Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

72

Vragen van het lid Neppérus (VVD) aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over het terughalen door Beter Bed van Chinese matrassen die mogelijk gifgassen bevatten. (Ingezonden 20 augustus 2007)

1

Kent u het bericht «Beter Bed roept Chinese matrassen terug»?1

2

Deelt u de mening dat de mogelijke gifgassen in deze matrassen een daadwerkelijk risico zijn voor de volksgezondheid?

3

Bent u van plan de inspectie op de invoer van producten die mogelijk gifgassen bevatten aan te scherpen?

4

Zijn de bestaande nationale en Europese maatregelen wel toereikend?

5

Hebben zich in Nederland reeds incidenten voorgedaan bij personen die bij de invoer van deze matrassen hebben meegeholpen of bij consumenten die deze matrassen hebben gekocht?

Antwoord

Antwoord van minister Cramer (Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer). (Ontvangen 25 september 2007)

1

Ja, dat is mij bekend.

2

De gassen kunnen, afhankelijk van de aanwezige gehalten in de matrassen, een risico voor de volksgezondheid opleveren. Inmiddels is uit onderzoek dat TNO in opdracht van Beter Bed heeft uitgevoerd, gebleken dat er geen giftige stoffen in de teruggehaalde matrassen zitten.

3

Naar aanleiding van de recente incidenten met gegaste ladingen uit China zullen door de VROM-Inspectie extra steekproefgewijze controles worden uitgevoerd op containers met een hoog risicoprofiel uit Azië en meer specifiek uit China.

Naar aanleiding van het rapport «Trendanalyse schadelijke gassen in containers»1 voert het RIVM op dit moment in opdracht van de VROM-Inspectie een onderzoek uit naar de risico’s van deze importstromen voor volksgezondheid en milieu. Op basis van de resultaten van deze risicoanalyse zal worden bezien of extra toezichthoudende activiteiten nodig zijn.

4

De veiligheid van producten wordt geregeld door een uitgebreid complex van Europese eisen. Deze zijn in Nederland in regelgeving op basis van de Warenwet opgenomen. Zo zijn er specifieke productveiligheidseisen voor allerlei productgroepen zoals speelgoed en elektrotechnische producten. Ook zijn er specifieke Europese eisen voor gevaarlijke stoffen in producten. Producten die niet onder een specifieke richtlijn vallen moeten altijd voldoen aan de Europese algemene productveiligheid richtlijn (APV-Richtlijn). Producten die niet voldoen aan de Europese eisen mogen niet worden verhandeld binnen de EU. Het toezicht op deze eisen wordt in de richtlijnen overgelaten aan de nationale overheden. Dit toezicht is in Nederland gebaseerd op zogenaamde risicoprofielen (bepaalde producten of risico’s van producten via bepaalde handelskanalen aangeboden en uit bepaalde landen afkomstig).

Op 15 februari 2007 heeft de Europese Commissie een voorstel ingediend voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het in de handel brengen van producten (COM(2007) 37 definitief). Dit voorstel bevat onder andere een communautair kader voor markttoezicht en bepalingen over de controles van producten die de communautaire markt binnenkomen. Het voorstel beoogt met bepalingen over het markttoezicht op het terrein van de productveiligheid door lidstaten en met bepalingen over informatie-uitwisseling tussen lidstaten de bestaande verschillen in het toezicht te verkleinen. Hiermee zal het markttoezicht in totaal door de Europese Unie versterkt worden. Nederland steunt het doel van deze verordening. De besprekingen in Brussel over dit voorstel zijn momenteel in volle gang, maar in ieder geval hebben ook de andere lidstaten en het Europees Parlement dit voorstel verwelkomd.

Naar onze mening is het systeem van Europese productveiligheidseisen en risico-gestuurd toezicht afdoende voor zover dit vanuit Nederland kan worden beheerst. De toekomstige verordening zal het toezicht in Europa in zijn geheel versterken.

Echter, een sluitend systeem voor productveiligheid kan pas ontstaan wanneer ook aan de bron bij productie, verpakking en export een vergelijkbaar systeem van waarborgen bestaat. In dat licht zijn de recente bilaterale afspraken tussen de Chinese en de Nederlandse regering waarin aandacht wordt besteed aan voedselveiligheid, productkwaliteit en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) in de keten van groot belang.

5

Op dit moment zijn mij geen incidenten met deze matrassen bekend.


XNoot
1

 Teletekst vrijdag 17 augustus 2007.

XNoot
1

 Dit rapport is als bijlage bij de antwoorden op de vragen van 10 april 2007 van het lid Poppe over gegaste containers aan de Tweede Kamer toegezonden (Aanhangsel der Handelingen nr. 1645, vergaderjaar 2006–2007).

Naar boven