Vraag 1, 2, 3
Herinnert u zich de vragen gesteld tijdens de behandeling van de begroting Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over uw
persoonlijke belangen en waar u in antwoord daarop heeft beloofd hierop schriftelijk terug te komen?1
Bent u bereid alsnog deze vragen te beantwoorden? Zo nee, waarom niet?
Is het thans zo dat u uw belangen op zodanige afstand heeft gezet dat persoonlijke belangenverstrengeling is uitgesloten wanneer
het kabinet voorstellen doet over agrarisch natuurbeheer? Zo nee, waarom niet, en bent u bereid dit alsnog te doen?
Antwoord 1, 2, 3
Allereerst betreur ik het dat uw Kamer heeft moeten wachten op de beantwoording van de vragen gesteld door het lid Van Gerven
tijdens de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
Voor bewindspersonen gelden heldere regels voor het op afstand zetten van zakelijke belangen. De gedragslijn terzake is beschreven
in de brief van de minister-president, minister van Algemene Zaken, van 20 december 2002 (28 754, nr. 1).
In de brieven van de minister-president, 15 oktober 2010, 32 417, nr. 18, en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
23-12-2010, Kamervragen (Aanhangsel van de Handelingen 2010–2011, nr. 894) over dit onderwerp is aangegeven dat het beheer van mijn onroerend goed op afstand is geplaatst. Inmiddels heb ik ook het
eigendom overgedragen.
Het gaat hier overigens niet om een bedrijf dat de gronden exploiteert, maar om agrarische gronden die een andere bestemming
hebben gekregen; het gaat hierbij om 9,37 hectare. In 2006 hebben mijn toenmalige echtgenote en ik een totale subsidie ontvangen
van € 174 372,96 voor twee zaken: de omzetting van landbouwgrond in natuur (€ 143 988,–) en het inrichten van deze natuur
(€ 30 384,96).
Door de agrarische functie om te zetten in een natuurfunctie treedt er een aanzienlijke waardedaling op, die volgens nog steeds
geldende regels op 80% is gezet. Op deze gronden is dan geen gangbare agrarische bedrijfsvoering meer mogelijk. De toegekende
bedragen zijn gebaseerd op standaardnormkosten, die worden gehanteerd door de Dienst Regelingen.
Voor de inrichting van de natuur zijn inrichtingswerkzaamheden verricht, zoals het aanplanten van één hectare bos, het aanleggen
van struweelhagen, de aanleg van faunaranden en de aanleg van een eikenlaan. Die vergoeding is deels uitgekeerd en wacht deels
op de afronding van de inrichting dit jaar. De precieze hoogte van het laatste bedrag hangt af van de uitvoering van de inrichting.
Ook hier gelden de door Dienst Regelingen gehanteerde standaardnormkosten.
Dit zijn gebruikelijke vergoedingen in het kader van functieverandering van landbouwgrond naar natuur onder de toenmalige
rijkssubsidieregeling natuurbeheer 2000. Sinds mijn aantreden als bewindspersoon heeft er geen subsidieaanvraag meer plaatsgevonden.
Ik zal, gedurende mijn ambtstermijn, bij een eventuele subsidiehandeling, geen betrokkenheid hebben.
Ik heb van meet af aan, ook in uw Kamer, aangegeven dat ik zelf ervaring heb opgedaan met natuurbeheer. Ik ben trots op hetgeen
mijn familie en ik hebben kunnen doen en moedig ook andere particulieren en agrariërs aan zelf aan de slag te gaan voor de
natuur. Dat is ook de lijn van het Regeerakkoord waarin wordt ingezet op het versterken van agrarisch- en particulier natuurbeheer.