Vragen van de leden Hachchi, Van Veldhoven (beiden D66) en Van Gent (GroenLinks) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretarissen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en Infrastructuur en Milieu over de lekkage van benzinedampen bij de ISLA-raffinaderij (ingezonden 23 maart 2011).

Antwoord van minister Donner (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 29 april 2011)Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 2277.

Vraag 1

Klopt het dat vorige week meer dan 1 000 kinderen geen onderwijs hebben kunnen volgen wegens ernstige stankoverlast door de ISLA raffinaderij?12

Antwoord 1

De mediaberichten spreken inderdaad van dit aantal. Ik kan dat niet bevestigen.

Vraag 2

Waardoor is deze stankoverlast veroorzaakt? Klopt het dat er sprake zou zijn van een lekkage van benzinedampen? Wanneer is de stankoverlast geconstateerd? Zijn er voor mens en milieu schadelijke stoffen vrijgekomen?

Antwoord 2

Ik kan de gevraagde informatie niet vertrekken en zij valt niet onder de informatie waarvoor artikel 68 van de Grondwet geldt. Het is de regering van Curaçao die verantwoordelijk is voor het milieubeleid, voor de uitvoering daarvan door de relevante Curaçaose overheidsinstanties en voor de informatieverstrekking naar het Curaçaose parlement en de bevolking.

Vraag 3

Wanneer waren er meetgegevens voorhanden over de luchtkwaliteit ter plaatse? Gaven deze meetgegevens aanleiding om handhavend op te treden? Zo ja, is daartoe ook overgegaan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Zie het antwoord bij vraag 2.

Vraag 4

Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat meer malen per jaar tot evacuatie van scholen en omwonenden wegens door de ISLA veroorzaakte stankoverlast moet worden overgegaan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Het is uiteraard onwenselijk indien scholen moeten worden ontruimd door overlast veroorzaakt door een bedrijf.

Vraag 5

Wat is de stand van zaken van de ontwikkeling van alternatieven voor de ISLA raffinaderij? In hoeverre worden de afspraken rond het SEI op dit moment nageleefd? Op welke wijze wordt het gevolg van de door de ISLA raffinaderij veroorzaakte verontreiniging verwerkt in de nota Caribische Natuur?

Antwoord 5

In januari van dit jaar heb ik met Curaçao in het kader van het Sociaal Economisch Initiatief (SEI) de volgende afspraken gemaakt met betrekking tot de toekomstvisie op de raffinaderij:

  • Uiterlijk 1 februari 2011 stuurt de regering van Curaçao een brief waarin wordt aangegeven welke factoren betrokken worden bij de toekomstvisie op de raffinaderij en hoe deze onderling worden gewogen. Deze brief heeft u begin februari ontvangen met daarbij een eerste deel van een kostenbaten analyse van verschillende opties voor de raffinaderij.

  • Uiterlijk 1 april 2011 stuurt de regering van Curaçao een door de Curaçaose ministerraad vastgestelde conceptbeleidsvisie op de raffinaderij. Deze heb ik ontvangen en stuur ik u hierbij.

  • Uiterlijk 31 oktober 2011 stelt de Raad van Ministers van Curaçao een plan van aanpak voor de raffinaderij vast.

De afspraken die in januari van dit jaar omtrent het SEI zijn gemaakt worden tot nu toe nageleefd.

Het Natuurbeleidsplan voor Caribisch Nederland voor de periode 2011–2016 betreft alleen de eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Het natuur- en milieubeleid op Curaçao, Aruba en Sint Maarten is een autonome verantwoordelijkheid en daardoor primair een aangelegenheid van regering en parlement aldaar.

Vraag 6

Bent u van mening dat de handhaving van de aan de ISLA raffinaderij gestelde voorwaarden met het oog op het uitblijven van een adequate bestuurlijke reactie op de frequente, voor mens en milieu schadelijke uitstoot een Rijksaangelegenheid is? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

De regering van Curaçao heeft meermalen aangegeven dat het de geldende milieunormen wat betreft de uitstoot door de raffinaderij zal handhaven. Zulks is ook door middel van een rechterlijke procedure afgedwongen. Ik zie geen aanleiding het milieubeleid op Curaçao tot Koninkrijksaangelegenheid te maken.

Vraag 7

Bent u bereid om de regering van Curaçao te vragen welke stappen zij onderneemt in reactie op deze recente ontwikkelingen?

Antwoord 7

De situatie betreffende de raffinaderij is een terugkerend onderwerp in mijn besprekingen met de regering van Curaçao. Tijdens mijn meest recente reis heb ik mij laten informeren over de huidige situatie en de bezorgdheid van de Tweede Kamer omtrent de milieuaspecten overgebracht. Deze zorgen worden overigens – zoals ook blijkt uit de meegestuurde brief – gedeeld door de Curaçaose regering.3


X Noot
1

«Stank Isla noopt scholen leerlingen naar huis te sturen?»

X Noot
2

SMOC, «Benzeen: wat is het gevaar?»

X Noot
3

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven