Verkeersbesluit lengte beperking Rijksweg A9

MINISTERIE VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

RWS-2020/31858

Bevoegdheid

Op grond van artikel 18, eerste lid, onder d van de Wegenverkeerswet 1994 is de Minister van Infrastructuur en Waterstaat bevoegd tot het nemen van verkeersbesluiten zoals aangegeven in artikel 15 van die wet wanneer het wegen betreft in beheer van Rijkswaterstaat;

Grondslag

Op grond van artikel 15 van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

Motivering

Langs rijksweg 9 (A9) is ter hoogte van hectometerpunt 29.4Re verzorgingsplaats Shell Amstelveen NZ gelegen.

Op deze verzorgingsplaats is een Shell benzinestation aanwezig. Uit waarnemingen is gebleken dat Langere Zwaardere Vrachtwagens (hierna; LZV) gebruik maken van dit benzinestation om te tanken. Bij het ontwerp van het tankstation is echter geen rekening gehouden met dit feit, waardoor bij het verlaten van de verzorgingsplaats door deze LZV’s uiterst verkeersgevaarlijke situaties ontstaan. Daarom is het uit het oogpunt van verkeersveiligheid en de doorstroming op de rijksweg gewenst om door middel van plaatsing van bord C17 op de bestaande bewegwijzeringsborden aan te geven dat voertuigen langer dan 18,5 meter geen gebruik mogen maken van dit tankstation.

Advies politie

Conform artikel 24 BABW is over het nemen van het verkeersbesluit overleg gepleegd met een verkeers- adviseur van de politie Eenheid Noord-Holland, daartoe gemandateerd door de Korpchef van de politie . De politie heeft een positief advies uitgebracht over dit verkeersbesluit.

Besluit

Op grond van voorgaande overwegingen heeft Onze Minister besloten tot het opnemen van bord C17 in de bestaande bewegwijzering naar de verzorgingsplaats.

Hoogachtend,

DE MINISTER INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

namens deze,

hoofd afdeling Vergunningverlening en Handhaving Rijkswaterstaat West Nederland Noord

ir A.F. Wolters

Mededelingen

Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit door een belanghebbende een bezwaarschrift worden ingediend.

Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en ingediend bij de hoofdingenieur-directeur in de directie West Nederland Noord van het directoraat-generaal Rijkswaterstaat, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.

Het bezwaarschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop dit besluit in de Staatscourant is bekendgemaakt.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en dient ten minste te bevatten;

‘de naam en het adres van de indiener;

‘de dagtekening;

‘een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt;

‘de gronden van het bezwaar.

Indien een bezwaarschrift is ingediend, is het mogelijk om in spoedeisende gevallen een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen

bij de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft.

Van de indiener van het verzoekschrift tot het treffen van een voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven.

Omtrent de hoogte van het verschuldigde bedrag, de wijze waarop en de termijn waarbinnen het bedrag betaald moet worden, kan men zich in verbinding stellen

met de griffier van bovenbedoelde rechtbank.

Afschrift van dit besluit is gezonden aan:

• Politie Noord Holland, De heer S. Rooth, Sjoerd.Rooth@politie.nl.