Verkeersmaatregel Cabergerweg

Logo Maastricht

Ruimte / Mobiliteit / 2019-22942

Burgemeester en Wethouders van Maastricht

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Overwegende, dat de Cabergerweg een gebiedsontsluitingsweg is in de gemeente Maastricht;

dat er aan de Cabergerweg, ter hoogte van Het Rondeel, een parkeergelegenheid is voor autobussen met uitzondering van de woensdagen en de vrijdagen;

dat de parkeergelegenheid voor autobussen een maximale parkeerduur van 30 minuten heeft;

dat deze parkeergelegenheid op de woensdagen en vrijdagen voor marktlieden (ontheffinghouders) is;

dat in de nabijheid van de Cabergerweg, aan de Frontensingel, een nieuwe parkeergelegenheid voor autobussen en ontheffinghouders wordt ingericht;

dat hiermee de parkeergelegenheid voor autobussen en ontheffinghouders aan de Cabergerweg komt te vervallen;

dat het gewenst is om de betreffende parkeergelegenheid voor algemeen gebruik beschikbaar te stellen;

dat deze maatregelen worden genomen ter instandhouding van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

dat verwijdering van de in het verkeersbesluit genoemde verkeerstekens geschiedt op de locatie zoals weergegeven op de bijgevoegde tekening als behorend bij dit verkeersbesluit;

dat betreffende straat in beheer en onderhoud is bij de gemeente Maastricht;

dat te nemen verkeersmaatregelen besproken zijn met de Districtchef van politiedistrict Maastricht;

gelet op het bepaalde in de artikelen 15 en 18 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het “Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer” en paragraaf 4 van de Uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens;

 

BESLUITEN:

 

  • 1.

    in te trekken het bepaalde ten aanzien van de Cabergerweg in hun besluit van 7 juli 2017 Ruimte / Mobiliteit / 2017-21045;

  • 2.

    door het verwijderen van de borden E4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden de parkeergelegenheid voor autobussen en ontheffinghouders aan de Cabergerweg op te heffen;

  • 3.

    door het in stand houden van de borden B1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden de Cabergerweg aan te wijzen als voorrangsweg, ten noorden en ten zuiden van de Fort Willemweg;

  • 4.

    door het in stand houden van de borden D2 van Bijlage I van het RVV 1990 op de middengeleiders van de Cabergerweg bestuurders te gebieden de middengeleiders voorbij te gaan aan de zijde die de pijl op het bord aangeeft;

  • 5.

    door het plaatsen van de borden D5 van Bijlage I van het RVV 1990, ter hoogte van het benzinestation op de Cabergerweg, het verkeer te gebieden de richting te volgen die op het bord is aangegeven;

  • 6.

    door het in stand houden van de borden G12a van Bijlage I van het RVV 1990 aan te wijzen als fiets/bromfietspad de vrijliggende paden aan beide zijden van de Cabergerweg;

  • 7.

    door het in stand houden van de borden L3 van Bijlage I van het RVV de haltes aan de Cabergerweg, ten noorden en ten zuiden van de Fort Willemweg aan te wijzen als bushaltes;

  • 8.

    door het in stand houden van het vrijliggende fietspad aan weerszijden van het gedeelte van de Cabergerweg, ten noorden van de aansluiting met de Fort Willemweg;

    door het in stand houden van de zebramarkering aan te wijzen als voetgangersoversteekplaatsen als bedoeld in artikel 49 van het RVV 1990 de oversteekplaatsen op de Cabergerweg:

    - ten noorden van de parallelweg van de Fort Willemweg en ten zuiden van de hoofdrijbaan van de Fort Willemweg;

    - ten noorden van de aansluiting met de Statensingel.

Maastricht, 15 augustus 2019

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Duurzaamheid, Mobiliteit en Kenniseconomie,

voor deze,

Teammanager Mobiliteit,

E. Westbroek

Dit besluit is op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht van 15 augustus 2019 tot en met 26 september 2019, waarvan mededeling is gedaan in de Staatscourant van 15 augustus 2019.

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via www.gemeentemaastricht.nl/bezwaar. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoekster van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Bijlage

 

 

Naar boven