt op elkaar afgestemd. Daarnaast worden jongeren in voldoende mate geïnformeerd over belangrijke wijzigingen die verband houden met de betaling van de zorgverzekeringspremie wanneer zij achttien worden.

Vraag 9

Kunt u deze vragen beantwoorden voor het algemeen overleg Studiefinanciering van 6 april 2011?

Antwoord 9

Als gevolg van noodzakelijke afstemming tussen diverse ministeries is dit niet mogelijk gebleken.


X Noot
1

Brief van Zorgbelang Gelderland, «Problemen 18+ en zorgverzekeringspremie», 29 maart 2011.

X Noot
2

Stenografisch verslag van het wetsvoorstel «Wijziging van de Zorgverzekeringswet en andere wetten met het oog op het verzwaren van het premie-incassoregime en andere maatregelen om de werking van het met die wet en de Wet op de zorgtoeslag in het leven geroepen stelsel te optimaliseren (verzwaren incassoregime premie en andere maatregelen zorgverzekering) (30 918)»,vergadering van 7 juni 2007.

Naar boven