Verkeersbesluit instellen inrijverbod bussen Leidseweg

Logo Voorschoten

Z/19/36301

Het college van burgemeester en wethouders van Voorschoten:

Juridisch kader:

de bepalingen in de Wegenverkeerswet 1994 (WVW), het reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV), het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) en de Algemene wet Bestuursrecht (Awb);

Uit het oogpunt van:

Is het gewenst om:

Overwegingen.

Horen:

Belangenafweging:

Besluiten

 

 

 

Gelet op:

• artikel 15, eerste lid, van de WVW 1994; een verkeersbesluit moet worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

• artikel 2 van de WVW 1994 voor wat betreft het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg, het verzekeren van de veiligheid op de weg, het beschermen van weggebruikers en passagiers, het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer, het gewenst is om de genoemde maatregelen onder ‘besluiten’ in te stellen of op te heffen;

• artikel 18, eerste lid, onder d van de WVW;

 

• het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;

 

een inrijverbod voor bussen in te stellen op de Leidseweg, tussen de Trompweg en de Leidseweg;

 

Overwegende dat:

bij geplande en ongeplande stremmingen op het spoor tussen Leiden CS en Den Haag CS in opdracht van NS treinvervangend busvervoer ingesteld kan worden;

het treinvervangend busvervoer in het verleden vanaf Leiden CS via de Stevenshof naar de Leidse zijde van station De Vink reed en daar bij het busstation halteerde voor treinreizigers. Het treinvervangend busvervoer wordt met touringcarbussen gereden. Deze zijn hoger dan de reguliere lijnbussen. De bustunnel onder het spoor is te laag voor de touringcarbussen. Het treinvervangend busvervoer reed daarom via de Stevenshof naar de Leidseweg in Voorschoten en via de Leidseweg naar de N447, vanwaar het richting station Voorschoten reed;

met name tussen de Trompweg en de Piet Heynlaan is de Leidseweg zeer smal, staan de woningen dicht op de weg en zijn de woningen op staal gebouwd, waardoor zwaar verkeer veel hinder veroorzaakt;

met de NS zijn in het verleden afspraken gemaakt over een andere route van het treinvervangend busvervoer door Voorschoten. In Leiden gaat de route via de Haagweg, via de Churchilllaan en de Vijf Meilaan. Via de Hoflandbrug rijdt het treinvervangend vervoer de Trompweg op en halteert bij de bestaande bushalte op de kruising met de Admiraal de Ruytersingel. Vervolgens rijdt het treinvervangend busvervoer via de Admiraal de Ruytersingel en de Mozartlaan naar de N447 en vandaar verder naar station Voorschoten. Vanuit Den Haag rijden het treinvervangend vervoer de route in tegengestelde richting;

deze route is besproken met gemeente Leiden en zij zijn daarmee akkoord;

bij inzet van treinvervangend busvervoer worden bij station De Vink verwijsborden naar de bushalte op de kruising Trompweg/Admiraal de Ruytersingel geplaatst;

in de praktijk blijkt dat het toch nog regelmatig voorkomt dat de buschauffeurs van het treinvervangend busvervoer via de Leidseweg rijden;

omdat vrachtverkeer veel hinder veroorzaakt geldt voor de Leidseweg, het gedeelte tussen de Trompweg en de Piet Heynlaan, een inrijverbod voor vrachtverkeer, waarvan vrachtverkeer dat de aanwonenden en bedrijven aan dit deel van de Leidseweg als bestemming heeft, is uitgezonderd;

er rijden geen lijnbussen over de Leidseweg en het komt nagenoeg niet voor dat een touringcar hier zijn bestemming heeft;

door het instellen van een inrijverbod voor bussen wordt voorkomen dat het treinvervangend busvervoer via de Leidseweg, het gedeelte tussen de Trompweg en de Piet Heynlaan, rijdt;

de bestaande borden voor het inrijverbod voor vrachtwagens kunnen vervangen worden door een inrijverbod voor vrachtverkeer en bussen. Het bestaande inrijverbod voor vrachtverkeer verandert hierdoor niet;

daardoor het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade wordt gediend;

het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

de onder ‘besluiten’ genoemde wegen c.q. weggedeelten binnen de bebouwde kom liggen en in beheer zijn bij gemeente Voorschoten;

 

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW heeft overleg plaatsgevonden met politie eenheid Den Haag, afdeling infrastructuur. Op 25 juli 2019 heeft de politie laten weten akkoord te gaan met het voorgenomen verkeersbesluit;

 

Voor dit verkeersbesluit is geen openbare voorbereidingsprocedure conform afdeling 3.4 van de Awb toegepast omdat het bestaande inrijverbod voor vrachtverkeer wordt uitgebreid met inrijverbod voor bussen. Het komt nagenoeg niet voor dat er bussen zijn die hun bestemming op dit deel van de Leidseweg hebben. De Admiraal de Ruytersingel is een geschikte route voor bussen en vrachtverkeer.

 

Op grond van vorenstaande overwegingen besluiten Burgemeester en Wethouders van Voorschoten om:

1. door het vervangen van bord model C7 van Bijlage 1 van het RVV 1990 door bord C7b op de Leidseweg, het gedeelte tussen de Trompweg en de Piet Heynlaan, een inrijverbod voor bussen in te stellen en het bestaande inrijverbod voor vrachtverkeer te handhaven;

 

 

 

 

 

 

 

 

Binnen zes weken na de dag dat dit besluit bekend is gemaakt kunnen belanghebbenden een ondertekend en gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders, postbus 393, 2250 AJ Voorschoten. Het verkeersbesluit blijft gelden totdat op het bezwaarschrift is beslist. Als de beslissing op het bezwaarschrift niet kan worden afgewacht, kan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag (Sector Bestuursrecht) een voorlopige voorziening treffen op verzoek van een belanghebbende die op tijd bezwaar heeft gemaakt. Het adres van de rechtbank is Postbus 20302, 2500 EH Den Haag.

 

 

Afschrift aan: nationale politie Eenheid Den Haag, afdeling infrastructuur

Vastgesteld,

namens het college van burgemeester en wethouders op 22 oktober 2019

ing. W.W. van Veen

afdelingshoofd RO/OGB

Naar boven