Vragen van het lid Smits (SP) aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de toename van docenten die als zzp-er werkzaam zijn in het onderwijs (ingezonden 17 maart 2011).

Antwoord van staatssecretaris Zijlstra (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 11 april 2011).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het artikel «Steeds meer docenten als freelancer aan de slag»?1

Antwoord 1

Ik heb er kennis van genomen dat er voor de sector onderwijs sprake is van een toename van het aantal ingeschreven zzp’ers bij de Kamer van Koophandel. Of de toename van het aantal inschrijvingen ook duidt op een toenemend gebruik van flexibele arbeidscontracten in het onderwijs is op grond van deze cijfers echter niet te zeggen.

Ik ga uit van de gegevens van het CBS over de inzet van personeel dat niet in dienst is van de onderwijsinstellingen. De meest recente gegevens van het CBS dateren uit 2007. Volgens deze gegevens2 kwam het aandeel van deze uitgaven in 2007 uit op 4 procent van alle personele uitgaven, maar het verschilde sterk per sector. Het aandeel was het hoogst in het hoger beroepsonderwijs (10 procent) en middelbaar beroepsonderwijs (8 procent). Het uitgavenaandeel voor personeel dat niet in dienst is van de instelling was voor het primair (1 procent) en voortgezet onderwijs (2 procent) het laagst.

Vraag 2

Wat is de reden dat sinds 2007 drie keer zoveel docenten werken als freelancer? In hoeverre is dit het geval, omdat dit voor scholen goedkoper is dan iemand in loondienst nemen?

Antwoord 2

Het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO) heeft in 2010 een onderzoek laten uitvoeren naar de «diversiteit aan arbeidsovereenkomsten». Dit onderzoek was vooral verkennend van aard. Het blijkt dat een toename van tijdelijke en flexibele arbeidscontracten op scholen en onderwijsinstellingen te maken heeft met een grotere financiële vrijheid, het flexibel kunnen inspelen op fluctuerende leerlingen- en studentenaantallen, schaalvergroting, arbeidsmarktontwikkelingen, project- en contractactiviteiten. Momenteel laat het SBO een vervolgonderzoek uitvoeren, waarbij wordt gekeken naar de mate waarin de verschillende contractvormen in de praktijk voorkomen en wat de ervaringen van werkgevers en werknemers hiermee zijn.

Vraag 3

Deelt u de mening van de heer Sikkes van de Algemene Onderwijsbond (AOb) dat het gaat om mensen die een gewone voltijdbaan met een contract zoeken, maar die niet vinden en die dus noodgedwongen hun toevlucht nemen tot een freelancebaan? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 3

Voor de beantwoording van deze vraag wacht ik de resultaten van bovengenoemd vervolgonderzoek af.

Vraag 4

Deelt u de mening dat het een slechte zaak is wanneer docenten noodgedwongen werken als freelancer, aangezien zij geen pensioen opbouwen of andere sociale rechten opbouwen en er ook op school minder continuïteit is? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Bij het antwoord op vraag 2 heb ik uiteen gezet waarom scholen kiezen voor meer flexibiliteit in de inzet van hun personeel. Ik vind dat begrijpelijke redenen om te kiezen voor een flexibele schil rondom de onderwijsorganisatie. De ervaringen van werkgevers en werknemers komen aan de orde in eerder genoemd vervolgonderzoek.

Vraag 5

Bent u bereid te onderzoeken wat de beweegredenen zijn van deze docenten om te werken als uitzendkracht of zelfstandige zonder personeel in plaats van te werken in loondienst?

Antwoord 5

Zoals u bij het antwoord op vraag 2 heeft kunnen lezen laat SBO momenteel een vervolgonderzoek uitvoeren. Aanvullend onderzoek is daardoor (vooralsnog) niet nodig.

Vraag 6

Bent u bereid actie te ondernemen om het aantal docenten dat als freelancer werkt terug te dringen, bijvoorbeeld door met onderwijskoepels hierover te spreken?

Antwoord 6

Allereerst wil ik benadrukken dat dit vooral een zaak is van de sector zelf. Het zijn ook sociale partners zelf geweest die dit onderwerp op de agenda hebben gezet.

Ik wacht de uitkomsten van het vervolgonderzoek van SBO naar de omvang van flexibele arbeidscontracten en het effect op de arbeidssfeer, de organisatie en de onderwijskwaliteit af.


X Noot
1

Nu.nl, «Steeds meer docenten als freelancer aan de slag», 14 maart 2011.

X Noot
2

CBS, webmagazine 25 februari 2009; Onder uitgaven aan uitzendkrachten in het onderwijs vallen de totale kosten aan lonen, salarissen en sociale lasten van personeel dat niet in dienst is van de gesubsidieerde onderwijsinstellingen, maar er wel werkzaam is. Hieronder vallen uitzendkrachten, maar ook declaranten (bijv. gastdocenten), freelancers en zelfstandigen zonder personeel.

Naar boven