Gemeente Delft, verkeersbesluit Van Adrichemstraat, instellen verplichte rijrichting vrachtverkeer

Nr. 4328066

Burgemeester en Wethouders van Delft,

Gelet op:

• artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap en dat deze bevoegdheid op grond van het gewijzigde mandaatbesluit van 27 september 2011 is gemandateerd aan de gemeentedirecteur, waarbij ondermandaat is verleend aan de assetmanager Gebiedsbeheer bij afdeling Beheer Openbare Ruimte;

• artikel 15 lid 1 van de WVW 1994 ingevolge de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

• artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge het plaatsen en verwijderen van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

• krachtens artikel 14 van het BABW wordt de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking gebracht;

• artikel 24 BABW ingevolge verkeersbesluiten worden genomen na overleg met een gemachtigde van de korpschef van de politie;

Overwegende dat:

• dit verkeersbesluit betrekking heeft op de Van Adrichemstraat in Delft;

• de Van Adrichemstraat gelegen is in de wijk Voordijkshoorn van Delft;

• in de nabijheid van de Van Adrichemstraat een supermarkt is gelegen, tussen de Persijnlaan en de Van Kinschotstraat Noord;

• bij een recente herinrichting de verbinding tussen de Van Kinschotstraat Noord en de Van Foreestweg is komen te vervallen;

• personenvoertuigen via de Persijnlaan en de fietsstraat de Van Foreestweg op kunnen rijden;

• vrachtverkeer dat de supermarkt heeft bevoorraad niet via de fietsstraat de Van Foreestweg op mag rijden;

• de bevoorradingsvoertuigen vanaf de supermarkt vaak via de Van Adrichemstraat over de Van Schuijlenburchstraat naar de Van Foreestweg rijden;

• het vrachtverkeer echter de draai van de Van Schuijlenburchstraat linksaf de Van Foreestweg op moeilijk kan maken;

• deze beweging schade aanricht aan het aanwezige straatmeubilair en aan de bestrating;

• deze beweging verkeersonveilig is omdat de vrachtverkeer schuin over een voetgangersoversteekplaats rijdt;

• de supermarkt zijn leveranciers regelmatig hierover heeft aangesproken;

• door vaak wisselende chauffeurs het niet mogelijk is om deze vooraf goed te informeren over de gewenste rijrichting;

• het daarom wenselijk is om de gewenste rijrichting duidelijk te maken met een bord;

• het vrachtverkeer vanaf de supermarkt via de Van Adrichemstraat en Van der Lelijstraat de Van Foreestweg dient op de rijden;

• op de Van der Lelijstraat ook de bus rijdt en deze weg geschikt is voor vrachtverkeer;

• een vrachtverbod op de Van Schuijlenburchstraat niet wenselijk is omdat bevoorrading van de winkels daar mogelijk moet blijven;

• deze maatregel wordt genomen om de veiligheid op de weg te verzekeren en het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;

• de onder ‘besluiten’ genoemde weg in eigendom, beheer en onderhoud is bij de gemeente Delft;

• overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de gemachtigde van de chef van politie en dat positief is geadviseerd;

• het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

nemen, gelet op het voorgaande, de volgende

BESLUITEN :

• 1. door het plaatsen van het bord D4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderbord OB11 op de Van Adrichemstraat voor de aansluiting met de Van Schuijlenburchstraat het vrachtverkeer te gebieden de rijrichting te volgen die op het bord is aangegeven;

• 2. de bebording te plaatsen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende situatietekening.

Het college van burgemeester en wethouders van Delft.

Namens het college,

De heer P.A.J. Coene

Assetbeheerder Gebiedsbeheer

Afdeling Beheer Openbare Ruimte

(Deze brief is digitaal goedgekeurd en daarom niet met de hand ondertekend)

Delft, 22 juli 2020

Als u het met dit besluit niet eens bent, kunt u binnen 6 weken na dagtekening een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat dit besluit genomen heeft. Hoe u dat doet, kunt u lezen op www.delft.nl/bezwaarschrift.

Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet. Degenen die een bezwaarschrift hebben ingediend kunnen, als er sprake is van spoedeisend belang, ook op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, bij de president van de Arrondissementsrechtbank ’s-Gravenhage, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH ’s-Gravenhage vragen een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een dergelijk verzoek wordt griffierecht geheven.

Bijlage