Vragen van het lid Uitslag (CDA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over online alcoholhulp (ingezonden 17 januari 2011).

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 maart 2011).

Vraag 1

Kent u het bericht «Jongens gebaat bij online alcoholhulp»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat overmatig alcoholgebruik onder jongeren een groot probleem is?

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Bent u op de hoogte van het onderzoek van de Radboud Universiteit en het Trimbos-instituut, waaruit blijkt dat online hulpverlening bij overmatig drankgebruik effect heeft bij jongens?

Antwoord 3

Ja. Het onderzoek had betrekking op de effectiviteit van een door het Trimbos Instituut ontwikkelde drinktest voor jongeren. Op basis van de testresultaten ontvingen de deelnemers informatie over de mogelijke risico’s van hun alcoholgebruik en advies over stoppen of matigen van hun alcoholgebruik.

Vraag 4

Bent u ervan op de hoogte dat uit het onderzoek blijkt dat de methode niet effectief is voor meisjes? Zijn er ook manieren waarop meisjes beter kunnen worden bereikt?

Antwoord 4

De onderzoeker heeft geen duidelijke verklaring voor het verschil in effect bij jongens en meisjes. Vergelijkbaar onderzoek onder oudere alcoholgebruikers gaf voor vrouwen juist een beter effect te zien dan voor mannen. Uit de publicatie van het onderzoek in de Journal of Medical Internet Research is af te leiden dat in deze leeftijdscategorie (15 tot 20 jaar) deelnemende jongens gemiddeld ongeveer 2x zoveel drinken als de deelnemende meisjes. Jongens drinken grotere hoeveelheden en ze drinken vaker dan meisjes. Waarschijnlijk vormt dit een verklaring voor het verschil in effect bij jongens en meisjes.

Vraag 5

Bent u van plan de uitkomsten van het onderzoek mee te nemen in de visienotitie over alcoholpreventie bij jongeren?

Antwoord 5

E-health biedt zeer veel mogelijkheden om preventie en zorg op een andere manier in te richten. Zoals ik in mijn brief dd. 26 januari 2011 («Zorg die werkt») heb aangegeven ben ik van plan na te gaan op welke wijze E-health het zorgproces kan versterken en zal ik in de landelijke nota Gezondheidsbeleid aangeven op welke wijze het positieve leefstijlbeleid wordt uitgewerkt.

Vraag 6

Kunt u aangeven hoe u online hulpverlening gaat inzetten bij het terugdringen van overmatig drankgebruik onder jongeren, nu blijkt dat deze aanpak bewezen effectief is?

Antwoord 6

De onderzochte website (www.watdrinkjij.nl), speciaal ontwikkeld voor jongeren, is voor iedereen toegankelijk. Naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek zal deze website worden verbeterd. Ook de effecten van de verbeterde website zullen worden onderzocht.

De meeste instellingen voor verslavingszorg bieden overigens soortgelijke online programma’s aan, waarvan er enkele zijn die speciaal op jongeren zijn gericht.

Vraag 7

Bent u bereid, gelet op het gegeven dat preventie en (anonieme) online hulpverlening geen gemeengoed is bij zorgverzekeraars hierover met zorgverzekeraars in gesprek te gaan en dit te stimuleren?

Antwoord 7

Voor zover het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) specifieke vormen van preventie en online hulpverlening heeft geduid als eerstelijns psychologische zorg, is voor deze zorg de NZa-beleidsregel voor eerstelijnspsychologie van toepassing. Per 1 januari 2011 heeft de NZa middels de declaratietitel «internetbehandeltraject» binnen deze beleidsregel gefaciliteerd dat zorgverzekeraars onlinebehandeltrajecten kunnen inkopen voor zover deze door het CVZ worden geduid als eerstelijns psychologische zorg.

Voor anonieme behandeling in de vorm van E-mental health is geen declaratietitel aangezien deze zorg niet tot een individuele verzekerde herleidbaar is. Momenteel zoeken verschillende partijen naar mogelijkheden voor een structurele oplossing.

Ik vind het van groot belang dat deze structurele oplossing er komt en zal uw kamer hierover op korte termijn informeren.


X Noot
1

Spits, Jongens gebaat bij online alcoholhulp, 13 januari 2011.

Naar boven