Vragen van het lid Thieme (PvdD) aan de ministers van Buitenlandse Zaken, van Veiligheid en Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de behandeling van klokkenluiders (ingezonden 20 januari 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken), mede namens de ministers van Veiligheid en Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 16 februari 2011).

Vraag 1

Kent u het bericht «Advocaat vraagt soepeler regime voor klokkenluider WikiLeaks»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Deelt u de mening dat het in het artikel omschreven gevangenisregime voor Bradley Manning als inhumaan moet worden beschouwd? Zo nee, waarom niet?

Bent u, gelet op het feit dat de VS worden beschouwd als een bondgenoot van Nederland, bereid de regering van de VS aan te spreken op dit inhumane gevangenisregime en te vragen om overplaatsing en betere behandeling van de heer Manning, mede gelet op het feit dat veel van de zaken waarvan hij verdacht wordt ook betrekking hebben op de samenwerking tussen de VS en Nederland? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Antwoord 2 en 3

Met het detentieregime van de heer Manning ben ik niet bekend. Het betreft een Amerikaanse strafzaak tegen een verdachte met de Amerikaanse nationaliteit. De VS is partij bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten (BuPo-verdrag) en bij het Verdrag tegen Marteling. De implementatie van deze VN-mensenrechtenverdragen door de VS wordt in VN-kader getoetst. De speciale VN-rapporteur inzake marteling, Juan Mendez, heeft met de Amerikaanse autoriteiten contact over deze zaak.

Vraag 4

Bent u, gelet op de berichtgeving over de wijze waarop de VS haar gevangenen behandelen, bereid uitlevering van Nederlandse onderdanen aan de VS geheel op te schorten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

De uitleveringspraktijk met de VS geeft daartoe geen aanleiding. Nederlandse onderdanen kunnen worden uitgeleverd onder de voorwaarde dat zij hun gevangenisstraf in Nederland mogen ondergaan en dat een Nederlandse rechter die straf mag aanpassen.

Vraag 5

Bent u bereid te garanderen dat de heer Gonggrijp, die in de belangstelling van de VS staat wegens mogelijke betrokkenheid bij WikiLeaks, onder geen enkele voorwaarde door Nederland zal worden uitgeleverd aan de VS? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Van een uitleveringsverzoek van de VS inzake de heer Gonggrijp is geen sprake. In het geval de heer Gonggrijp op enig moment in de VS als verdachte wordt aangemerkt en de VS ter fine van zijn strafvervolging om uitlevering vragen, dan zal aan de hand van dat verzoek een zorgvuldige beoordeling plaatsvinden.

Vraag 6

Deelt u de mening dat de privacy van Nederlandse burgers gewaarborgd dient te worden en dat Nederlandse autoriteiten op geen enkele wijze medewerking zouden moeten verlenen bij het doorgeven van internetgegevens aan buitenlandse mogendheden, van burgers die in Nederland niet van strafbare feiten verdacht worden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Als buitenlandse autoriteiten gegevens nodig hebben die zich in Nederland bevinden, kunnen zij daar met een rechtshulpverzoek om verzoeken. Uit dat rechtshulpverzoek dient te blijken naar welke strafbare feiten onderzoek wordt gedaan. Aan de hand van het verzoek worden de buitenlandse strafrechtelijk belangen afgewogen tegen de privacybelangen van de betrokken burger(s). Evenals de beoordeling van een uitleveringsverzoek wordt dit zorgvuldig en met de daarbij behorende waarborgen getoetst.


X Noot
1

Trouw 15 januari 2011.

Naar boven