Vragen van het lid Neppérus (VVD) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het artikel «Wielerronde op rantsoen» (ingezonden 26 april 2010).

Antwoord van minister Klink (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 8 juni 2010).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het artikel «Wielerronde op rantsoen»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat er kennelijk verwarring is gerezen over de subsidie die door de organiserende gemeenten voor de organisatie van de Ronde van Italië, de Giro, kon worden verwacht, waarbij de gemeenten Middelburg, Utrecht en Amsterdam uitgingen van de maximale subsidie en menen dat ambtelijk daarvoor de verwachting is gewekt terwijl van de zijde van het ministerie wordt gezegd dat er geen verwachtingen zijn gewekt? Zo ja, hoe heeft dit kunnen gebeuren en wilt u dit echt nagaan?

Antwoord 2

Volgens het huidige evenementenbeleid komt de start van Giro d’Italia niet in aanmerking voor subsidie omdat hij niet aan de gestelde criteria voldoet. Vanwege de grote maatschappelijke impact is door VWS medio juni 2009 besloten om de start van de Giro d’Italia (proloog en vervolgetappes in Nederland) aan te wijzen als topsportevenement. Op grond van deze aanwijzing heeft de landelijke sportorganisatie (de Koninklijke Nederlandse Wielren Unie, KNWU) een subsidie voor dit evenement aan kunnen vragen.

Ik hecht er waarde aan dat de organisator in staat wordt gesteld een goed evenement neer te zetten. Daarom is het ministerie vroegtijdig in gesprek gegaan met vertegenwoordigers van de KNWU en de betrokken gemeenten. Zonder dat er een begroting op tafel ligt, wordt dan in grote lijnen gesproken over de evenementenregeling en de voorwaarden waarbinnen subsidie kan worden aangevraagd. Dezelfde informatie is ook vastgelegd in het uitvoeringsprogramma «Samen voor sport». Op een enkel punt wordt het één en ander toegelicht zonder daarbij budgettaire toezeggingen te doen of verwachtingen te wekken over de hoogte van de mogelijke bijdrage. Het indienen van een goede subsidieaanvraag, inclusief een reële en sluitende begroting maakt onderdeel uit van de organisatie van het evenement. Pas nadat de aanvraag formeel is ingediend wordt de hoogte van de financiële bijdrage bepaald en vastgelegd. Ik hoop in de toekomst dit soort verschillen van inzicht te voorkomen door tijdens het aanvraagproces nog meer de nadruk op het managen van de verwachtingen te leggen.

Duidelijk is dat de aanvrager van de subsidie, de KNWU en de betrokken gemeenten, van mening is dat er verwachtingen zijn gewekt. Ik ben van mening dat het ministerie tijdens dit traject zorgvuldig heeft gehandeld en dat er geen budgettaire toezegging is gedaan.

Vraag 3

Bent u bereid de betrokken gemeenten, te meer nu de Giro al binnen twee weken gaat plaatsvinden, toch nog op een of andere manier tegemoet te komen?

Antwoord 3

Ik kan pas een besluit nemen wanneer ik over een definitieve begroting beschik. Het uiteindelijk door de KNWU genoemde bedrag in de begroting zal leidend zijn bij de bepaling van de hoogte van de te verlenen subsidie. Bij het bepalen van de hoogte van het voorlopige subsidiebedrag is gekeken naar de begroting van de organisatie, welke bijdragen door andere partners worden gedaan en wat vergelijkbare evenementen, als de start van de Ronde van Spanje in 2009 in Drenthe en de Ronde van Frankrijk in 2010 in Rotterdam, aan subsidiebehoefte hebben. Ter vergelijking, aan de Vuelta 2009 is een subsidie verleend van € 612.000.


XNoot
1

Binnenlands Bestuur, 23 april 2010.

Naar boven