Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

2743

Vragen van het lid Agema (PVV) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over een gebrek aan het willen onderkennen en oplossen van de misstanden bij Huis in de Duinen te Zandvoort. (Ingezonden 27 april 2009)

1

Waarop baseert u de conclusie in uw brief1 dat de zorgelijke situatie in Huis in de Duinen te wijten is aan ongelukkige of zelfs slechte communicatie vanuit het management en tekortkomingen in de zorg? Wat is er tot nu toe gedaan om de communicatie te verbeteren bij het team van de Branding?2

2

Hoe verklaart u het dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) geen onregelmatigheden heeft aangetroffen? Is er geen melding gedaan aan de IGZ over de gebroken heupen van twee bewoners van afdeling de Branding? Is er geen melding gedaan van het aantal valincidenten van een bewoner? Is er geen melding gedaan van dubbele morfine giften en het onterecht medicijngebruik van een jaar?

3

Waarom blijft u volharden in uw mening dat Huis in de Duinen de problemen heeft erkend, terwijl er nooit is gesproken met de melders (die intussen monddood zijn gemaakt) en de problemen niet zijn aangepakt?

4

Bent u bereid de IGZ te vragen verscherpt toezicht te houden op Huis in de Duinen en de Inspectie op te dragen de brief van de vijf melders mee te nemen in hun beoordeling?

5

Hoe verklaart u de stelling van de medewerkers in een open brief in de Zandvoortse Courant, dat er nooit sprake is geweest van strafbare feiten, terwijl er nooit onderzoek is gedaan naar strafbare feiten?

6

Kunt u bevestigen dat het nieuwe afdelingshoofd van De Branding ook al weer is vertrokken? Kan deze afdeling niet beter worden gesloten en de bewoners (tijdelijk) worden overgebracht naar andere PG-afdelingen in de omgeving totdat er echt onderzoek is gedaan naar de vijf verklaringen van voormalige medewerkers over slechte en onvakkundige zorg, verwaarlozing, vernedering, en (zware mishandeling) van (vroegere) bewoners? Zo nee, waarom niet?

7

Waarom sprak u in het geval van het verpleeghuis Jan Bonga aan de vooravond van het spoeddebat wel met de aangevers van de misstanden maar liet u zich in het geval van Huis in de Duinen alleen bijpraten door de directie en niet door de voormalige medewerkers? Bent u bereid dit alsnog te doen? Zo nee, waarom niet? Zo nee, heeft dat te maken met de uitlatingen over deze casus door uw partijgenoot de wethouder van Zandvoort, de heer Toonen?

Antwoord

Antwoord van staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 mei 2009)

1

Zoals ik in mijn brief schrijf, baseer ik dat op de inhoud van de brief met bijlagen waarop ik in mijn brief desgevraagd reageer. Ik ben al herhaaldelijk ingegaan (TK 2008–2009, Aanhangsel nrs. 1075, 1900 en 1905) op de verbeteraanpak bij De Branding en verwijs daarnaar.

2

De IGZ heeft aangekondigde en onaangekondigde inspectiebezoeken aan Huis in de Duinen gebracht. Daarbij zijn geen onregelmatigheden aangetroffen en ook geen signalen gekregen over onregelmatigheden in het recente verleden. Het laatste inspectierapport van de IGZ zal via de website van de IGZ openbaar gemaakt worden.

De IGZ heeft één maal een anonieme melding via internet over Huis in de Duinen ontvangen. Die melding bevatte teksten vergelijkbaar met die opgenomen in de brief aan de Commissie voor VWS. Anonieme meldingen worden, zoals u weet, door de IGZ niet in behandeling genomen.

3

De problemen zijn met succes aangepakt. Dit blijkt uit de bevindingen van de IGZ. Ook de medewerkers (de open brief van 19 februari 2009) melden dat het Plan van Aanpak met inzet van allen wordt uitgevoerd.

4

Gezien de uitkomsten van de bezoeken die de IGZ de laatste maanden aan Huis in de Duinen heeft gebracht, is er geen reden om verscherpt toezicht in te stellen.

5

Dat is kennelijk de inschatting van de medewerkers over de gang van zaken bij De Branding.

6

Een zorginstelling hoeft mij niet te informeren over personeelsverloop. Op basis van de inspectierapporten van de IGZ is er geen enkele reden deze afdeling te sluiten.

7

De melding van de ex-medewerker van Huis in de Duinen betrof haar negatieve ervaringen en die van enkele ex-collega’s gedurende enkele jaren. Deze ontving ik nadat ik mij via de geëigende kanalen, de IGZ, had laten informeren over de gang van zaken. Deze informatie hield in dat er op dat moment geen onregelmatigheden waren aangetroffen en dat uitvoering werd gegeven aan een verbeteraanpak. Dat heb ik in antwoord op verschillende kamervragen meegedeeld.

In het geval van verpleeghuis Jan Bonga was minder informatie beschikbaar. De IGZ had een inspectiebezoek aangekondigd, maar nog niet uitgevoerd. Aan de vooravond van het interpellatiedebat over deze instelling heb ik er daarom voor gekozen zelf een gesprek met direct betrokkenen (directie en verpleeghuisartsen) te voeren.

Aangezien de zorg in Huis in de Duinen nu op orde is en de huidige medewerkers vragen om rust zodat zij zich met volle aandacht op de zorg te richten die zo hard nodig is, zie ik geen reden om met voormalige medewerkers te praten over wat er in het verleden is voorgevallen. Uitlatingen van een wethouder hebben hier niets mee te maken. Ik distantieer mij van dergelijke insinuaties door de vragensteller.


XNoot
1

 DLZ/KZ-U2903711.

XNoot
2

 Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 1905.

Naar boven