Vragen van het lid Hennis-Plasschaert (VVD) aan de minister van Justitie over het horen van een journalist als verdachte van opruiing en bedreiging (ingezonden 13 augustus 2010).

Mededeling van minister Hirsch Ballin (Justitie), mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 3 september 2010).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het artikel «Blogger ook beschuldigd van haatzaaien om tweet»?1

Vraag 2

Is het waar dat de indat artikel genoemde journalist wordt verdacht van zowel bedreiging als haatzaaien?

Vraag 3

Deelt u de mening dat uit de context overduidelijk blijkt dat de journalist niet zelf een bedreiging uitte maar simpelweg een dreigement van een ander als nieuwswaardig signaleerde? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Deelt u de mening dat het journalisten vrij staat te berichten over het feit dat dit soort bedreigingen aan het adres van politici gewoon op internet te vinden zijn, ook als ze daarbij de bedreiging citeren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen bent u voornemens te nemen?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, dat de schriftelijke vragen van het lid Hennis-Plasschaert (VVD) van uw Kamer over het horen van een journalist als verdachte van opruiing en bedreiging (ingezonden 13 augustus 2010) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


XNoot
1

Nu.nl, 11 augustus 2010.

Naar boven