Vragen van het lid Dibi (GroenLinks) aan de minister voor Immigratie en Asiel over een homoseksuele Iranese cartoonist die door de IND niet wordt geloofd (ingezonden 6 april 2011).

Mededeling van minister Leers (Immigratie en Asiel) (ontvangen 26 april 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht over een homoseksuele Iranese cartoonist die door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) niet wordt geloofd en wordt beschuldigd van plagiaat?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat het mogelijk is dat een cartoonist een vergelijkbare cartoon kan tekenen als een andere columnist zonder dat zij van elkaars tekeningen afweten?

Vraag 3

Deelt u voorts de mening dat de vrijheid van meningsuiting een groot goed is en Nederland op de bres moet springen indien deze vrijheid onder druk staat in binnen- en buitenland?

Vraag 4

Deelt u de mening dat cartoonisten die hun leven niet zeker zijn in het land van herkomst in Nederland moeten kunnen rekenen op bescherming?

Vraag 5

Op basis van welke informatie komt u tot de conclusie dat er sprake is van plagiaat?

Vraag 6

En op basis van welke informatie komt u tot de conclusie dat deze jongeman gelet op zijn geaardheid en politieke opvattingen geen risico’s loopt in het land van herkomst?

Vraag 7

Hoe beoordeelt u het besluit van de IND om de asielaanvraag van deze jongeman af te wijzen?

Vraag 8

Bent u bereid het besluit van de IND inzake deze zaak in heroverweging te nemen? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Naar aanleiding van de schriftelijke vragen van het lid Dibi (GroenLinks) over een homoseksuele Iranese cartoonist die door de IND niet wordt geloofd, die werden ingezonden op 6 april 2011, deel ik u mee dat het niet mogelijk is deze vragen binnen de gestelde termijn te beantwoorden. De oorzaak hiervan is dat nog niet alle gegevens zijn verkregen die voor de beantwoording nodig zijn.

Beantwoording zal plaatsvinden zodra alle informatie is verkregen.


X Noot
1

de Volkskrant, 4 april 2011.

Naar boven