Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het terroriseren van dorpsbewoners in Hemelum (Friesland) (ingezonden 22 december 2010).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 11 maart 2011) zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 998.

Vraag 1

Kent u het bericht «Onmacht tegen dorpsterreur Hemelum»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Is het waar dat dorpsbewoners van Hemelum zuchten onder de terreur van twee gezinnen? Zo ja, hoe heeft dit zo ver kunnen komen? Wat gaat u er aan doen om hieraan een einde te maken? Zo nee, hoe zou u situatie dan wel omschrijven?

Zijn er meer dan twee gezinnen verantwoordelijk voor het escaleren van de situatie in Hemelum? Zo ja, hoeveel gezinnen betreft dit in het totaal? Hoeveel overlast veroorzaken deze gezinnen voor de rest van het dorp?

Antwoord 2 en 3

Het Openbaar Ministerie heeft mij bericht dat er in Hemelum sprake is van een conflictsituatie tussen in totaal vijf gezinnen, waarbij over en weer sprake is van overlast en bedreigingen. Ook de waarnemend burgemeester van de gemeente Súdwest Fryslân heeft mij bericht dat naar zijn oordeel alle bij dit burenconflict betrokken partijen in meer of mindere mate medeverantwoordelijk zijn voor de ontstane situatie. Ik kan mij goed indenken dat deze situatie in een kleine gemeenschap als Hemelum een grote impact heeft, ook op bewoners die niet rechtstreeks bij het conflict betrokken zijn.

Het is de taak van de overheid (politie, justitie en gemeente) om degenen die over de schreef gaan aan te pakken, en degenen die slachtoffer zijn bij te staan. Daar wordt ook in deze situatie op ingezet. De politie is veelvuldig ter plaatse en aangiftes worden opgenomen, beoordeeld op bewijsbaarheid en waar mogelijk verder in onderzoek genomen. Zie daaromtrent verder het antwoord op de vragen 4 tot en met 7. Daar waar daders ook slachtoffers zijn en andersom, ligt de sleutel voor een duurzame oplossing in bemiddeling. Ook daarop wordt vol ingezet. Zie daarover verder het antwoord op de vragen 8 tot en met 11.

Vraag 4

Hoe vaak hebben inwoners van het dorp Hemelum aangifte gedaan tegen leden van twee gezinnen die in het artikel van dorpsterreur worden beschuldigd? Hebben deze aangiften tot vervolging of veroordeling geleid? Zo ja, hoe vaak? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

In 2009 en 2010 is in totaal 16 keer aangifte gedaan tegen personen uit de twee gezinnen in kwestie. In alle gevallen is door de politie onderzoek gedaan en proces-verbaal opgemaakt. Deze zijn besproken met het Openbaar Ministerie. Geen van deze aangiftes werd bewijstechnisch als voldoende aangemerkt om tot vervolging over te gaan. Eén zaak is nog bij het Openbaar Ministerie in onderzoek. In deze zaak is ook beeldmateriaal beschikbaar. Verder zijn er in de genoemde periode 98 meldingen gedaan over incidenten. Het grootste deel hiervan behelst overlast en pesterijen.

Vraag 5

Hebben leden van een van de twee genoemde gezinnen aangifte gedaan tegen andere dorpsbewoners? Zo ja, hoe vaak? Hoe vaak heeft dat tot vervolging of veroordeling geleid? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

In totaal is dat drie maal gebeurd. Ook in deze gevallen was sprake van onvoldoende bewijs om tot vervolging over te gaan.

Vraag 6 en 7

Hebt u de indruk dat er sprake is van angst onder de bevolking van Hemelum en wel zodanig dat die angst een aantal inwoners van het dorp er van heeft weerhouden aangifte te doen? Zo ja, wat is uw mening hierover? Zo nee, hoe zou u de gevoelens van deze bewoners omschrijven?

Is het waar dat de politie bewoners soms heeft afgeraden aangifte te doen met als argument dat ze niet beschermd kunnen worden tegen de represailles van de verdachten? Zo ja, deelt u de mening dat daardoor het gezag bij de politie wegvalt en feitelijk wordt toegegeven dat er sprake is van een voor de politie niet meer te controleren situatie? Zo nee, wat is dan wel gezegd tegen bewoners om ze van aangifte te weerhouden?

Antwoord 6 en 7

Het Openbaar Ministerie heeft mij bericht niet de indruk te hebben dat bewoners zich weerhouden voelen of bang zijn om aangifte te doen. Hen wordt dat in ieder geval niet afgeraden. Integendeel, de burgemeester heeft de betrokken gezinnen geadviseerd om iedere keer dat men overlast ondervond van de buren dit te melden bij de politie. In een enkel geval is uitgelegd dat een aangifte niet leidt tot vervolging, omdat de betreffende feiten een strafrechtelijke reactie niet mogelijk maken. Hoewel pogingen van de politie om door bemiddeling het conflict op te lossen hebben gefaald is er geen sprake van dat de situatie niet meer door de politie is te controleren. In meer dan 100 gevallen is de politie ter plaatse geweest.

Vraag 8

Wat is de bemoeienis van de burgemeester bij de verwikkelingen in Hemelum? Is het waar dat hij zich oprecht ontzet heeft getoond en vond dat er ingegrepen moest worden? Zo ja, wat heeft de burgemeester gedaan om de situatie in het dorp te verbeteren? Waartoe heeft dit concreet geleid? Wat kan het gemeentebestuur doen om de situatie te verbeteren?

Antwoord 8

De waarnemend burgemeester heeft mij bericht dat er sinds 2008 onder regie van de gemeente meerdere gesprekken zijn gevoerd met de betrokken families en diverse instanties, waarbij getracht is een oplossing te vinden. Door de gemeente zijn verschillende opties tot ingrijpen overwogen, waaronder het toepassen van de «Wet Victoria» en zelfs het opkopen van een van de woningen. Om diverse redenen bleken deze opties (nog) niet geschikt. De situatie wordt bemoeilijkt doordat de betrokken families niet met elkaar willen praten, maar alleen over elkaar, en doordat geen van de partijen zelf civielrechtelijke stappen wil nemen om de situatie langs die weg te beëindigen. De waarnemend burgemeester heeft mij laten weten dat hij in overleg met politie en OM heeft besloten om zich persoonlijk met de zaak te bemoeien in een ultieme poging om tot een oplossing te komen.

Vraag 9 en 11

Heeft er afstemming plaatsgevonden tussen politie en het openbaar ministerie (OM) enerzijds en het gemeentebestuur anderzijds plaatsgevonden? Zo ja, op welke wijze en met welk resultaat? Zo nee, waarom niet?

Wat is de bemoeienis van het Veiligheidshuis Fryslân bij de verwikkelingen in Hemelum? Wat is de stand van zaken van de behandeling van de pesterijen en treiterijen die bij het Veiligheidshuis Fryslân?

Antwoord 9 en 11

Naar aanleiding van de aangiften en meldingen hebben het Openbaar Ministerie en de gemeente bezien welke maatregelen mogelijk zijn. Daarbij is ook gekeken naar maatregelen waarbij het Veiligheidshuis een coördinerende rol speelt. Het Veiligheidshuis is een samenwerkingsverband van onder andere het Openbaar Ministerie, de politie, gemeenten, de Raad voor de Kinderbescherming, de Reclassering en de GGD. Het Veiligheidshuis zet persoonsgerichte trajecten op voor overlastgevers en criminelen. Het Veiligheidshuis Fryslân is sinds mei 2010 betrokken bij de problematiek in Hemelum. Sindsdien zijn gesprekken met de betrokken families en andere partijen georganiseerd. Dat heeft bijgedragen tot een zekere deëscalatie, maar heeft de problemen niet kunnen oplossen. De betrokkenheid van het Veiligheidshuis is inmiddels afgerond.

Vraag 10

Zijn er meer instanties dan politie, OM en gemeente bij de in opspraak zijnde gezinnen in Hemelum betrokken? Zo ja, welke?

Antwoord 10

Naast de in de vraag genoemde instanties en de partijen die deelnemen aan het Veiligheidshuis Fryslân zijn via het Sociaal Team Nijefurd/Gaasterlân-Sleat nog twee woningbouwverenigingen, het Algemeen Maatschappelijk Werk, GGZ, en Verslavingszorg Noord-Nederland bij de problematiek van de gezinnen betrokken. Verder krijgt een van de families bijstand van een gezinscoach.

Vraag 12

Kunt u zich voorstellen dat bewoners van het dorp teleurgesteld zijn in de politie en de gemeente Nijefurd? Zo ja, wat gaat u doen om die teleurstelling weg te nemen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 12

Ik kan mij goed voorstellen dat de bewoners van het dorp teleurgesteld zijn dat de overlast niet is opgehouden. Het is erg onbevredigend dat een burenconflict zo uit de hand kan lopen, en dat ondanks allerlei pogingen daartoe ook van buitenaf nog geen oplossing kon worden gevonden. Het beeld dat politie, justitie en gemeente zich daartoe geen moeite hebben getroost, deel ik niet. Ik zal de nu door de waarnemend burgemeester te ondernemen acties op lokaal niveau (zie vraag 9) volgen en waar mogelijk ondersteunen.

Vraag 13 en 14

Welke wettelijke mogelijkheden bestaan er om structureel overlastgevende burgers uit hun woonhuis te zetten? Is het gebruik van een van die mogelijkheden in Hemelum aan de orde? Zo ja, welke en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Zijn die mogelijkheden om een structureel overlastgevende burger of gezin uit huis te zetten in het geval het een huurhuis betreft anders dan wanneer het om een koophuis gaat? Zo ja, wat zijn die verschillen?

Antwoord 13 en 14

De diverse (juridische) instrumenten, zoals de sluiting van panden, om burgers die structureel overlast geven aan te pakken staan beschreven in de handreiking «Aanpak woonoverlast en verloedering». Deze is in juli 2010 naar alle gemeenten in Nederland gestuurd, en uw Kamer is hierover op 23 juni 2010 geïnformeerd (TK 2009–2010, 28 684, nr. 278). De aanpak van overlast vanuit een huurhuis is anders dan die van overlast vanuit een koophuis. Hieraan is tevens aandacht besteed in de handreiking. Voor de maatregelen die de gemeente in Hemelum heeft overwogen of getroffen verwijs ik naar het antwoord op vraag 8.


X Noot
1

Leeuwarder Courant, «Onmacht tegen dorpsterreur», 20 december 2010.

Naar boven