Provincie Flevoland – verkeersbesluit – Hogering N702 – tijdelijk verlagen van de maximumsnelheid ten behoeve van een reconstructie van de Hogering (N702) - tussen de A6 en de Contrabasweg, gemeente Almere

Logo Flevoland

Gedeputeerde Staten van Flevoland

Overwegende;

Dat de Hogering N702 is gecategoriseerd als een regionale stroomweg met 2 x 2 rijstroken.

Dat de Hogering N702 is gelegen buiten de bebouwde kom.

Dat de Hogering N702 is aangewezen als een autoweg zoals bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990.

Dat op de Hogering N702 een lagere maximumsnelheid is ingesteld van 80 km/h, in afwijking van de in het RVV 1990 artikel 21 genoemde wettelijke maximumsnelheid van 100 km/h.

Dat de Hogering N702 bij de provincie Flevoland in beheer en onderhoud is.

Dat de Hogering N702 onderdeel uitmaakt van de ringweg rond Almere.

Dat uit de Verkenning Stedelijke Bereikbaarheid Almere is gebleken dat het noodzakelijk is om de interne bereikbaarheid van de stad Almere op peil te houden.

Dat als gevolg hiervan het auto-, OV- en fietsennetwerk dient te worden aangepast en uitgebreid.

Dat de aanpassingen en uitbreiding voor het autonetwerk bestaan uit onder andere een verbreding van de Hogering N702 tussen de A6 en de Contrabasweg, het realiseren van tunnelbakken zodat het verkeer de Herman Gorterweg en de Hollandsedreef ongelijkvloers kruist en het aanleggen van parallelbanen langs de Hogering.

Dat ten behoeve van deze aanpassingen en uitbreiding een voorbelasting moet worden aangebracht om te voorkomen dat de nieuw aan te leggen aansluitingen en parallelwegen in de toekomst gaan verzakken.

Dat de werkzaamheden ten behoeve van de voorbelasting worden uitgevoerd vanaf het tweede kwartaal van 2020.

Dat de voorbelasting wordt aangebracht ter hoogte van de Neonweg, de Hollandsedreef, de Botterweg en in diverse midden- en buitenbermen van de Hogering N702.

Dat de voorbelasting op grote gedeelten van het wegvak direct naast de bestaande rijbanen aangebracht wordt en daarmee binnen de obstakelvrije zone komt te liggen.

Dat conform de richtlijnen van het CROW – het kennisinstituut voor onder andere infrastructuur, openbare ruimte en verkeer en vervoer - de obstakelvrije zone minimaal 4,50 meter dient te bedragen en dat als gevolg van de voorbelasting niet meer voldaan kan worden aan deze minimale maatvoering van de obstakelvrije zone.

Dat als gevolg hiervan barriers worden geplaatst om zo de voorbelasting af te schermen en de veiligheid van weggebruikers te waarborgen.

Dat als gevolg van het aanbrengen van de voorbelasting alsook het plaatsen van de barriers de rijstroken worden versmald en dientengevolge de maximumsnelheid van 80 km/h moet worden teruggebracht naar 50 km/h.

Dat de snelheidsbeperking aanwezig moet blijven gedurende de aanwezigheid van de voorbelasting en de barriers tot en met 31 januari 2021 of zoveel langer of korter als noodzakelijk is.

Dat met dit verkeersbesluit beoogd wordt de verkeersveiligheid en de instandhouding van de weg en de bruikbaarheid daarvan te waarborgen.

Vereiste van het besluit

Op grond van artikel 15, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Motivering van het besluit

Op grond van artikel 21 van het BABW bevat de motivering van een verkeersbesluit welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij wordt aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Indien tevens andere dan voornoemde belangen in het geding zijn wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Uit het oogpunt van;

  • -

    het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • -

    het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

het gewenst is om de maximumsnelheid van 80 km/h tijdelijk te verlagen naar 50 km/h op de Hogering N702 tussen de A6 en de Contrabasweg.

Overleg politie

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de politie Midden-Nederland.

Besluiten

Ter verzekering van de aan het verkeersbesluit ten grondslag liggende belangen is het noodzakelijk de hierna genoemde verkeerstekens te verwijderen dan wel te plaatsen en verkeersmaatregelen in te stellen. Gedeputeerde Staten van Flevoland, gelet op voorgaande, besluiten;

  • I.

    Tot het tijdelijk verlagen van de maximumsnelheid op de N702 Hogering naar 50 km/h, door plaatsing van bord A1 (50) van bijlage 1 van het RVV 1990 zoals nader aangeduid op situatietekening kenmerk 20 0086 002 301 BBO D02-blad 01 DEF.

  • II.

    Tot het instellen van voornoemde maatregelen voor de duur van de voorbelasting tot 31 januari 2021 of zoveel korter of langer als noodzakelijk.

Dit besluit wordt bekendgemaakt door publicatie in de Staatscourant.

Tegen dit besluit kunt u binnen zes weken na datum na publicatie schriftelijk bij ons bezwaar maken. Uw bezwaarschrift dient ondertekend te zijn en voorzien van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar.

Nadere informatie over de bezwaarprocedure treft u aan in het hierna volgende informatieblad.

Dit besluit is genomen op 19 mei 2020

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

namens deze,

R.L. van der Werff

Hoofd afdeling Infrastructuur

Informatieblad bezwaarprocedure Gedeputeerde Staten van Flevoland

Bezwaar

Tegen onze besluiten kunt u op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na datum van verzending ervan bij ons schriftelijk bezwaar maken. Uw bezwaarschrift dient ondertekend en voorzien te zijn van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar. U dient het bezwaar in op onze website https://www.flevoland.nl/loket/loketoverview/bezwaar-tegen-beslissing-provincie-6365

Verzoek om voorlopige voorziening Wanneer u van mening bent dat, in afwachting van de behandeling van uw bezwaarschrift, een voorlopige voorziening moet worden getroffen, kunt u een verzoek daartoe indienen bij de voorzieningenrechter. Het adres is Rechtbank Midden-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, voorlopige voorzieningen, Postbus 16005, 3500 DA Utrecht. Uw verzoek om voorlopige voorziening wordt pas in behandeling genomen wanneer u griffierecht heeft betaald. De rechtbank laat u weten hoe hoog het griffierecht is en op welke wijze u dit kunt overmaken.

Overslaan van de bezwaarschriftenprocedure Op grond van artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht kunt u in uw bezwaarschrift aangeven dat u de bezwaarschriftenprocedure wilt overslaan en rechtstreeks in beroep wilt gaan bij de bestuursrechter. In artikel 7:1 a tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht is bepaald dat wij een dergelijk verzoek in ieder geval moeten afwijzen wanneer: A) het bezwaarschrift is gericht tegen het niet op tijd nemen van een besluit. B) tegen het besluit door een andere belanghebbende ook een ander bezwaarschrift is ingediend waarin zo’ n verzoek niet is gedaan en dit bezwaarschrift ontvankelijk is. Wij stemmen alleen in met het verzoek om de bezwaarschriftenprocedure over te slaan, wanneer de zaak daarvoor geschikt is. Wanneer dit het geval is, zenden wij het bezwaarschrift door aan de bevoegde rechter.

Proceskostenvergoeding Tot slot wijzen wij u er nog op dat u op grond van artikel 7:15, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht bij ons – voordat wij een besluit hebben genomen op uw bezwaarschrift – een verzoek kunt indienen om de kosten die u redelijkerwijs in verband met de behandeling van uw bezwaarschrift moet maken, te vergoeden. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om kosten van rechtsbijstand, kosten van een getuige/deskundige; reis- en verblijfkosten, kosten van uittreksels uit openbare registers, telefoongesprekken. Bij het indienen van zo’n verzoek moet u het bedrag van de vergoeding aangeven en stukken overleggen waaruit blijkt dat u deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt. Bij het besluit dat wij op het bezwaarschrift nemen, wordt tegelijkertijd een besluit genomen op een ingediend verzoek om vergoeding van de kosten.

Naar boven