Vragen van het lid
Leijten
(SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de uitgaven aan de ontwikkeling van het Elektronisch Patiëntendossier
(EPD) (ingezonden 15 maart 2011).
Mededeling van minister
Schippers
(Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 4 april 2011).
Vraag 1
Is het bericht waar dat een groot deel van de 300 miljoen euro die reeds is uitgegeven aan de ontwikkeling van het EPD is
aangewend voor zaken als adviezen, pilots en communicatie? Zo ja, kunt u de uitgaven specificeren?1
Vraag 2
Vallen de uitgaven binnen de begroting of dreigt er een tekort? Wilt u uw antwoord toelichten?
Vraag 3
Hoeveel externe adviseurs en managers werken er bij het Unieke Zorgverlener Identificatie (UZI)-register? Wilt u voor elk
van deze externe krachten de functieomschrijving en het uurloon specificeren? Wat zijn de totale uitgaven aan externen bij
het UZI-register op jaarbasis?
Vraag 4
Kunt u de chronologische en kostenontwikkeling van de verschillende ICT-systemen, waaronder RAAC en zijn voorloper, webformulieren
ed., uiteenzetten en de actuele stand van zaken omschrijven?
Vraag 5
Kunt u omschrijven op welke wijze de aanvragen voor een UZI-pas worden verwerkt? Is het waar dat de op de website ingevulde
formulieren handmatig moeten worden overgetypt door uitzendkrachten? Om hoeveel uitzendkrachten gaat het, wat zijn de kosten
en hoe verhoudt deze inzet van uitzendkrachten zich tot de beoogde automatisering?
Vraag 6
Wat zijn de kosten van de distributie, onder meer van de verzending naar postagentschappen?
Vraag 7
Wat is de status van de mogelijkheid voor de patiënt om gedifferentieerd bezwaar te maken? Op welke wijze en tegen welke kosten
is de uitvoerbaarheid onderzocht en wat is de uitkomst van dat onderzoek?
Vraag 8
Wat is de status van de ontwikkeling van UZI-reservepassen? Op welke wijze en tegen welke kosten is hiernaar onderzoek gedaan
en wat is de uitkomst van dit onderzoek?
Vraag 9
Aan welk bedrijf is de daadwerkelijke productie van de UZI-passen uitbesteed en wat is de omvang van het contract?
Vraag 10
Hoeveel kost de productie van één UZI-pas in totaal en wat is hierover uw opvatting?
Vraag 11
Welk deel van de totale kosten van de UZI-pas komt voor rekening van het EPD?
Vraag 12
Is uw Directie Macro-Economische Vraagstukken en Arbeidsvoorwaardenbeleid (MEVA) betrokken bij de ontwikkeling van het EPD
en projecten die daarmee samenhangen? Zo ja, op welke wijze precies en tegen welke kosten?
Vraag 13
Op grond van welke criteria wordt bepaald welke taken door het Centraal Informatie punt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG) worden
uitgevoerd en welke door Nictiz?
Vraag 14
Vallen de totale kosten van het EPD-project binnen het structurele VWS-budget voor ICT in de zorg, of moeten incidentele middelen
worden toegevoegd? Wilt u uw antwoord toelichten en specificeren?
Vraag 15
Welke onderdelen van het EPD-project zullen worden toegevoegd aan de volgende rapportage grote ICT-projecten van de rijksoverheid?
Wanneer zal de nieuwe rapportage door uw collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de Kamer worden gestuurd?
Mededeling
De vragen van het Kamerlid R. M. Leijten (SP) over de uitgaven aan de ontwikkeling van het Elektronisch Patiëntendossier (EPD)
(ingezonden 15 maart 2011) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat de afstemming met de betreffende uitvoerings-organisatie(s) meer tijd kost.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.
X Noot
1NRC Handelsblad, 9 maart 2011.