Vragen van het lid
Koopmans
(CDA) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de boktor (ingezonden 4 maart 2011).
Antwoord van staatssecretaris
Bleker
(Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 25 maart 2011).
Vraag 1
Kent u het bericht «Controle China op boktor is ondermaats»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het verontrustend is dat China de kwekerijen niet twee jaar lang uitsluit van export na de vondst van
een boktor, voorafgaand aan de export geen preventieve controles op de boktor worden uitgevoerd en bij de ontdekking van uitvlieggaten
deze niet beschouwt als «besmetting»?
Antwoord 2
De import van boomkwekerijproducten uit China vormt al enige tijd reden tot zorg. Deze bezorgdheid vormde voor de Europese
Commissie mede de aanleiding om in mei 2010 de importvoorschriften voor boomkwekerijproducten te verscherpen en een importverbod
voor esdoorns (Acer sp.) uit China in te stellen.
Om te kunnen bepalen of China naar aanleiding van de aangescherpte maatregelen een verbetering heeft doorgevoerd van haar
controlesysteem heeft de Food and Veterinary Office (FVO) in september 2010 een audit uitgevoerd in China. Bij dit bezoek
bleek dat het exportcontroleprogramma van China nog steeds niet toereikend is. Met de Europese Commissie en andere lidstaten
ben ik van mening dat dit een zorgwekkende situatie is.
Vraag 3
Bent u bereid de Europese Commissie op te roepen om actie te ondernemen naar aanleiding van de conclusie van de food and Veterinary
Office (FVO), de inspectiedienst van de Europese Commissie, dat China weliswaar maatregelen heeft genomen, maar dat die niet
in lijn zijn met de Europese eisen?
Antwoord 3
De Europese Commissie heeft al voorafgaand aan het verscherpen van de importeisen duidelijke signalen afgegeven aan China
en heeft China naar aanleiding van de conclusie van de FVO in 2010 opgeroepen te komen met een actieplan waarin wordt aangegeven
hoe men tegemoet wil komen aan de geconstateerde tekortkomingen. Met andere lidstaten steun ik de Europese Commissie in deze
aanpak.
Vraag 4
Op welke wijze wordt het importverbod dat in mei 2010 is ingesteld gehandhaafd? Geldt importverbod alleen voor esdoorns of
voor alle zeventien in de EU-beschikking genoemde waardplanten?
Antwoord 4
Het importverbod voor esdoorns is opgenomen in de invoeraangiftesystemen van de nVWA. De keuringsdiensten die de importinspecties
op boomkwekerijproducten uitvoeren zijn hierop nauwlettend geïnstrueerd. Daarnaast wordt nauw samengewerkt met de douane om
importzendingen met een mogelijk risico te identificeren en te kunnen inspecteren. Tot dusver zijn daarbij overigens geen
overtredingen van het importverbod geconstateerd. Het in mei 2010 ingestelde importverbod geldt alleen voor esdoorns. Voor
de overige 16 waardplanten van de boktor zijn de importeisen in mei 2010 verscherpt en geldt dat bij import destructief bemonsterd
moet worden, met een bemonsteringspercentage van 10% per partij, tot een maximum van 450 planten per partij.
Vraag 5
Is het niet wenselijk om de conclusies van de FVO mee te wegen bij de beoordeling over het opheffen van het importverbod in
april 2012?
Antwoord 5
Het importverbod voor esdoorns is ingesteld tot en met 30 april 2012. Te zijner tijd zal bezien moeten worden of de situatie
in China dusdanig is verbeterd dat de maatregelen kunnen worden versoepeld en het importverbod kan worden opgeheven. Ik vertrouw
erop dat de Europese Commissie ook het komende jaar bij China zal blijven aandringen op verbetering van de controles. De FVO
zal in 2011 nogmaals een beoordeling van de situatie ter plekke uitvoeren.
De bevindingen daarbij kunnen inzicht geven in de uitwerking in de praktijk van eventueel door China doorgevoerde verbeteringen
en daarmee waardevolle informatie opleveren voor de besluitvorming in EU-verband over de eventuele aanpassing van de importeisen
in 2012.
Vraag 6
Hoe ver staat het met de evaluatie van het fytosanitaire stelsel in EU-verband? Wat zijn de uitkomsten van de besprekingen
over de definitie en reikwijdte van het ondernemersrisico?
Antwoord 6
Eind september 2010 heeft de Europese Commissie het evaluatierapport van het «Common Plant Health Regime» over de periode
1993–2009 gepresenteerd. Op basis van de conclusies en aanbevelingen in het evaluatierapport heeft de Europese Commissie vervolgens
de mogelijke opties voor het toekomstige plantgezondheidsstelsel geïnventariseerd en besproken met lidstaten en stakeholders.
Momenteel voert de Europese Commissie een (economische) studie uit naar de effecten van een aantal voorgestelde opties. Op
basis van de uitkomsten van de evaluatie en de resultaten van de effectbeoordeling zal de Europese Commissie een plantgezondheidsstrategie
en voorstellen voor nieuwe regelgeving opstellen. Dit moet in het eerste semester van 2012 afgerond worden.
De effectbeoordeling omvat onder meer een studie naar de financiële gevolgen voor de EU, lidstaten en ondernemers van fytosanitaire
maatregelen en van het eventueel instellen van een fonds, waaruit ook de schade van individuele ondernemers als gevolg van
officiële fytosanitaire maatregelen kan worden betaald. Mede op grond van de uitkomsten van de effectbeoordeling zal de discussie
worden gevoerd over de reikwijdte van het ondernemersrisico, de voorwaarden waaronder eventueel financiële compensatie van
schade zou kunnen plaatsvinden en de verdeling van verantwoordelijkheden en kosten daarbij tussen overheden (EU en lidstaten)
en bedrijfsleven.
X Noot
1Agd.nl, 28 februari 2010.