Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

29

Vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over nepuniversiteiten. (Ingezonden 30 juli 2009)

1

Wat is uw oordeel over het bericht dat er in Den Haag zeven «universiteiten» zijn opgericht?1

2

Deelt u de mening dat het misleidend is wanneer iedereen de naam universiteit vrijelijk kan gebruiken? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u hiertegen ondernemen?

3

Deelt u de mening dat de diploma’s en graden van deze zogenaamde universiteiten waardeloos zijn en dat studenten hierop gewezen moeten worden? Zo ja, hoe gaat u hier uitvoering aan geven?

4

Is het waar dat in Irak en in Zweden is gewaarschuwd tegen dit soort «universiteiten» en dat al het onderwijs in het Arabisch wordt gegeven? Wat voor kosten worden in rekening gebracht bij studenten?2

5

Bent u bereid voorstellen te doen om het gebruik van de naam universiteit voor te behouden aan daartoe geaccrediteerde instellingen?

6

Wanneer komt het in motie-Van Dijk c.s. (31 821, nr. 41) van 18 juni 2009 gevraagde onderzoek over het gebruik van de term «universiteit»?

7

Hoe staat het met de instelling van een landelijk diplomaregister?3

8

Deelt u de mening dat de naam «Vrije Universiteit Den Haag» ten onrechte verwijst naar de Vrije Universiteit in Amsterdam?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van het lid De Krom (VVD), ingezonden 30 juli 2009 (vraagnummer 2009Z14440)

Antwoord

Antwoord van minister Plasterk (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 17 september 2009)

1

De Nederlandse overheid heeft geen betrokkenheid bij deze «universiteiten» zolang zij niet streven naar erkenning en accreditatie van hun opleidingen.

2

Zo algemeen gesteld deel ik die mening niet; het gebruik van de naam universiteit door een organisatie betekent nog niet dat er sprake is van misleiding. Denk bijvoorbeeld aan het bestaan van 92 volksuniversiteiten die 200.000 cursisten trekken en door een groot aantal Nederlandse gemeenten gesubsidieerd worden. Niettemin zal ik ter uitvoering van de motie van het lid Jan Jacob van Dijk c.s. (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 31 821, nr. 41) onderzoeken in hoeverre het mogelijk is om het gebruik van de aanduiding «universiteit» en «university» voor te behouden aan instellingen die door de NVAO of daaraan gelijkstaande organisaties geaccrediteerde opleidingen aanbieden. In het kader van dit onderzoek zal onder andere een vergelijking worden gemaakt met de praktijk in het buitenland.

3

Diploma’s en graden van de bedoelde instellingen zijn op geen enkele wijze erkend en daarom van weinig waarde op de arbeidsmarkt of voor vervolgonderwijs. Gelukkig zijn aanstaande studenten in een goede positie om zich via de website www.studiekeuze123.nl, de NVAO en de IB-groep te informeren over de status van in Nederland opererende instellingen en de waarde van hun diploma’s. Zie ook mijn antwoord op eerdere vragen van de Kamerleden Biskop en Van Dijk inzake de naamgeving van het hoger onderwijs in Nederland (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 1730).

4

Mij is niet bekend of in Irak en Zweden is gewaarschuwd tegen dit soort universiteiten. De kosten die studenten in rekening worden gebracht zijn soms terug te vinden op de websites van de bedoelde universiteiten, maar vaak worden «fees» in het vage gelaten.

5

Zie mijn antwoord op vraag 2.

6

Het is mijn voornemen om de Kamer in december 2009 te informeren over de resultaten van het in de motie bedoelde onderzoek. Zie ook mijn antwoord op vraag 2.

7

Er wordt een centraal, digitaal diplomaregister ontwikkeld. De IB-Groep zal binnenkort, na overleg met het departement, met een plan van aanpak komen. Doel is om uiterlijk 1 januari 2012 een operationeel diplomaregister te hebben. Overigens kan ook nu al de echtheid van een diploma bij de betreffende universiteit gecontroleerd worden.

8

De bedoelde organisatie is onder een andere naam ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en wel als de «AL Huraa University»; om die reden is verwarring met de Vrije Universiteit Amsterdam onwaarschijnlijk. Overigens wordt alleen in het aangehaalde artikel van de Wereldomroep gesproken over «de vrije universiteit», waarschijnlijk omdat «de vrije» een vertaling van «al hurra» is, waarbij ik in het midden laat wat de juiste transcriptie vanuit het Arabisch is.


XNoot
1

 Editie NL, 28 juli 2009 De Telegraaf, 28 juli 2009: «SP: Aanpak nepuniversiteiten» http://www.telegraaf.nl/binnenland/4498368/__SP__Aanpak_nepuniversiteiten_ _.html?p=12,1

XNoot
2

 Wereldomroep, 27 juli 2009 www.rnw.nl/nl/nederlands/article/arabische-universiteiten-schieten-uit-de-grond

XNoot
3

 Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007–2008, nr. 842.

Naar boven