Aan de orde is de stemming over het wetsvoorstel Bepalingen verband houdende met de detentie en berechting in Nederland, in overeenstemming met Resolutie 1688 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 16 juni 2006, van Charles Taylor door het Speciaal Hof voor Sierra Leone (Wet Speciaal Hof voor Sierra Leone) (30610).

(Zie vergadering van 3 juli 2006.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Jurgens (PvdA):

Voorzitter. Mijn fractie heeft gevraagd om stemming over het voorliggende wetsvoorstel, omdat zij prijs stelt op een uitdrukkelijke uitspraak van de Kamer, wat onze fractie betreft overigens in instemmende zin. Waarom stellen wij daar prijs op? De Kamer heeft in het debat over het Lockerbiehof in 1999 en over het Internationaal Strafhof in 2002 uitvoerig beraadslaagd over de juridische grondslag voor het vestigen van hoven in Nederland en over de constitutioneel juiste wijze om daarover als Kamer te besluiten. De Kamer heeft zich daar in een debat uitdrukkelijk over uitgesproken. Ook in het kader van de zittingsplaats van het Speciaal Hof voor Sierra Leone inzake Charles Taylor heeft de Kamer gisteravond onder meer over de juridische grondslag beraadslaagd. Daarbij bleken verschillen van inzicht te bestaan over de motivering van die grondslag, maar de conclusie van mijn fractie is dat de juridische grondslag in dit geval deugt. Zij zal dan ook met overtuiging voor dit wetsvoorstel stemmen. Wel wil mijn fractie voorkomen dat wij deze discussie telkens opnieuw moeten voeren als er een VN-hof komt. Zij stelt daarom voor om na de zomer met de minister voor Grondwetszaken en de minister van Justitie te debatteren over de wijze waarop wij in de Grondwet dat soort besluiten mogelijk moeten maken, zulks met meer helderheid dan thans uit de artikelen 91 tot en met 94 van de Grondwet blijkt. Wij horen dan wel of de ministers "missionair" zijn of "demissionair".

De voorzitter:

Ik verzoek de woordvoerders om het te houden bij het karakter van een stemverklaring en om daar geen punten van orde in onder te brengen.

De heer Van de Beeten (CDA):

Voorzitter. Dat laatste brengt mij tot heroverweging van het tweede deel van mijn stemverklaring.

De CDA-fractie heeft aan de grondige en af en toe zelfs "vehemente" discussie met de minister van Justitie over het voorliggende wetsvoorstel de overtuiging overgehouden dat voor het wetsvoorstel een deugdelijke juridische grondslag is te vinden. Het wetsvoorstel kunnen wij dus om die reden en om de gisteravond genoemde redenen uit volle overtuiging steunen, evenals het laatste deel van de stemverklaring van de heer Jurgens.

De heer De Graaf (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie is voor dit wetsvoorstel. Ik steun graag de laatste syllaben van de heren Jurgens en Van de Beeten.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

De vergadering wordt enkele minuten geschorst.

Naar boven