Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

3405

Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over kunstroof beeld Van Gogh. (Ingezonden 25 mei 2009)

1

Wat is uw reactie op de gang van zaken rond het identificeren van een beeld van Vincent van Gogh en de levering ervan aan de Franse autoriteiten?1

2

Wat is uw reactie op het verwijt dat bij de Nederlandse politie en justitie de expertise inzake kunstroof ontbreekt en dat de bureaucratie rond dit soort zaken vele jaren vergt? Wat bent u van plan hieraan te doen? Bent u bereid te onderzoeken hoe de expertise kan worden verbeterd?

Antwoord

Antwoord van minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) en minister Hirsch Ballin (Justitie) (ontvangen 6 augustus 2009) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 2975

1

Het beeld dat in NOVA wordt geschetst met betrekking tot het optreden van de politie is anders dan navraag bij het KLPD ons leert.

De Dienst Internationale Politie-informatie (IPOL) van het KLPD werd in december 2008 benaderd door een regionaal politiekorps, waar zich een persoon had gemeld die beweerde te weten waar het betreffende beeld zich bevond. Deze persoon was bereid die informatie te delen tegen betaling van een aanzienlijke som geld. Het gevraagde bedrag is niet uitgekeerd. De Dienst IPOL heeft bemiddeld in de richting van het Franse Office Central de lutte contre le trafic des Biens Culturels, maar uiteindelijk trok de tipgever zich terug en liep de zaak op niets uit. Het was de politie op dat moment niet bekend waar het beeld was. De privé detective en de kunstkenner uit de NOVA uitzending wisten wel waar het beeld zich bevond. Zij hebben een en ander rechtstreeks met de Franse autoriteiten afgewikkeld zonder betrokkenheid van de Nederlandse politie. De Dienst IPOL is over de terugbezorging ingelicht door het Franse Office Central de lutte contre le trafic des Biens Culturels.

Op de teruggave van cultuurgoederen is binnen de Europese Unie richtlijn nr. 93/7/EEG van kracht, die de teruggave regelt van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht. De centrale autoriteit voor de richtlijn is in Nederland de Erfgoedinspectie.

2

Bij de dienst IPOL van het KLPD wordt expertise opgebouwd op het gebied van kunst en antiek door expertise van het opsporingsproces en kennis van de kunsthistorie bij elkaar te brengen. Daarnaast wordt ook nauw samengewerkt met de collega’s van de Erfgoedinspectie om de benodigde expertise te waarborgen. Ook worden met de politie nadere afspraken gemaakt over de verdere ontwikkeling van de database, de vereiste randvoorwaarden en de contactpersonen per regio of samenwerkingsverband van regio’s. Voor de volledigheid verwijzen wij naar de beantwoording op eerdere Kamervragen (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 2721). Zoals de Minister van Justitie al aangaf tijdens het Algemeen Overleg met de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de vaste commissie voor Financiën en de vaste commissie voor Justitie van uw Kamer is het Openbaar Ministerie (OM) van mening dat er een centraal aanspreekpunt zal moeten komen en is het OM voornemens een landelijke officier voor het thema kunstcriminaliteit aan te wijzen. (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 29 911, nr. 22, pagina 32) Er is momenteel overleg gaande tussen de Minister van Justitie en het OM over de wijze waarop dit het best kan worden vormgegeven.


XNoot
1

 Nova, 20 mei 2009.

Naar boven