Verlenging geldigheidsduur opsporingsvergunning aardwarmte Groningen 2, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Besluit 24 februari 2020

DGKE-WO/ 20036615

Procesverloop:

  • – WarmteStad B.V. (hierna: vergunninghouder) is houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken, thans Minister van Economische Zaken en Klimaat (hierna: EZK), op 15 april 2011 verleende opsporingsvergunning aardwarmte Groningen 2, met kenmerk ETM/EM/11033009 (Staatscourant 2011, nr. 7134). De vergunning is voor het laatst gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZK van 29 mei 2018, met kenmerk DGETM-EO/18107941 (Staatscourant 2018, nr. 31026);

  • – per bericht, ontvangen op 30 november 2018, heeft de vergunninghouder een aanvraag ingediend om verlenging van de geldigheidsduur van de vergunning. Het verzoek is tussentijds aangevuld en tevens per bericht, ontvangen op 27 december 2019, gewijzigd.

  • – Staatstoezicht op de Mijnen (hierna: SodM) is op verzoek van de Minister van EZK om advies gevraagd en heeft per bericht van 14 februari 2020 advies uitgebracht (kenmerk: ADV-392/20003776)

Gelet op:

Artikel 18, derde lid, van de Mijnbouwwet.

Besluit:

Artikel 1

De tekst van artikel 6 van het besluit ETM/EM/11033009 wordt vervangen door de volgende tekst: De vergunning geldt, vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden, tot 31 juli 2020.

Artikel 2

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, namens deze: J.L. Rosch MT-lid directie Energie en Omgeving

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken en Klimaat, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven