Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de strijd tussen de regering en de veiligheidsdienst op Curaçao (ingezonden 24 februari 2011).

Antwoord van minister Donner (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 22 april 2011).

Vraag 1, 2, 3, 4, 5

Hoe verklaart u dat de regering van Curaçao nog steeds zware druk uitoefent op de leiding van de veiligheidsdienst van Curaçao en probeert mensen, die eerder wegens overtreding van interne richtlijnen de dienst moesten verlaten, opnieuw aan het werk te krijgen?1

Klopt het dat het waarnemend hoofd en het tweede waarnemend hoofd van de veiligheidsdienst van Curaçao bij ministers van Curaçao op het matje zijn geroepen? Klopt het dat het waarnemend hoofd zich na bovengenoemd gesprek ziek meldde en het tweede waarnemend hoofd met verplicht verlof werd gestuurd?

Deelt u de angst dat de regering van Curaçao probeert op deze wijze voor ministers ongunstige informatie uit de openbaarheid te houden of zelfs te vernietigen?

Klopt het dat de Nederlandse Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD)op de hoogte is gesteld van de problemen bij de veiligheidsdienst van Curaçao?

Waarom valt het bovengenoemde optreden van de ministers van de regering van Curaçao naar uw opvatting binnen de definitie van goed bestuur? Bent u bereid deze en mogelijk andere misstanden bij de veiligheidsdienst van Curaçao nader te onderzoeken en de Kamer over de staat van de veiligheidsdienst te informeren?

Antwoord 1, 2, 3, 4, 5

De veiligheidsdienst van Curaçao valt onder de verantwoordelijkheid van de regering van Curaçao. Zoals ik u ook in het debat, dat ik met u voerde op 10 februari jl., heb aangegeven, is het aan de Staten van Curaçao om haar eigen regering ter verantwoording te roepen. Net zoals de Staten van Curaçao niet de Nederlandse regering ter verantwoording kan roepen geldt dat andersom dus ook.


X Noot
1

«VDC onder druk», Antilliaans Dagblad, 23 februari 2011.

Naar boven