Vragen van de leden
Koppejan
en
Verburg
(CDA) aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over het bericht dat de kerncentrale van Borssele meermaals
ontsnapt zou zijn aan een ramp (ingezonden 31 maart 2011).
Antwoord van minister
Verhagen
(Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 18 april 2011).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Borssele meermaals ontsnapt aan ramp» en de uitzending van het radioprogramma Argos waarin
melding wordt gedaan van ernstige incidenten bij de kerncentrale van Borssele?1
Vraag 2
Klopt het dat de incidenten die zich hebben voorgedaan in 1986 en in 1987 zijn onderzocht door de Kern Fysische Dienst (KFD)
en dat deze de incidenten dusdanig laag heeft geclassificeerd dat er geen sprake was van gevaar voor de volksgezondheid?
Vraag 3
Zouden deze incidenten met de kennis van nu ook nog zo zijn geclassificeerd?
Antwoord 3
De kerncentrale liep in 1986 en in 1987 geen bijzonder gevaar. Volgens de huidige classificatie van het INES-systeem zouden
de incidenten uit 1986 en 1987 hoogstens zijn ingeschaald op niveau 1 (onregelmatigheden zonder echt risico).
Vraag 4
Welke lessen zijn destijds getrokken uit deze incidenten en welke maatregelen zijn sindsdien genomen om te voorkomen dat deze
in de toekomst nog eens kunnen voorkomen?
Antwoord 4
In 1986 is de noodstroomvoorziening aangepast. In vergelijking met destijds zijn er nu veel meer middelen om dergelijke situaties
te voorkomen en op te vangen. De belangrijkste voor wat betreft de stroomvoorziening zijn:
– In 1991 is een extra voorziening aangelegd die er voor zorgt dat de kerncentrale na afschakeling gedurende 45 minuten zonder
externe voeding of noodstroom nog vervalwarmte kan afvoeren;
– In 1994 is de omschakeling voor de eigen elektriciteitsvoorziening na afschakeling van de reactor door gedeeltelijke vervanging
verbeterd en meer redundant gemaakt;
– In 1997 zijn de dieselgeneratoren van het 1ste noodstroomnet vervangen met tevens een grotere capaciteit, met eigen onafhankelijke
koelsystemen en met een verbeterde aansturing;
– In de noodprocedures wordt sinds 2006 ook rekening gehouden met het niet beschikbaar zijn van externe elektrische voedingen
gedurende een langere periode. Tezamen met ontwerptechnische wijzigingen kan hierdoor de kerncentrale 3 etmalen volledig afgesneden
van de buitenwereld functioneren.
Daarmee zijn alle onregelmatigheden opgelost en zijn extra maatregelen genomen ter voorkoming van nieuwe onregelmatigheden.
Vraag 5
Was het ook in 1986 en 1987 al praktijk dat de Kamer jaarlijks, middels een rapportage van de KFD, door de regering geïnformeerd
wordt over mogelijke incidenten die zich hebben voorgedaan in de kerncentrale van Borssele?
Antwoord 5
Ja. Sinds 1980 stelt de KFD ieder jaar een storingsrapportage op, die door de minister naar de Tweede Kamer wordt verzonden.
Deze zijn daarmee dus openbaar. Deze openbare rapportages worden juist gemaakt om van te leren en processen te verbeteren.
Voor de rapportages van de jaren 1986 en 1987 wordt verwezen naar de kamerstukken TK, 20 800 XV, nr. 21, en TK, 16 226, nr. 8.
Vraag 6
Bij welke incidenten met welke classificatie (INES 0–7), wordt de Kamer direct geïnformeerd?
Antwoord 6
Elk jaar krijgt uw Kamer in de storingsrapportage alle informatie over incidenten in nucleaire installaties. Er is tot op
heden geen procedure afgesproken waarbij voor een bepaalde classificatie in de INES-schaal de Tweede Kamer direct geïnformeerd
wordt.
Op de schaal van 0 (gebeurtenis zonder betekenis voor de veiligheid) tot 7 (een grootschalig ongeval) staan volgens de IAEA
Tsjernobyl en Fukushima op niveau 7. Niveau 6 is een ernstig ongeval. Harrisburg in 1979 was een niveau 5 (ongeval met extern
risico).
In de kerncentrale Borssele hebben zich sinds de invoering van de schaal alleen gebeurtenissen voorgedaan op niveau 0 (gebeurtenis
zonder betekenis voor de veiligheid) en niveau 1 (onregelmatigheden zonder echt risico) op één incident na; dat was een niveau
2 incident in 19962, dat noopte tot een herbezinning op de veiligheidsvoorzieningen.
Ik zeg de Kamer toe om los van de jaarlijkse storingsrapportages de Kamer onmiddellijk te informeren, als er zich onregelmatigheden
van niveau 2 en hoger voordoen.
Vraag 7
Deelt u de mening dat bij kernenergie veiligheid voor alles gaat, zowel bij de bestaande kerncentrale van Borssele als bij
een eventueel nieuw te bouwen kerncentrale? Hoe wilt u dit borgen?
Antwoord 7
Dit kabinet heeft aangegeven dat bij kernenergie veiligheid en zorgvuldigheid altijd voorop moeten staan. Kortheidshalve verwijs
ik naar mijn uitvoerige brief hierover (ETM/ED/11052189), die ik op 13 april jl. naar u heb gestuurd.
X Noot
1de Volkskrant, 26 maart 2011.
X Noot
2 Rapportage Kernfysische Dienst, RT97-101