Vragen van het lid Aasted Madsen-van Stiphout (CDA) aan de minister van Economische Zaken over onveilig speelgoed (ingezonden 20 april 2010).

Mededeling van minister Klink (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 mei 2010).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de bekendmaking van de Europese Commissie dat 25 procent van het in Europa onderzochte speelgoed onveilig is?1

Vraag 2

Constaterende dat ook de veiligheid van kleding en motorvoertuigen vaker niet in orde blijkt te zijn, in 2009 een stijging van 7 procent, deelt u de mening van de Europese Commissie dat dit het gevolg is van betere controle?

Vraag 3

Wat gebeurt er concreet als blijkt dat een product niet veilig is? Wordt dit onmiddellijk uit de handel genomen? Worden consumenten hier onmiddellijk over geïnformeerd? Wat wordt in Nederland gedaan om veiligheidsrisico’s voor de (kleine) consumenten tot een minimum te beperken?

Vraag 4

Hoe ziet u de verantwoordelijkheid van importeurs? Zouden zij zich niet vooral moeten vergewissen van de veiligheid?

Vraag 5

Wat zijn de consequenties voor de importeurs die in Nederland onveilig speelgoed op de markt brengen?

Mededeling

De vragen van het Kamerlid Aasted Madsen-van Stiphout (CDA) over onveilig speelgoed kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is dat er meer interdepartementale afstemming is vereist.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.


XNoot
1

De Telegraaf, 15 april 2010 http://www.telegraaf.nl/buitenland/6530907/__Veel_gevaarlijk_speelgoed_in_EU__.html?cid=rss

Naar boven