Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

868

Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan de minister-president over het mogelijke advies aan Koningin Beatrix inzake de beschuldigingen van Prinses Margarita. (Ingezonden 26 februari 2003)

1

Kent u het bericht «Oranjes bezorgd over imago»?1

2

Bent u bereid mee te delen of het waar is dat u aan Koningin Beatrix het politieke advies hebt gegeven «de kwestie dood te zwijgen»? Indien u dat advies hebt gegeven, op grond van welke overwegingen was dat? Zo neen, wat heeft u de Koningin wel geadviseerd?

3

Deelt u de opvatting dat de beschuldigingen van prinses Margarita aan het adres van het koninklijk huis het aanzien van de monarchie zware schade toebrengen, aangezien er onwettige praktijken worden gesuggereerd zoals schending van het briefgeheim en het afluisteren van telefoongesprekken? Kunt u uw antwoord toelichten?

4

Wat gaat u ondernemen om verdere schade aan het aanzien van de monarchie te voorkomen?

Antwoord

Antwoord van minister-president Balkenende (Algemene Zaken), mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. (Ontvangen 5 maart 2003)

1

Ja.

2

Zoals bekend brengt de grondwettelijke eenheid van de Kroon met zich mee dat geen mededelingen mogen worden gedaan over hetgeen wordt besproken binnen de Kroon.

3 en 4

Het kan niet worden ontkend dat de uitlatingen van Prinses Margarita en haar echtgenoot het aanzien van het Koninklijk Huis schade kunnen toebrengen. Gelet op aard en karakter van de uitlatingen hoop en vertrouw ik erop dat eventuele schade van voorbijgaande aard zal zijn.


XNoot
1

Volkskrant, 22 februari jl.

Naar boven