Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
1467
Vragen van het lid Leijten (SP) aan de staatssecretaris
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de werkwijze van het Centrum
Indicatiestelling Zorg (CIZ). (Ingezonden 25 januari 2010)
1
Bent u bekend met de lange wachttijd op een aanvraag voor terminale zorg
bij het CIZ?1
2
Wat is uw oordeel over de situatie waarin de aanvrager pas na 1 maand
een reactie krijgt op de aanvraag voor terminale thuiszorg?
3
Bij hoeveel aanvragen voor terminale thuiszorg komt de beoordeling van
het CIZ, net als in onderhavig geval, te laat? Kunt de Kamer informeren over
deze cijfers?
4
Wat is de verklaring voor de lange wachttijd voor de beoordeling? Is dit
een probleem dat vaker voorkomt? Hoelang is de gemiddelde wachttijd?
5
Zou het niet beter zijn dat, wanneer een huisarts of specialist terminale
thuiszorg aanvraagt, deze acuut gegeven moet kunnen worden, en dat de aanvraag
met spoed moet worden beoordeeld? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn
kunt u dit regelen met het CIZ en andere betrokken partijen?
6
Bent u van mening dat het nodig is dat huisartsen en specialisten maar
liefst 16 pagina’s in moeten vullen voor een aanvraag? Zo ja, hoe rijmt
u dit met de politieke wens om de bureaucratie te verminderen? Zo nee, kunt
u hier per direct een einde aan maken?
7
Deelt u de verontwaardiging van de briefschrijver over het feit dat er
na het bericht van overlijden van de aanvrager wél binnen één
dag een reactie van het CIZ kwam dat de behandeling van de aanvraag was afgebroken?
8
Wat is uw antwoord op de vraag die de brievenschrijver stelt hoe het moet
met mensen die geen netwerk hebben om de uitblijvende terminale thuiszorg
op te vangen?
9
Wat is uw reactie op de uitspraak van de Westlandse huisartsen dat het
CIZ een nagel aan de doodskist is?
10
Bent u bereid met de Westlandse huisartsen en met de Landelijke Vereniging
van Huisartsen om tafel te gaan over de werkwijze van het CIZ? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over de uitkomsten van het overleg?
11
Bent u ook bereid om met het Nederlands Genootschap van Huisartsen te
overleggen over het onderzoek dat zij hebben gedaan en waaruit komt dat de
helft van de huisartsen aangeeft te weinig tijd te hebben voor voldoende zorg
voor ouderen?2 Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de Kamer
informeren over de uitkomsten van het overleg?
12
Bent u bereid een actieplan te maken om het CIZ en de bureaucratie van
de indicatiestelling af te schaffen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer kan
de Kamer het plan verwachten?
13
Bent u bereid deze vragen te beantwoorden vóór het algemeen
overleg over Palliatieve zorg op 4 februari 2010?
Antwoord
Antwoord van staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid,
Welzijn en Sport) (ontvangen 3 februari 2010)
1
De brief van mw. K. W. te G is mij bekend.
2
Deze gang van zaken is niet gebruikelijk en ook onnodig.
Zie ook mijn antwoord op de vragen 3 en 4.
3 en 4
Een indicatie-aanvraag voor terminale zorg wordt door het CIZ binnen 48
uur (twee werkdagen) afgehandeld.
Terminale zorg aangevraagd als standaard indicatie protocol (SIP) kan
zelfs direct worden ingezet. Meestal heeft een huisarts hierover afspraken
met bijvoorbeeld een thuiszorgorganisatie die voor hem deze SIP-aanvraag indient
en dan direct de noodzakelijke zorg levert.
Het op die manier tijdig afhandelen van aanvragen voor terminale zorg
lukt alleen niet als deze aanvragen zonder vermelding dat het om terminale
zorg gaat worden ingediend; deze worden dan als reguliere aanvraag in behandeling
genomen.
5
Ja, en dit is ook al geregeld. Een huisarts of specialist heeft al de
mogelijkheid acuut AWBZ-zorg in te zetten als het gaat om spoedzorg. AWBZ-zorgaanbieders
weten dat zij in dat geval direct de zorg kunnen starten, vooruitlopend op
het indicatiebesluit. Dat geldt ook voor terminale thuiszorg die acuut ingezet
moet worden volgens de behandelaar.
6
Zoals u kunt zien op de site van het CIZ beslaat het aanvraagformulier
acht pagina’s. Een behandelaar, bijvoorbeeld een huisarts, kan het indienen
en afhandelen van een aanvraag bij het CIZ voor bijvoorbeeld palliatief terminale
zorg vereenvoudigen en versnellen door gebruik te maken van hetzij de digitale
aanmeldfunctionaliteit hetzij een standaard indicatieprotocol (SIP). Voor
een SIP moeten slechts negen vragen worden beantwoord.
7 en 8
Ik zal u mijn antwoord op de brief van mevrouw K.W. te G in afschrift
doen toekomen.
9
Uit de brief van mw. K.W. te G. blijkt niet wie in welk verband genoemde
uitspraak heeft gedaan en wat de aanleiding was. Ik kan daarom in reactie
daarop alleen aangeven dat ik het beeld dat de Westlandse huisartsen hebben
van het CIZ niet herken. Wel lijkt het mij goed als het CIZ de Westlandse
huisartsen actief over haar mogelijkheden en werkwijze informeert. Zie ook
het antwoord op vraag 10.
10
Het CIZ is intern de gang van zaken rond deze aanvraag nagegaan en heeft
ook contact opgenomen met de huisarts.
Voor het CIZ is dit aanleiding om in hun relatiebeheer de huisartsen,
en deze huisartsengroep in het bijzonder, opnieuw goed te informeren over
de mogelijkheden om versneld en eenvoudig indicatieaanvragen in te dienen.
11
In antwoord hierop wil ik u verwijzen naar de beantwoording door de minister
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dr. A. Klink, mede namens mij, van
de vragen van het kamerlid Wolbert (PvdA) over huisartsenzorg voor kwetsbare
ouderen (Ingezonden 11 december 2009).
12
In antwoord hierop wil ik u verwijzen naar mijn brief «Bouwen aan
vertrouwen» aan de Tweede Kamer van 5 november 2009 en de daarin opgenomen
maatregelen die zijn gericht op een verdere vereenvoudiging van het proces
van indicatiestelling AWBZ.
XNoot
1 Ontvangen brief, onderhands aan het ministerie verstrekt.
XNoot
2 Netwerk: «Huisartsen: wij komen vaak schrijnende gevallen
tegen in ouderenzorg» http://www.netwerk.tv/artikelen/huisartsen-wij-komen-vaak-schrijnende-gevallen-tegen-ouderenzorg