Vragen van de leden
Van der Ham
en
Schouw
(D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over onderzoek dat uitwijst dat de uitgangspunten voor het beleid
om scholen geen geld te geven voor het wegwerken van achterstanden van allochtone kinderen niet kloppen (ingezonden 25 januari
2011).
Antwoord van minister
Van Bijsterveldt-Vliegenthart
(Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 18 februari 2011).
Vraag 1
Bent u bekend met het onderzoek «Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen»?1
Vraag 2
Hoe verhouden de uitkomsten van dit onderzoek – namelijk dat etnische afkomst wel degelijk bepalend is voor de achterstand
waarmee allochtone kinderen zowel beginnen als eindigen in het basisonderwijs – zich volgens u tot de argumenten van uw voorganger
voor het aanpassen van de gewichtenregeling?
Antwoord 2
De informatie is niet nieuw. Bij de voorstellen voor de nieuwe gewichtenregeling was bekend dat naast het opleidingsniveau
van de ouders ook andere factoren een rol spelen. Er is een ook een verband tussen etniciteit, thuistaal, taalbeheersing van
kinderen, lage inkomens en afhankelijkheid van uitkeringen enerzijds en onderwijsachterstanden anderzijds. Destijds is besloten
met zeer brede steun van de Kamer dat naast opleidingsniveau van de ouders niet de etniciteit als tweede criterium gebruikt
zou worden, maar een ander criterium.
Gekozen is voor zowel lage inkomens als afhankelijkheid van uitkeringen als tweede element van de regeling. Dit staat bekend
als de impulsregeling: hiermee worden scholen die in gebieden staan met een combinatie van lage inkomens en veel uitkeringen,
extra bekostigd per gewichtenleerling.
Vraag 3
Levert dit onderzoek wat u betreft voldoende bewijs voor het bestaan van een onderscheid tussen de schoolprestaties van allochtone
en autochtone leerlingen, ongeacht of hun ouders hoog- of laagopgeleid zijn?
Antwoord 3
Nee, zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Is dit onderzoek een reden om af te wijken van het beleid van uw voorganger om geen onderscheid te maken tussen allochtone
en autochtone kinderen bij het verdelen van geld voor het wegwerken van achterstanden op school? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nee, zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 5
Bent u bereid verder onderzoek te doen naar de oorzaken van de achterstanden van allochtone kinderen, ongeacht het opleidingsniveau
van hun ouders, wanneer zij aan de basisschool beginnen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Er is veel onderzoek gedaan naar de oorzaken van achterstanden bij (allochtone) kinderen bij aanvang van de basisschool. Inmiddels
is ook bekend dat de belangrijkste oorzaak hiervoor ligt bij het (lage) opleidingsniveau van de ouders (Wat ’t zwaarste weegt,
Onderwijsraad 2001).
Omdat uit onderzoek is gebleken dat daarnaast ook het inkomen, de afhankelijkheid van uitkeringen en etnische afkomst een
rol spelen, heb ik de eerste twee elementen met brede steun uit uw Kamer gebruikt bij de recente impulsregeling (zie ook mijn
antwoord op vraag 2). Mede daarom zie ik op dit moment geen reden om nog nader onderzoek te doen.
Vraag 6
Wat is uw reactie op de uitspraak van de PO-raad, dat het aantal achterstandsleerlingen en enkel is teruggelopen door een
veranderde definitie en dat daardoor een verdere bezuiniging van 50 miljoen euro op het budget voor deze leerlingen onverstandig
is?2
Antwoord 6
Bij de invoering van de nieuwe gewichtenregeling is door de andere definitie het aantal gewichtenleerlingen verminderd. Door
het verhogen van het geld per gewichtenleerling en het invoeren van de impulsgebieden zijn de uitgaven voor de gewichtenregeling
van 2006 tot 2010 gestegen. De daling van het aantal gewichtenleerlingen na 2010, dus nadat de nieuwe regeling is ingevoerd,
is een autonome ontwikkeling die het hogere opleidingsniveau van de bevolking weerspiegelt en niet een gevolg is van de nieuwe
gewichtenregeling.
X Noot
1Jaap Roeleveld (Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam), Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen
(2011).
X Noot
2Trouw, «Etnische komaf toch bepalen voor achterstand op school», 19 januari 2011.