Mededeling van de Minister voor Milieu en Wonen van 19 maart 2020, nr IENW/BSK-2020/51878, inzake de implementatie van richtlijn (EU) 2020/362 en (EU) 2020/363, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

DE MINISTER MILIEU EN VOOR WONEN,

deelt, overeenkomstig aanwijzing 9.13 van de Aanwijzingen voor de regelgeving, mede dat:

  • Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/362 van de Commissie van 17 december 2019 tot wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken wat betreft de vrijstelling voor zeswaardig chroom als anticorrosiemiddel in het koolstofstalen koelsysteem in absorptiekoelkasten in kampeerauto’s (PbEU 2020, L 67) en

  • Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/363 van de Commissie van 17 december 2019 tot wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken wat betreft bepaalde vrijstellingen voor lood en loodverbindingen in onderdelen (PbEU 2020, L 67)

zijn geïmplementeerd door middel van bestaande wetgeving.

Deze wijzigingen gaan gelden met ingang van 5 april 2020.

In onderstaande transponeringstabel is aangegeven op welke wijze is voorzien in de implementatie van Gedelegeerde richtlijnen (EU) 2020/362 en (EU) 2020/363.

Bepaling Gedelegeerde EU-richtlijnen

Bepaling in nationale regeling

Toelichting

Artikel 1

Artikel 4, tweede lid, van het Besluit beheer autowrakken

Artikel 17, eerste lid, van het Besluit beheer autowrakken

Door middel van een dynamische verwijzing in de hiernaast genoemde bepaling wordt in de omzetting voorzien.

Artikel 2

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Richt zich tot de lidstaat.

Door middel van de dynamische verwijzing in de eerder genoemde bepaling gaat de wijziging van Richtlijn 2000/53/EG gelden met ingang van 5 april 2020, de dag waarop aan Gedelegeerde richtlijnen (EU) 2020/362 en (EU) 2020/363 uitvoering moet zijn gegeven.

De bekendmaking zal aan de Europese Commissie worden gestuurd.

Artikel 3

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Betreft de datum van inwerkingtreding van de richtlijn.

Artikel 4

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Betreft de reikwijdte van de richtlijn.

DE MINISTER VOOR MILIEU EN WONEN, namens deze, DE DIRECTEUR BESTUURLIJKE EN JURIDISCHE ZAKEN, G.A. Jurgens

Naar boven