Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
2139
Vragen van de leden Kant en Van Gerven (beiden
SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de voorkruipzorg
door Quality Medical Services. (Ingezonden 14 november 2008)
1
Hoe oordeelt u over de website van Quality Medical Services (QMS) (www.q-m-s.nl)
waaruit blijkt dat je als particulier, als zorgverzekeraar en als bedrijf
snelle behandeling kunt kopen door een bijdrage aan QMS te betalen?
2
Erkent u dat hier sprake is van voorkruipzorg of het omzeilen van de wachtlijst?
Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?
3
Erkent u dat hier sprake is van tweedeling, aangezien mensen die dit bedrag
niet kunnen missen niet de garantie kunnen kopen om snel behandeld te worden?
Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?
4
Hoe oordeelt u de bijgevoegde brief waaruit blijkt dat na het betalen
van een «fee» aan zowel het ziekenhuis als de specialist patiënten
met voorrang behandeld worden?1
5
Is hier geen sprake van omkoping van de specialist en het ziekenhuis waarbij
de fee van 900 euro in de verhouding 50%–50% verdeeld
wordt tussen de specialist en het ziekenhuis?
6
Mag een ziekenhuis, dan wel specialist, een extra fee ontvangen terwijl
tevens een normale diagnose behandeling combinatie voor de behandeling gedeclareerd
wordt? Zo ja, kunt u dit toelichten?
7
Mag dit volgens u zowel voor behandelingen in het A-segment als voor behandelingen
in het (vrije) B-segment? Zo neen, welke maatregelen gaat u nemen?
8
Wat is uw morele oordeel over de handelwijze van het ziekenhuis?
9
Deelt u de mening dat moreel gezien medische urgentie altijd leidend moet
zijn bij het bepalen wie het eerst een behandeling moet ondergaan? Zo ja,
bent u bereid de Zorgverzekeringswet zo aan te passen zodat alleen medische
urgentie leidend is? Zo neen, waarom niet?
10
Deelt u de mening dat ook bij het stellen van een diagnose geen voorrang
ingekocht mag worden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat
u nemen?
11
Herinnert u zich de antwoorden van voormalig minister Hoogervorst over
de commerciële specialistendienst Personal Health Services?2
12
Onderschrijft u zijn zienswijze dat medisch specialistische zorg onder
de Zorgverzekeringswet enkel wordt vergoed na doorverwijzing door de eerste
lijn, waaronder de huisarts?
13
Deelt u de mening dat het lijkt alsof QMS de rol van de huisarts als verwijzer
naar een specialist in het ziekenhuis overneemt? Deelt u de mening dat dat
ongewenst is? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord
Antwoord van minister Klink (Volksgezondheid, Welzijn
en Sport), (ontvangen 31 maart 2009), Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2008–2009, nr. 993
1
QMS presenteert zich op zijn website als een organisatie die voor bedrijven
en zelfstandigen zonder personeel bemiddelt om mensen bij ziekte weer snel
aan het werk te krijgen. QMS vraagt haar klanten hiervoor een bijdrage, waarvan
een deel naar de zorgaanbieder gaat.
Zorgbemiddeling is niet nieuw. Verzekerden moeten hun zorgaanspraak kunnen
verwezenlijken en hebben er recht op dat hun zorgverzekeraar desgewenst voor
ze bemiddelt. Als bij een zorgverlener sprake is van een lange wachttijd kan
de verzekerde gebruik maken van deze service. De zorgverzekeraar zorgt er
dan voor dat een verzekerde zo mogelijk door een andere zorginstelling wordt
geholpen die op dat moment een kortere wachttijd heeft.
2
De NZa heeft een onderzoek gedaan naar het initiatief van QMS en het Kennemer
Gasthuis (KG) in Haarlem. Daaruit blijkt dat in slechts twee gevallen bemiddeling
heeft plaatsgevonden, en dat het initiatief is opgeschort in afwachting van
de resultaten van het onderzoek van de NZa. De NZa is tot de conclusie gekomen
dat effectuering van de tussen partijen gemaakte afspraken ertoe zou leiden
dat zowel QMS als het KG de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg, artikel
35) zouden overtreden, omdat het niet is toegestaan de zorgaanbieder buiten
de DBC om een extra betaling te doen. De brief van de NZa is bijgevoegd. De
NZa heeft het Kennemer Gasthuis en QMS van haar bevindingen op de hoogte gesteld,
teneinde te voorkomen dat de Wmg daadwerkelijk wordt overtreden.
Blijkens de bijgevoegde brief vraagt de NZa mijn oordeel over zorgbemiddeling
waarbij de bemiddelaar de zorgaanbieder betaalt. Ik zie geen reden af te wijken
van de huidige werkwijze, waarbij de NZa erop toeziet dat de Wmg wordt nageleefd.
3
Er is geen sprake van tweedeling (zie ook het antwoord op vraag 2). Alle
patiënten in Nederland, ongeacht hun inkomen, kunnen er op rekenen dat
zij tijdig medisch specialistische zorg ontvangen.
4
Ik verwijs naar het antwoord op vraag 2.
5
De NZa is tot de conclusie gekomen dat het initiatief van QMS en het KG
niet in overeenstemming is met de Wmg.
6
Nee. Ik verwijs naar het antwoord op vraag 2.
7
Nee, zie het antwoord op vraag 2. Het maakt daarbij geen verschil of het
over het A- of het B-segment gaat.
8
Ik volsta met de vaststelling dat de handelwijze van het ziekenhuis niet
in overeenstemming is met de Wmg, en dat de NZa daarop toezicht houdt en handhaaft.
De toegankelijkheid van de zorg moet in ons land gewaarborgd zijn voor iedereen.
Ik heb geen aanwijzingen dat de toegang tot tijdige medisch specialistische
zorg in het KG in het geding is geweest.
9
In het geval van QMS en het KG hadden de afspraken alleen betrekking op
niet-urgente, planbare zorg.
Ik deel het uitgangspunt dat medische urgentie leidend is bij het bepalen
van de behandelvolgorde. Zorgverzekeraars kunnen overigens in het belang van
verzekerden wel excelleren in bemiddeling ten einde hen naar kwalitatief goede
en tijdige zorg toe te leiden.
10
Ik zie geen aanleiding om bij de oordeelsvorming onderscheid te maken
tussen diagnose en behandeling.
13
Nee. In het onderhavige geval vult het bemiddelingsbureau niet de rol
van verwijzer, maar van bemiddelaar. Overigens: de huisarts verwijst naar
de medisch specialistische zorg. Het is de patiënt zelf die bepaalt aan
welke specialist of ziekenhuis hij de voorkeur wil geven.
XNoot
1 Brief van RvB Kennemer Gasthuis, d.d. 19 augustus 2008.
XNoot
2 Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2005–2006, nrs. 515–516.