Verkeersbesluit instellen van een inhaalverbod richting Waterlandkerkje op de Turkeijeweg bij de woningen ten westen van de aansluiting op de parallelweg van de N61 te IJzendijke, gemeente Sluis

Logo Waterschap Scheldestromen

 

 

de programmamanager Wegen van waterschap Scheldestromen,

gelet op de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb),

Overwegingen ten aanzien van het besluit

- dat de Turkeijeweg gelegen is tussen de parallelweg van de N61 en Waterlandkerkje;

- dat ter hoogte van de aansluiting van de Turkeijeweg met de parallelweg van de N61 een verkeersplateau aanwezig is waarbij vanwege een fietsoversteek de maximumsnelheid is teruggebracht naar 30 km/uur;

- dat langs de Turkeijeweg ten westen van de aansluiting met de parallelweg van de N61 enkele woningen gelegen zijn;

- dat ter hoogte van de woningen een maximum snelheid van 60 km/uur is ingesteld;

- dat ten westen van de woningen de maximum snelheid overgaat in 80 km/uur;

- dat verkeer van en naar deze woningen regelmatig geconfronteerd wordt met voertuigen die ter hoogte van de woningen inhaalmanoeuvres uitvoeren;

- dat hierdoor het afrijden van de Turkeijeweg naar de woningen wordt bemoeilijkt en kan resulteren in gevaarlijke situaties;

- dat met een inhaalverbod richting Waterlandkerkje ter hoogte van de woningen zal worden voorkomen dat afslaand verkeer naar de woningen ineens niet meer kan doorrijden, omdat er voertuigen komende vanaf de parallelweg van de N61 besluiten in te halen en de afslaande beweging daardoor onmogelijk maken;

- dat gelet op het voorgaande, met het onderhavige verkeersbesluit de volgende doelstellingen worden beoogd:

-- het verzekeren van de veiligheid op de weg;

-- het beschermen van de weggebruikers en passagiers;

-- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast of hinder;

Het inhaalverbod zorgt ervoor dat met name afslaand verkeer naar de woningen niet van achteren zal worden ingehaald.

- dat ter zake ingevolge artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de korpschef van de politie Zeeland – West-Brabant, namens deze de beleidsadviseur verkeer (negatief advies d.d. 31 juli 2020). De politie geeft aan dat het veilig op- en afrijden van de weg een kwestie is van goed opletten. Bestuurders, die uit een uitrit de weg oprijden, moeten het overige verkeer voor laten gaan. Zij dienen ook rekening te houden met eventueel inhalend verkeer op die weg;

- dat de maatregel is voorgelegd aan de gemeente Sluis en de verkeerskundige d.d. 22 juli 2020 heeft aangegeven positief tegenover de maatregel te staan.

BESLUIT

Tot het instellen van een inhaalverbod op de Turkeijeweg richting Waterlandkerkje voor het wegvak voor en na de woningen gelegen ten westen van de parallelweg van de N61 te IJzendijke, door het plaatsen van borden F01 en F02 ter hoogte van overgang van 30 naar 60 en 60 naar 80, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

 

Middelburg 15 ugustus 2020

het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen

Namens deze,

ing. T. Goossen

Programmamanager Wegen

 

Mededelingen

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekend gemaakt een bezwaarschrift worden ingediend.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen, Kanaalweg 1, 4337 PA Middelburg.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van de datum en het nummer of kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

  • 4.

    een opgave van redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West Brabant, Team Bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda.

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • 1.

    de naam en het adres van de verzoeker;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum en nummer of kenmerk van dat besluit;

  • 4.

    de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden gevoegd.

Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de Rechtbank wijst de verzoeker na de indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

Naar boven