Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan minister van Buitenlandse Zaken over een bomaanslag op Kopten in Alexandrië (ingezonden 4 januari 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 2 februari 2011).

Vraag 1

Wat zijn naar het oordeel van de Raad van de Associatieovereenkomst van de EU en Egypte de achterliggende oorzaken («root causes») van religieuze intolerantie in Egypte?1 Deelt u die analyse?

Antwoord 1

De achterliggende oorzaken («root causes») van de religieuze intolerantie in Egypte worden onder meer gezocht in discriminerend overheidsbeleid ten aanzien van religieuze minderheden. Bijvoorbeeld discriminerende bepalingen en regels voor het bouwen en renoveren van kerken en gebedshuizen. Onvoldoende bescherming van religieuze minderheden door de Egyptische overheid en het achterwege blijven van strafrechtelijke vervolging bij discriminatie of onderdrukking van deze groepen zijn eveneens achterliggende oorzaak van religieuze intolerantie in Egypte.

Vraag 2

Deelt u de analyse dat er geen vorderingen zijn gemaakt bij het wegnemen van die oorzaken? Zo ja, wat dient naar uw oordeel te moeten gebeuren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Zie antwoord op vraag 5.

Vraag 3

Wat is uw opvatting over de mogelijkheden van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Egypte om de oorzaken van discriminatie te helpen wegnemen?

Antwoord 3

Zie antwoord op vraag 5.

Vraag 4

Deelt u de mening dat de ondemocratische praktijk in Egypte een rol speelt bij de oplopende spanningen in dat land? Zo ja, wat stelt Nederland voor? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Uitsluiting kan leiden tot oplopende spanningen in een land. Nederland steunt daarom initiatieven voor inspraak voor burgers in gemeenteraden, dialoog over burgerschap tussen jeugdleiders met uiteenlopende achtergronden en monitoren van het politieke proces door maatschappelijk organisaties, journalisten en bloggers. Bij de Egyptische autoriteiten pleit Nederland, bilateraal en als onderdeel van de EU, voor meer openheid en participatie in de politieke arena. De afgelopen parlementaire verkiezingen in Egypte voldeden volstrekt niet aan de internationale standaarden die hiervoor gelden.

Vraag 5

Deelt u de opvatting dat het Associatieakkoord niet voldoet als middel tot bevordering van democratie in Egypte en het wegnemen van oorzaken van allerlei vormen van discriminatie? Zo ja, wat behelzen de veranderingsvoorstellen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2, 3, 5

Inderdaad zouden er meer vorderingen moeten worden gemaakt bij het wegnemen van de achterliggende oorzaken («root causes») van religieuze intolerantie in het Midden-Oosten. Ik heb tijdens mijn gesprek op 11 januari j.l. met de Hoge Vertegenwoordiger van de Europese Unie, mevrouw Catherine Ashton, daarom gevraagd het recente geweld tegen religieuze minderheden op de agenda te zetten van de Raad Externe Betrekkingen, die op 31 januari a.s. zal plaatshebben. Dan zal worden besproken op welke wijze de EU sterker zou kunnen inzetten op het bevorderen van vrijheid van godsdienst en levensovertuiging en het voorkomen van interreligieus geweld.

Juist het Associatieakkoord en de Egyptische wens de relaties met de EU te intensiveren bieden mogelijkheden om de dialoog met de Egyptische autoriteiten over onderwerpen als democratisering, discriminatie, mensenrechten en vrijheid van godsdienst en levensovertuiging te intensiveren. Het huidige EU-actieplan voor Egypte, waarmee uitvoering wordt gegeven aan hetgeen in het Associatieovereenkomst is afgesproken, zal in de loop van dit jaar worden besproken. Nederland zal daarbij pleiten voor meer aandacht voor deze onderwerpen.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden De Roon, Kortenoeven en Wilders (allen PVV), ingezonden 4 januari 2011 (vraagnummer 2011Z00026)


XNoot
1

Verslag Associatie Raad EU en Egypte, 26 april 2010, zie punt 22: The EU encourages Egypt to continue to pursue efforts aimed at fighting discrimination on all grounds, at promoting tolerance in matters related to culture, religion and beliefs and minorities, and at countering impunity. The EU was shocked and saddened by the killing on Coptic Christmas Eve of six worshippers and a policeman, and welcomes and encourages work by the Egyptian authorities to halt such violence, in particular by addressing its root causes. In this context the EU looks forward, for instance, to the early adoption of a unified code on places of worship.

http://www.eeas.europa.eu/egypt/aa/2010_eu-egypt_statement_en.pdf

Naar boven