Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

728

Vragen van het lid Marijnissen (SP) over de executie van sergeant Meijer in 1940. (Ingezonden 20 januari 1998)

1

Hebt u kennis genomen van de uitzending «de zaak van sergeant Chris Meijer»: uit de VPRO televisieserie «Verhalen uit het land van voldongen feiten»?1

2

Wat is uw mening over de executie van sergeant Meijer op 12 mei 1940 en de procesgang die daaraan voorafging?

3

Deelt u mijn mening dat er aanleiding is voor rehabilitatie van sergeant Meijer? Zo ja, bent u hiertoe bereid? Zo neen, bent u bereid nader onderzoek te doen naar de vraag of rehabilitatie op zijn plaats is?

4

Bent u bereid stappen te ondernemen om de naam van sergeant Meijer, die in 1948 werd weggebeiteld, weer vermeld te krijgen op de gedenknaald op Heiderust in de gemeente Rheden?

Antwoord

Antwoord van minister Voorhoeve (Defensie). (Ontvangen 18 februari 1998)

1 t/m 4

Ja, sergeant J.Chr. Meijer is op 12 mei 1940 door de na het uitbreken van de oorlog bij het IIde Legerkorps ingestelde krijgsraad te velde op grond van artikel 84 Wetboek van Militair Strafrecht veroordeeld. De instelling van deze krijgsraad te velde door de commandant van het IIde Legerkorps, in zijn functie van commanderend generaal, alsmede de berechting en de executie hebben plaatsgevonden onder de werking van en in overeenstemming met het Organisatiebesluit Rechtspleging te Velde 1940 (Stb. 1940, nr. 283) en de Regtspleging bij de Landmagt, zoals die toen nog luidde. Zie ook het antwoord op de Kamervragen van de heer A.J. Lems van 6 mei 1970, nr. 1180, waarin mijn ambtsvoorganger W. den Toom en de minister van Justitie, mr. C.H.F. Polak, op deze vraag zijn ingegaan (Handelingen Tweede Kamer, 1969–1970, 2539).

In de VPRO-televisie-uitzending worden geen nieuwe feiten gepresenteerd die een nader onderzoek of rehabilitatie rechtvaardigen. Er is derhalve evenmin aanleiding om stappen te ondernemen om de naam van sergeant J. Chr. Meijer weer vermeld te krijgen op de gedenknaald te Rheden.

Sergeant J.Chr. Meijer heeft, zoals ook uit de televisie-documentaire blijkt, zowel tijdens het «vooronderzoek» voor de officier-commissaris als ter zitting van de krijgsraad te velde het hem tenlastegelegde – «in tijd van oorlog opzettelijk buiten noodzaak eigendunkelijk ontruimen en verlaten van zijn post» – volledig bekend. Een en ander onder de verzwarende omstandigheid dat dit feit zich al bij het begin van de gevechten had voorgedaan. Voorts waren de voor de officier-commissaris afgelegde getuigenverklaringen op dit punt eensluidend.


XNoot
1

VPRO, «Verhalen uit het land van voldongen feiten» 28 december jl., Nederland 3.

Naar boven