Vragen van het lid Hennis-Plasschaert (VVD) aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de Gemeentelijke Basisadministratie voor persoonsgegevens (ingezonden 27 september 2010).

Antwoord van staatssecretaris Bijleveld-Schouten (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 8 oktober 2010)

Vraag 1

In hoeverre hebben commerciële bedrijven en instellingen (niet zijnde overheids- en semi-overheidsorganisaties), zoals bijvoorbeeld bedrijven die de facturatie verzorgen (na bijvoorbeeld een online bestelling), toegang tot de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) dan wel kunnen aan deze commerciële bedrijven en organisaties gegevens uit de GBA worden verstrekt? Wat is in dezen wettelijk toegestaan? Aan welke voorwaarden moeten zij voldoen?

Antwoord 1

De GBA is in beginsel bedoeld om overheidsinstanties te voorzien van gegevens die ze nodig hebben voor de uitvoering van hun taak. Daarnaast kunnen instanties die geen overheidsinstantie zijn gegevens uit de GBA ontvangen. Deze instanties kunnen alleen GBA-gegevens verstrekt krijgen voor zover zij werkzaamheden verrichten met een publiek of bijzonder maatschappelijk belang. Hierbij valt te denken aan pensioenfondsen voor zover zij de Pensioenwet uitvoeren en zorgverzekeraars voor zover zij de Zorgverzekeringswet uitvoeren. De verstrekking aan dergelijke instanties is gebaseerd op artikel 99 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (Wet GBA). Hier vallen niet onder bedrijven die de facturatie verzorgen na een online bestelling.

Vraag 2

In hoeverre kunnen gemeenten instellingen en bedrijven (publiek en privaat) toegang tot de GBA verschaffen dan wel aan hen bepaalde gegevens uit de GBA verstrekken?

Antwoord 2

Gemeenten kunnen GBA-gegevens verstrekken aan overheidsinstanties en niet-overheidsinstanties. Overheidsinstanties ontvangen gegevens voor de uitvoering van hun taak. Verstrekking buiten de overheid vindt slechts plaats indien voldaan is aan de voorwaarden die artikel 98 of 100 van de Wet GBA stelt. De voorwaarden van artikel 98 zijn dat de niet-overheidsinstantie beroepsmatig belast is met gerechtelijke werkzaamheden en de verstrekking voorgeschreven is in een algemeen verbindend voorschrift. Artikel 100 regelt dat verstrekking op grond van gemeentelijke verordening mogelijk is voor zover de niet-overheidsinstantie een rechtspersoon zonder winstoogmerk is en dat de verstrekking noodzakelijk is in het belang van de bescherming van de betrokkene of van de rechten en vrijheden van anderen.

Vraag 3

Acht u het, gelet op aspecten die te maken hebben met privacy, juist als commerciële bedrijven en instellingen, die geen publiekrechtelijke taken hebben uit te voeren, toegang tot de GBA hebben, dan wel dat aan hen gegevens uit de GBA worden verstrekt? Zo ja, waarom?

Antwoord 3

Gezien het doel van de GBA acht ik de gegevensverstrekking aan commerciële bedrijven en instellingen zonder een publiek of bijzonder maatschappelijk belang niet aan de orde. De GBA is opgezet om een doelmatige voorziening van persoonsgegevens te creëren die kan worden gebruikt bij de uitoefening van publieke taken en waarbij de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in acht moet worden genomen. De verstrekking aan commerciële bedrijven en instellingen zonder een publiek of bijzonder maatschappelijk belang valt hiermee buiten het doel van de GBA.

Vraag 4

Wat bent u voornemens te doen om te voorkomen dat commerciële bedrijven en instellingen (niet zijnde overheids- en semioverheidsorganisaties) toegang tot de GBA hebben dan wel dat aan hen gegevens uit de GBA worden verstrekt?

Antwoord 4

Op dit moment is het wetsvoorstel basisregistratie personen (die de Wet GBA zal gaan vervangen) in voorbereiding. Om te voorkomen dat aan commerciële bedrijven en instellingen zonder publiek of bijzonder maatschappelijk belang gegevens worden verstrekt, maakt het wetsvoorstel de verstrekking aan dergelijke bedrijven en instellingen niet mogelijk. Onder het wetsvoorstel is verstrekking alleen mogelijk aan overheidsinstanties en niet-overheidsinstanties. In het wetsvoorstel is geregeld dat niet-overheidsinstanties voor verstrekking van gegevens in aanmerking komen voor zover zij werkzaamheden met een bijzonder maatschappelijk belang verrichten.

Naar boven