Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

470

Vragen van het lid Poppe (SP) aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dhr. Hoogervorst, over de hogefluxreactor in Petten. (Ingezonden 2 november 2001)

1

Is het waar dat er in de hogefluxreactor in Petten veiligheidsregels zijn overtreden?

2

Kunt u aangeven hoe lang deze overtredingen al plaats vinden en welke regels er precies zijn overtreden, met name op het gebied van de Kernenergiewet en de Arbeidsomstandighedenwet?

3

Hebben werknemers of omwonenden risico's gelopen door deze overtredingen? Zo ja, welke?

4

Is het waar dat recentelijk een reactor is opgestart terwijl er een defect aan de pomp van een noodkoelsysteem was en is het waar dat er een bestralingsexperiment met hoogverrijkt uranium is uitgevoerd zonder koelwater? Zo ja, zijn deze incidenten gemeld bij de Kernfysische Dienst en wat is er met deze meldingen gebeurd?

5

Deelt u de mening van de werknemers dat de toegenomen commerciële druk één van de oorzaken is van het afnemende veiligheidsbeleid in Petten? Zo neen, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om deze druk te verminderen?

6

Waaruit bestaan de commerciële activiteiten van de NRG in Petten en voor welke bedrijven voeren zij deze opdrachten uit?

7

Is het waar dat de werknemers een zwijgplicht opgelegd hebben gekregen over de voorkomende incidenten dan wel een loyaliteitsverklaring hebben moeten ondertekenen op straffe van onmiddellijk vertrek? Zo ja, wat is uw mening hierover en in hoeverre kunnen werknemers die om bovenstaande reden ontslagen worden als «klokkenluider» rekenen op rechtsbescherming van de overheid?

8

Is er in het bedrijf een centraal meldpunt voor klachten van werknemers? Zo ja, welke klachten zijn daar terechtgekomen en wat is daarvan het resultaat geweest? Zo neen, was er voor het personeel een andere mogelijkheid om hun klachten kenbaar te maken?

9

Is het door werknemers aangeboden zwartboek openbaar en kan het naar de Kamer toegestuurd worden? Zo neen, waarom niet?

10

Wat gaat de Kernfysische Dienst precies onderzoeken en kan de Kamer zo snel mogelijk het definitieve onderzoek ontvangen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Antwoord van minister Pronk (Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer), mede namens de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. (Ontvangen 3 januari 2002)

1 en 2

Ja. Het betrof hier het niet naleven van de interne Veiligheidstechnische Specificaties. Deze Veiligheidstechnische Specificaties zijn een door de vergunninghouder opgestelde uitwerking van de door de overheid opgestelde vergunningsvoorschriften. Deze geven een aanvullend kader voor de operators voor het betrouwbaar en veilig bedrijven en onderhouden van de reactor. De vergunninghouder heeft aan de Kernfysische Dienst (KFD) verklaard zich hieraan te zullen houden. Er is geen sprake van overtredingen van de regels of vergunningen van de Kernenergiewet en de Arbeidsomstandighedenwet. In één geval (april 2000) zijn de Veiligheidstechnische Specificaties niet nageleefd nadat advies was gevraagd aan de reactormanager en er overleg op directieniveau had plaatsgevonden. In een ander geval juni 2000) ging het om een overschrijding van interne grenswaarden, nadat de reactormanager hiermee akkoord was gegaan.

3

Neen. Er heeft geen verhoging van het risico voor werknemers of omwonenden plaatsgevonden.

4

Op 14 april 2000 is de reactor opgestart met een uitgeschakelde diesel-nakoelpomp. Deze pomp was niet bedrijfsgereed i.v.m. revisie van een onderdeel. Dit voorval is niet gemeld aan de KFD omdat de vergunninghouder (Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO)) c.q. bedrijver (Nuclear Research and consultancy Group (NRG)) dit voorval niet als een beperking in de zin van de vergunning heeft beschouwd en derhalve niet als meldingsplichtig.

Op dit moment bestaan er naast de vergunning twee documenten die een rol spelen in de onderhavige situatie. Er bestaan bedrijfsvoorschriften (ook van veiligheidstechnische aard), die door de bedrijver (NRG) zijn vastgesteld en er zijn Veiligheidstechnische Specificaties, die door de vergunninghouder (GCO) zijn opgesteld. In een contract tussen GCO en NRG is afgesproken om de Veiligheidstechnische Specificaties toe te passen. De bedrijfsvoorschriften geven, net als de Veiligheidstechnische Specificaties, een kader voor de operators bij de dagelijkse gang van zaken. In de bedrijfsvoorschriften zijn de Veiligheidstechnische Specificaties bijna letterlijk overgenomen, echter met de toevoeging dat de reactormanager mag afwijken van deze bedrijfsvoorschriften volgens omschreven procedures. De Veiligheidstechnische Specificaties bieden deze mogelijkheid niet. De KFD heeft geconstateerd dat NRG wel de eigen bedrijfsvoorschriften hanteert, maar niet de met de KFD (en GCO) afgesproken Veiligheidstechnische Specificaties. In de nu onderzochte situaties blijkt de reactormanager gebruik gemaakt te hebben van de geboden interpretatievrijheid en treedt in die gevallen buiten de Veiligheidstechnische Specificaties. Ik ben het niet eens met deze interpretatievrijheid. De KFD zal stappen ondernemen om herhaling in de toekomst te voorkomen.

Voornoemde Veiligheidstechnische Specificaties geven aan dat in dat geval de reactor alleen op laag vermogen bedreven mag worden. Ondanks dat deze pomp niet beschikbaar was, ontstond er geen onveilige situatie door de aanwezigheid van andere voorzieningen om de koeling te garanderen, mocht de hoofdkoeling uitvallen (die dus normaal functioneerde).

Er zijn geen bestralingsexperimenten uitgevoerd zonder koelwater. Wel werd eenmaal bijna een bestraling van hoogverrijkte splijtstoftargets t.b.v. isotopen productie gestart zonder koelwater. Deze vergissing werd tijdig onderkend, waardoor een incident werd voorkomen. Wat de gevolgen zouden zijn geweest indien deze vergissing niet was ontdekt wordt op dit ogenblik door de Kernfysische Dienst onderzocht. Dit voorval is niet aan de KFD gemeld. Overigens is het niet te karakteriseren als een overtreding van een vergunningsvoorschrift of wet.

Na de eerste signalen van onrust bij het personeel van de regelzaal en de relatie, die daarbij gelegd werd met de veiligheid (april 2001), heeft de KFD actie ondernomen. Zo hebben er diverse inspecties plaatsgevonden en zijn er gesprekken met de directies van GCO en NRG gevoerd.

5

De laatste jaren heeft er een geleidelijke omslag plaatsgevonden van materiaal- en splijtstofonderzoek naar een groter aandeel van productie van radio-isotopen bestemd voor medische toepassingen. Hoewel de aard van de werkzaamheden van de reactoroperators daarmee enigszins is gewijzigd, betekent dat niet automatisch een afnemend veiligheidsbeleid. In een organisatie waar een juiste «safety culture» heerst zal voor elke nieuwe technische of organisatorische wijziging een afstemming over de aard en omvang van werk moeten plaatsvinden met de beschikbare medewerkers. Hierbij is een open communicatie tussen management en operators belangrijk. Bij NRG mankeert het op dit terrein aan een en ander. Inmiddels is door de directie van NRG een externe deskundige aangetrokken om tot deze open communicatie te komen. Daarnaast heeft de directie GCO een onderzoek aangekondigd naar de safety culture van NRG.

De eisen van de KFD aan de vergunninghouder zijn: het doen uitvoeren van een onafhankelijk onderzoek naar het management kwaliteitssysteem van de bedrijver NRG en de veiligheidscultuur en aanscherping van de Veiligheidstechnische Specificaties voor wat betreft de meldingsplicht voor incidenten, dat wil zeggen melding van overschrijdingen van deze Veiligheidstechnische Specificaties. Dit laatste om in de toekomst onduidelijkheden te voorkomen, dan wel de bedrijfsprocedures op dit gebied een verplichtend karakter te geven. Tevens zal de KFD druk uitoefenen op de vergunninghouder GCO om diens verplichtingen als direct verantwoordelijke voor de veiligheid na te komen. In die hoedanigheid dient GCO de bedrijfsvoering duidelijk aan te sturen en te controleren, alsmede een goede veiligheidscultuur te stimuleren.

6

NRG is de bedrijver van de HFR en heeft hiervoor een contract gesloten met de vergunninghouder GCO.

NRG bundelt in belangrijke mate de nucleaire kennis binnen Nederland en kan op basis daarvan opdrachten uitvoeren voor overheid en bedrijfsleven. Het werkterrein van NRG omvat o.a. onderzoek naar veiligheid van kerncentrales, opslag en vermindering van radioactief afval alsmede materiaalonderzoek. Daarnaast zijn productie van radio-isotopen voor medische en industriële toepassingen, bestralingen en nabestralingsonderzoek en het schoonmaken van radioactief besmette materialen belangrijke werkzaamheden in Petten. Op het gebied van radio-isotopen voor medische toepassingen is TYCO Healthcare/Mallinkcrodt de grootste opdrachtgever.

7

Op dit ogenblik is er geen wettelijke bescherming voor klokkenluiders. Wel is er voor de publieke sector wetgeving in voorbereiding om klokkenluiders te beschermen tegen ontslag.

Klokkenluiders uit de private sector worden, indien zij niet meer werken bij desbetreffende werkgever, niet meer beschermd. Indien er een strafrechtelijk onderzoek loopt worden zij als normale getuige gezien. Daarvan is hier geen sprake. Om redenen van zorgvuldigheid met de privacy van de klokkenluider zal ik alle informatie vertrouwelijk behandelen.

Het zoeken naar publiciteit is de klokkenluider niet in dank afgenomen en heeft consequenties gehad voor betrokkene. Inmiddels is mij bekend dat betreffende klokkenluider uit zijn functie is gezet maar nog wel in dienst is van NRG. Het zoeken van de NRG directie naar het lekken van informatie richting de KFD en/of naar de pers heeft voeding gegeven aan de indruk dat er zwijgplicht bestond. Overigens ben ik de klokkenluider dankbaar voor het informeren van de KFD.

Een loyaliteitsverklaring die getekend is door de chefs van de wacht kan vanwege het tijdstip (de eerste twee werden midden in de nacht tijdens hun dienst hiermee geconfronteerd en de overigen de volgende ochtend) gezien worden als morele druk. Ik ben hier niet gelukkig mee.

8

Er bestaat een interne klachtenprocedure. Eveneens kan men zich tot de Arbeidsinspectie wenden. Voor zover nu bekend is dit in deze gevallen niet gebeurd.

Naar aanleiding van bovenstaande gebeurtenissen heeft de NRG-directie een interne vertrouwenspersoon aangesteld waar medewerkers hun beklag kunnen doen. Hierover is de ondernemingsraad onlangs geïnformeerd. Er zijn geen andere wettelijke voorzieningen tot openbaarmaking van klachten. Het melden van een klacht aan toezichthoudende instanties van misstanden behoort altijd tot de mogelijkheden.

9

Er is een brief van een klager, die door de media als een klokkenluider wordt bestempeld.

Informatie verkregen van klagers wordt in principe vertrouwelijk behandeld. Zie verder de beantwoording van vraag 7.

10

De Kernfysische Dienst zal in de eerste plaats het onderzoek afronden naar de veiligheidsrelevantie van het niet naleven van de Veiligheidstechnische Specificaties. De bevindingen van de door de KFD uitgevoerde inspecties zullen in de komende weken worden uitgediept. Het daarbij behorende inspectierapport zal zo spoedig mogelijk aan de Tweede Kamer worden toegezonden.

Naar boven