Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2019, 42924 | Overig |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2019, 42924 | Overig |
NWO-Talentprogramma
Vidi 2019
Call for proposals
Exacte en Natuurwetenschappen Sociale en Geesteswetenschappen
Toegepaste en Technische Wetenschappen Zorgonderzoek en Medische Wetenschappen
2019
1 |
Inleiding |
1 |
|
1.1 |
Achtergrond |
1 |
|
1.2 |
Beschikbaar budget |
2 |
|
1.3 |
Geldigheidsduur call for proposals |
2 |
|
2 |
Doel |
2 |
|
2.1 |
Vidi-doelgroep |
2 |
|
2.2 |
Stimulering vrouwelijke onderzoekers |
2 |
|
2.3 |
Aspasia |
2 |
|
2.4 |
Kennisbenutting |
3 |
|
3 |
Richtlijnen voor aanvragers |
3 |
|
3.1 |
Wie kan aanvragen |
3 |
|
3.2 |
Wat kan aangevraagd worden |
4 |
|
3.3 |
Wanneer kan aangevraagd worden |
4 |
|
3.4 |
Het opstellen van de aanvraag |
5 |
|
3.5 |
Specifieke subsidievoorwaarden |
5 |
|
3.6 |
Het indienen van een aanvraag |
7 |
|
4 |
Beoordelingsprocedure |
8 |
|
4.1 |
Procedure |
8 |
|
4.2 |
Criteria |
10 |
|
5 |
Contact en overige informatie |
11 |
|
5.1 |
Contact |
11 |
|
5.2 |
Overzicht instellingen |
12 |
Vanaf 2020 vormt NWO de Vernieuwingsimpuls om naar het NWO-Talentprogramma. Het programma behelst drie subsidievormen (Veni, Vidi en Vici).
Elke subsidievorm kent één indienronde per jaar. Van jaar tot jaar zijn aanpassingen in de procedures mogelijk, mede naar aanleiding van tussentijdse evaluaties.
Elke subsidievorm heeft een afzonderlijke call for proposals. NWO is georganiseerd in vier domeinen:
• Exacte en Natuurwetenschappen (ENW);
• Sociale en Geesteswetenschappen (SGW);
• Toegepaste en Technische Wetenschappen (TTW); en
• Zorgonderzoek en Medische wetenschappen (ZonMw).
De Vidi-ronde 2019 kent vier loketten die corresponderen met de domeinen van NWO. Er is geen apart loket meer voor domeinoverschrijdende Vidi-aanvragen: deze worden met ingang van deze Vidi ronde binnen de domeinen beoordeeld.
Let op: indien een aanvrager twijfelt over welk domein het meest geschikt is voor indiening van de aanvraag, dan dient de aanvrager tijdig, voorafgaand aan het indienen van de aanvraag contact op te nemen met NWO.
Het doel van de NWO Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma is het verstrekken van persoonsgerichte stimulering in verschillende carrièrefasen van getalenteerde, gepromoveerde onderzoekers1. Het scheppen van creatieve ruimte voor avontuurlijke, talentvolle, baanbrekende onderzoekers om onderzoek naar hun keuze te doen én het behouden van deze onderzoekers voor het wetenschappelijk onderzoek staan centraal in de NWO Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma. Met een persoonsgebonden subsidie kunnen onderzoekers een eigen vernieuwende onderzoekslijn ontwikkelen die een structurele inbedding kan krijgen binnen een onderzoeksinstelling.
De Vidi-doelgroep bestaat uit excellente onderzoekers met een opvallend en origineel talent en een grote fascinatie voor het doen van uitdagend en grensverleggend onderzoek. De focus ligt daarbij op vernieuwend en nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek.
Gezien het doel van het programma is het evident dat kandidaten in staat moeten zijn zelfstandig onderzoek te formuleren en uit te voeren. Dat betekent dat de kandidaten hun kunde op het vakgebied al op een of andere wijze hebben bewezen. De kandidaten hebben na hun promotie al een aantal jaren onderzoek verricht en hebben daarbij aangetoond vernieuwende ideeën te genereren en succesvol zelfstandig tot ontwikkeling te kunnen brengen.
Ook onderzoekers werkzaam bij een buitenlandse instelling mogen een aanvraag indienen. Het te financieren project dient aan een Nederlandse, door NWO erkende instelling te worden uitgevoerd.
De Vidi-subsidie is bedoeld voor de beste 10 tot 20% onderzoekers van hun populatie, ongeacht hun nationaliteit en onderwerp van onderzoek. Van hen wordt verwacht dat zij ook anderen van de originaliteit en de potentie van hun ideeën weten te overtuigen.
We nodigen vrouwelijke onderzoekers nadrukkelijk uit om voorstellen in te dienen. De vertegenwoordiging en doorstroom van vrouwen in de wetenschap loopt helaas sterk achter bij die van mannen. NWO en het Ministerie van OCW spannen zich gezamenlijk met de KNAW, VSNU en Nederlandse universiteiten in om dit te doorbreken, zodat het percentage vrouwelijke aanvragers uiteindelijk ten minste gelijk is aan het percentage vrouwelijke onderzoekers in de doelgroep.
NWO streeft ernaar dat de honoreringspercentages voor vrouwelijke aanvragers gemiddeld en in meerjarig perspectief ten minste gelijk zullen zijn aan die van mannelijke aanvragers. Bij gelijke geschiktheid van twee of meer aanvragen wordt de voorkeur gegeven aan het voorstel van een vrouwelijke aanvrager.
De Aspasia-premieregeling is gekoppeld aan de Vidi- en Vici-ronde van de Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma. Via deze regeling worden premies (à 100.000 euro) beschikbaar gesteld aan Colleges van Bestuur die vrouwelijke Vidi-laureaten binnen een jaar na de toekenning bevorderen tot universitair hoofddocent of hoogleraar. Aspasia staat ook open voor vrouwelijke aanvragers die in de interviewfase als zeer goed tot excellent zijn gekwalificeerd maar die geen subsidie hebben ontvangen. Voor bevordering van deze aanvragers ontvangen Colleges van Bestuur een premie van 200.000 euro. De specifieke voorwaarden voor de premieverlening staan op de website van Aspasia (www.nwo.nl/aspasia). Vrouwelijke laureaten en kandidaten die voor de premie in aanmerking komen, ontvangen na toekenning bericht van NWO.
Onder kennisbenutting verstaat NWO de overdracht van kennis die gegenereerd is met behulp van NWO- financiering naar zowel andere wetenschappelijke disciplines als naar gebruikers buiten de wetenschap (maatschappij/bedrijfsleven). NWO vraagt van alle onderzoekers die in aanmerking willen komen voor financiering om met behulp van een aantal vragen (bijvoorbeeld: hoe zal kennisbenutting geïmplementeerd worden en hoe beoogt de onderzoeker kennisbenutting te bevorderen?) een toelichting te geven op de mogelijke kennisbenutting van hun project. Deze toelichting wordt meegewogen in de beoordeling.
Bij de beoordeling wordt onder andere gelet op:
• een realistische weergave van (het gebrek aan) kennisbenuttingsmogelijkheden;
• de effectiviteit en mate van concretisering van het plan van aanpak met betrekking tot kennisbenutting.
NWO erkent dat de mogelijkheden voor kennisbenutting per discipline verschillen en dat binnen sommige onderzoeksprojecten weinig tot geen (directe) kennisbenutting kan worden gerealiseerd. In dergelijke gevallen dient een aanvrager uit te leggen waarom er weinig tot geen potentie voor kennisbenutting is. Aan de beoordelaars wordt gevraagd om deze toelichting te beoordelen: als zij ervan overtuigd zijn dat het onderzoeksproject inderdaad weinig tot geen kennisbenuttingsmogelijkheden heeft en de aanvrager dit naar tevredenheid heeft toegelicht, dan dient de algehele beoordelingsscore hierdoor niet negatief beïnvloed te worden.
Voor meer informatie over het NWO beleid inzake kennisbenutting, zie www.nwo.nl/kennisbenutting.
Aanvragen kunnen worden ingediend door gepromoveerde onderzoekers met of zonder vast dienstverband, afkomstig uit binnen- of buitenland. De aanstelling vindt plaats bij een van de ontvangende onderzoeksinstellingen (zie paragraaf 5.2). NWO vraagt kandidaten om een 'inbeddingsgarantie'(zie paragraaf 3.5.1).
Kandidaten die een Vidi-aanvraag willen indienen, kunnen dit vanaf drie jaar tot maximaal acht jaar na hun promotie doen2. De Vidi-ronde 2019 staat open voor onderzoekers die op 1 oktober 2019 maximaal acht jaar geleden gepromoveerd zijn.
De genoemde maximumtermijn kan door NWO worden verlengd als er sprake is van langdurig verlof in verband met ziekte, ouderschap, zwangerschap of zorg. De door NWO toe te kennen verlenging aan een aanvrager bedraagt maximaal vijf jaar.
Ouders kunnen extensie krijgen indien zij zorg dragen voor een kind. Bij een extensieverzoek voor ouders moet een scan van het ingevulde en ondertekende formulier ouderverklaringworden meegestuurd, waarin de aanvrager verklaart dat het kind/de kinderen deel uitmaakt/uitmaken van de eigen huishouding.
Nadere informatie over deze extensieregeling wordt verstrekt in lijst met veelgestelde vragen (FAQ) op www.nwo.nl/vi.Wilt u gebruik maken van de extensieregeling, neem dan altijd vóór indiening contact op met NWO (zie 5.1).
In deze subsidieronde kan door aanvragers gebruik worden gemaakt van de NWO Tegemoetkomingsregeling kindverlof.Deze regeling is te vinden op de NWO-website.Wilt u gebruik maken van de tegemoetkomingsregeling, dan kunt u hiervoor per e-mail een verzoek indienen bij de desbetreffende programmasecretaris van uw ronde en/of panel.
Voor de beoordeling van de aanvragen gelden verder de volgende aanvullende voorwaarden:
a. Aanvragen worden gedaan door individuele onderzoekers (niet door duo’s of (onderzoeks-)groepen).
b. Een kandidaat mag:
• maximaal één aanvraag indienen in de Vidi-ronde 2019;
• niet voor meerdere subsidievormen tegelijkertijd binnen de NWO Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma het aanvraagproces doorlopen;
• voor Vidi maximaal twee keer een aanvraag indienen.
• Indien een in behandeling genomen aanvraag tijdens het beoordelingsproces wordt ingetrokken door de aanvrager, telt deze indiening mee voor het maximum aantal indieningen per aanvrager.
c. Onderzoekers die eerder een aanvraag gehonoreerd zagen in een bepaalde subsidievorm binnen de Vernieuwingsimpuls mogen voor diezelfde subsidievorm daarna niet opnieuw indienen.
d. Een onderzoeker mag maximaal 24 maanden voor de geplande einddatum van een lopende Vernieuwingsimpuls subsidie een aanvraag voor een volgende subsidievorm binnen de Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma indienen.
Voor een Vidi-project is financiering beschikbaar van maximaal 800.000 euro voor een periode van vijf jaar. Als het voorgestelde onderzoek korter van duur (in maanden) is, wordt dit maximum bedrag evenredig teruggebracht.
De bij de aanvraag in te dienen begroting wordt gebaseerd op de voor het onderzoek subsidiabele directe personeelskosten en directe materiële kosten. Bij de personeelskosten wordt uitgegaan van de werkelijke brutosalarissen en de opslagen opgenomen in het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek (www.nwo.nl/salaristabellen), met uitzondering van de indexering en einde-projectvergoeding. Voor de bepaling van de hoogte van deze opslagen voor de Vidi-ronde 2019 gelden de normpercentages uit het Akkoord.
Wanneer de aanvrager niet meer dan 25 procent van de aanstelling aan nevenwerkzaamheden (onderwijs/bestuur/beheer) besteedt en de overige 75 procent aan het Vidi-onderzoek, dan mag de aanvrager het gehele salaris ten laste van de subsidie brengen. Wanneer de aanvrager meer dan 25 procent van de aanstelling aan nevenwerkzaamheden besteedt, dan mag de aanvrager alleen de salarislasten voor het deel van de aanstelling dat aan het Vidi-onderzoek wordt besteed ten laste van de subsidie brengen.
De directe materiële kosten bestaan uit de algemene materiële kosten, kosten voor kennisoverdracht en kennisbenutting en kosten voor internationalisering. Niet voor vergoeding in aanmerking komen de kosten voor infrastructuur (huisvesting en kantoorautomatisering) en andere overhead.
De ingediende begroting wordt door NWO getoetst. In het geval dat de ingediende begroting het bedrag van de maximale subsidie overschrijdt, dient de kennisinstelling of een derde partij (co-financier) bij indiening van de aanvraag een garantie af te geven dat zij de overschrijding van het subsidiebedrag dat bij NWO is aangevraagd voor haar rekening neemt. Deze garantstelling wordt getekend door de instituutsmanager/decaan of een andere persoon die tekenbevoegd is.
Voor meer toelichting en informatie over subsidiabele kosten, zie het document ‘Richtlijnen en verantwoording’ op www.nwo.nl/vionder het financieringsinstrument van het betreffende NWO domein.
De deadline voor het indienen van een Vidi-aanvraag is 3 oktober 2019, om 14:00 uur (MET/CEST).
Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC of Mijn ZonMw dient u ook online nog gegevens in te voeren. Het invoeren van deze gegevens en het uploaden van uw aanvraag kan langer duren dan u verwacht. Begin daarom ten minste enkele dagen vóór de deadline van deze call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Het aanvraagformulier en het formulier voor de verplichte inbeddingsgarantie voor de Vidi-call 2019 staat ten minste twee maanden voor de deadline op de NWO-website (www.nwo.nl/vi).
• Download het aanvraagformulier en het formulier voor de verplichte inbeddingsgarantie vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (onderaan de domein-webpagina van het betreffende financieringsinstrument).
• Vul het aanvraagformulier in.
• Vul het inbeddingsgarantieformulier na het gesprek met de instelling in, laat het door de decaan ondertekenen en maak een scan van het document. Sla het formulier op als pdf en upload het in ISAAC (www.isaac.nwo.nl),
• Sla de formulieren op als pdf documenten en upload ze los van elkaar in ISAAC (www.isaac.nwo.nl) of voor aanvragen in de medische wetenschappen (ZonMw) in Mijn ZonMw (mijn.zonmw.nl)
De Vidi aanvraag dient in het Engels te worden geschreven en bevat een:
• curriculum vitae van de kandidaat;
• beschrijving van het onderzoeksvoorstel en ingevulde motivering voor de keuze van de instelling (maximaal 4000 woorden inclusief verwijzingen naar de literatuurlijst);
• ingevulde paragraaf kennisbenutting (maximaal 1000 woorden);
• ingevulde paragraaf datamanagement;
• kostenbegroting.
Aanvragers dienen tegelijk met de volledige aanvraag de ingevulde en door de decaan ondertekende inbeddingsgarantie (zie ook paragraaf 3.5.1) te uploaden.
Op alle aanvragen zijn de NWO-subsidieregeling 2017en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.
Open Access
NWO maakt deel uit van Coalitie S, een internationale groep van onderzoeksfinanciers die in mei 2019 de definitieve versie van een plan bekend maakte (Plan S) voor de versnelling van de transitie naar open access. Kern van het plan is dat alle publicaties voortkomend uit financiering van deze onderzoeksfinanciers gepubliceerd moeten worden in open access tijdschriften en open access platforms. (Zie: https://www.coalition-s.org/)Plan S sluit aan bij de al eerder door NWO doorgevoerde richtlijnen over open access.
Alle wetenschappelijke publicaties van onderzoek dat is gefinancierd op basis van toekenningen voortvloeiend uit deze call for proposals dienen onmiddellijk (op het moment van publicatie) wereldwijd vrij toegankelijk te zijn (open access). NWO accepteert geen embargotermijnen. Er zijn verschillende manieren
voor onderzoekers om Open Access te publiceren. Een uitgebreide toelichting hierop vindt u op www.nwo.nl/openscience.
Let op: U mag in uw projectbudget onder “Materiaal” kosten opnemen voor Open Access publicaties.
Datamanagement
Bij goed onderzoek hoort verantwoord datamanagement. NWO wil dat onderzoeksdata die voortkomen uit met publieke middelen gefinancierd onderzoek zo veel mogelijk ‘vrij’ en duurzaam beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers. NWO wil bovendien het bewustzijn bij onderzoekers over het belang van verantwoord datamanagement vergroten. Aanvragen dienen daarom te voldoen aan het datamanagementprotocol van NWO. Dit protocol bestaat uit twee stappen:
1. Datamanagementparagraaf
De datamanagementparagraaf maakt deel uit van de onderzoeksaanvraag. Onderzoekers dienen vier vragen te beantwoorden over datamanagement binnen hun beoogde onderzoeksproject. Zij worden dus gevraagd reeds voor aanvang van het onderzoek te bedenken hoe de verzamelde data geordend en gecategoriseerd moeten worden zodat deze vrij beschikbaar kunnen worden gesteld. Vaak zullen al bij het tot stand komen van de data en de analyse daarvan maatregelen getroffen moeten worden om opslag en deling later mogelijk te maken. Onderzoekers kunnen zelf aangeven welke onderzoeksdata zij voor opslag en hergebruik relevant achten.
2. Datamanagementplan
Na honorering van een aanvraag dient de onderzoeker de datamanagementparagraaf uit te werken tot een datamanagementplan. Het datamanagementplan is een concrete uitwerking van de datamanagementparagraaf. De onderzoeker beschrijft in het plan of gebruik gemaakt wordt van bestaande data of dat het om een nieuwe dataverzameling gaat en hoe de dataverzameling dan FAIR (vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar) gemaakt wordt. Uiterlijk vier maanden na honorering van de aanvraag moet dat plan via ISAAC zijn ingediend bij NWO. NWO keurt het plan zo snel mogelijk.
Goedkeuring van het datamanagementplan door NWO is voorwaarde voor de subsidieverlening. Het plan kan tijdens het onderzoek worden bijgesteld.
Meer informatie over het datamanagementprotocol van NWO staat op: www.nwo.nl/datamanagement.
Meer informatie over de kerncriteria waarop het format voor datamanagementplannen is gebaseerd vindt u in de 'Practical Guide to the International Alignment of Research Data Management'van Science Europe.
Nagoya Protocol
Het Nagoya Protocol is op 12 oktober 2014 van kracht gegaan en zorgt voor een eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS). Onderzoekers die voor hun onderzoek gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte te stellen van het Nagoya Protocol (www.absfocalpoint.nl). NWO gaat er vanuit dat zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.
Verdeling van IE – rechten
Voor het maken van afspraken over intellectuele eigendomsrechten (IE-rechten) en publicatie (IE&P) geldt het volgende: voor projecten die gehonoreerd worden door SGW, ZonMw en ENW heeft projectleider de regie over de verdeling van de IE-rechten op de projectresultaten.
Voor Vidi-aanvragen die gehonoreerd worden door het domein TTW heeft NWO de regie bij de verdeling van IE-rechten op de projectresultaten. Na verlening van de subsidie neemt het NWO-domein TTW contact op met de gebruiker(s) voor het maken van afspraken over de verdeling van IE-rechten en over de publicatie, met inachtneming van de Richtlijnen TTW Gebruikerscommissie.
De NWO-voorwaarden ter zake van de IE-rechten alsmede van de publicatieprocedure staan vermeld in hoofdstuk 4 van de NWO Subsidieregeling 2017.
Gebruikerscommissies
Om te bevorderen dat de kennis uit het onderzoek ook daadwerkelijk en effectief aan gebruikers wordt overgedragen stelt het NWO-domein TTW, voor projecten die bij TTW in beheer zijn, in overleg met de projectleider na verlening van de subsidie een gebruikerscommissie in als bedoeld in artikel 3.3.2a van de NWO Subsidieregeling 2017. De hoofdtaak van de gebruikerscommissie is de projectleider te adviseren over de richting van het project met als doel de toepassing van de onderzoeksresultaten te maximaliseren. De taak en de werkwijze van de gebruikerscommissie zijn opgenomen in de “Richtlijnen TTW Gebruikerscommissie ”. Toetreding tot een gebruikerscommissie gebeurt op uitnodiging van het NWO-
domein TTW. Door deelname aan een gebruikerscommissie committeren de leden zich aan de “Richtlijnen TTW gebruikerscommissie”. Deelname aan de gebruikerscommissie mag in de projectbegroting niet worden opgevoerd als cofinanciering.
NWO Met ingang van de Vidi-ronde 2018 vraagt NWO kandidaten om een ‘inbeddingsgarantie’. Onderzoekers kunnen alleen nog met steun van hun beoogde onderzoeksinstelling een aanvraag voor een Vidi-subsidie indienen. Het indienen van een inbeddingsgarantie is een ontvankelijkheidscriterium.
De inbeddingsgarantie dient te worden vastgelegd in het daartoe opgestelde Vidi- inbeddingsgarantieformulier. U dient de ingevulde en door de decaan ondertekende inbeddingsgarantie tegelijk met het indienen van uw aanvraag als bijlage te uploaden in het elektronische indiensysteem.
Keuze instelling
De kandidaat is vrij om de instelling te kiezen waar hij/zij het onderzoek gaat uitvoeren, maar de inbedding binnen de instelling dient middels ondertekening van het Vidi-inbeddingsformulier geregeld te zijn vóór de indiening van de aanvraag. Met de inbeddingsgarantie geeft de instelling van uitvoering de garantie dat de kandidaat bij honorering een vaste positie of een Tenure Track positie met zicht op een vaste positie verkrijgt. Indien de kandidaat al een Tenure Track positie heeft, garandeert de instelling van uitvoering dat deze positie voortduurt voor de periode van uitvoering van het Vidi project of, indien de Tenure Track tijdens de loopduur van het project afloopt, overgaat in een vaste positie. In overleg met de onderzoeksinstelling in Nederland waar de kandidaat in dienst zal treden, is het mogelijk een deel van het onderzoek in het buitenland uit te voeren. De inbedding van het onderzoek van de kandidaat bij een instelling kan in de beoordeling aan de orde komen.
Afstemming
In alle gevallen en voorafgaand aan de indiening van de Vidi-aanvraag is afstemming in een gesprek tussen de kandidaat en de ontvangende instelling ten aanzien van de inbedding van het voorgestelde onderzoek vereist. De informatie in het Vidi-inbeddingsformulier zal géén invloed hebben op het selectieproces.
Aanstelling
De aanstelling bij en afstemming met de instelling dient altijd uitgewerkt en geregeld te zijn voordat NWO de subsidie daadwerkelijk uitkeert. Hiervoor sluit de onderzoeker een overeenkomst af met het (college van) bestuur van de instelling.
Voor het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek is het belangrijk dat onderzoeksvoorstellen die ethische vragen kunnen oproepen zorgvuldig worden behandeld. Voor bepaalde onderzoeksprojecten is een goedkeurende verklaring van een erkende ethische toetsingscommissie, medisch-ethische toetsingscommissie (METC) of de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) nodig. Dergelijke commissies kunnen onderzoekers – al dan niet bindend – adviseren over zaken als inzet van en omgang met patiënten, proefpersonen en proefdieren, mogelijke risico’s van het openbaar maken van data, gebruik van menselijke weefsels, risico’s voor het milieu of voor cultureel erfgoed, en mogelijke belangenconflicten. Naast ethische toetsing door een ethische commissie is voor bepaalde onderzoeksvoorstellen een vergunning nodig op grond van de Wet Bevolkingsonderzoek (WBO). Meer informatie over de METC is beschikbaar bij de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO). Bij de Nederlandse Vereniging voor Dierexperimentencommissies (NVDEC) is informatie over CCD beschikbaar. Bij o.a. de Gezondheidsraad is informatie over de WBO beschikbaar.
Een Vidi-aanvrager is zelf verantwoordelijk voor het nagaan of het onderzoeksvoorstel ethische vragen op kan roepen en voor het verkrijgen van een goedkeurende verklaring van de juiste ethische commissie(s) en/of het verkrijgen van een vergunning op grond van de WBO, of gelijksoortige organisatie(s).
NWO onderschrijft de code Openheid Dierproeven en de code Biosecurity. Voor Vidi-aanvragen geldt dat de aanvragers deze bestaande codes moeten onderschrijven en naleven.
Een Vidi-project dient binnen zes maanden na toekenning te starten. Een onderzoeksproject kan pas starten als NWO (indien nodig) een kopie van de goedkeurende ethische verklaring en/of vergunning WBO ontvangen heeft. NWO verwacht dat de aanvragers rekening houden met het tijdpad van de Vidi beoordeling en de tijd die nodig is voor de toetsing door een ethische commissie of de aanvraag voor een WBO vergunning. Voor complexe vragen op het gebied van ethische vraagstukken, behoudt NWO zich het recht voor een externe adviseur te raadplegen.
Het indienen van een aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen voor de domeinen ENW, SGW en TTW, die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen. Aanvragen bij het domein ZonMw kunnen uitsluitend ingediend worden via het aanvraagsysteem Mijn ZonMw (https://mijn.zonmw.nl). Aanvragen voor ZonMw, die niet via Mijn ZonMw zijn ingediend worden niet in behandeling genomen.
Aanvragers zijn verplicht hun aanvraag via hun eigen ISAAC/Mijn ZonMw-account in te dienen. Indien een aanvrager nog geen ISAAC/Mijn ZonMw-account heeft, dient de aanvrager minimaal enkele dagen voor het indienen een account aan te maken. Dit om eventuele aanmeldproblemen op tijd te kunnen verhelpen.
Indien de aanvrager al een account bij NWO heeft, hoeft deze geen nieuw account aan te maken om een nieuwe aanvraag in te dienen.
Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC/Mijn ZonMw dient u online enkele aanvullende gegevens in te voeren. Begin daarom ten minste enkele dagen vóór de deadline(s) van deze call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC/Mijn ZonMw helpdesk, zie paragraaf 5.1.2.
Keuze NWO-onderdeel
NWO werkt met vier domeinen: Exacte- en Natuurwetenschappen (ENW), Sociale en Geesteswetenschappen (SGW), Toegepaste Technische Wetenschappen (TTW), en ZonMw (Zorgonderzoek en Medische wetenschappen).
Vidi-kandidaten dienen hun aanvraag ter behandeling in bij één domein. Indien het onderzoek domeinoverschrijdend van aard is, moet de aanvrager het domein kiezen dat het best bij de aanvraag past. Vanaf de Vidi ronde 2019 worden alle aanvragen binnen één van de domeinen beoordeeld.
Let op: NWO raadt aanvragers aan om tijdig na te denken over welk domein het meest geschikt is als indienloket voor de betreffende aanvraag. Indien u voor het indienen van uw aanvraag twijfelt tussen domeinen raden we u dringend aan contact op te nemen met NWO en met de domeinen waartussen u twijfelt. NWO kan mogelijk een advies geven binnen welk domein de aanvraag het best kan worden behandeld; de aanvrager maakt zelf op dit punt de definitieve keuze. Zie hiervoor de contact gegevens van de domeinen.
Bijlagen
Indien, na indiening van een aanvraag, het secretariaat van een NWO-domein van mening is dat een aanvraag beter behandeld kan worden door een andere beoordelingscommissie, zal NWO contact opnemen met de aanvrager. In overleg met de aanvrager kan de behandeling van de aanvraag eventueel overgedragen worden aan een ander NWO-domein NWO vraagt Vidi-kandidaten om een 'inbeddingsgarantie'. Het Vidi-inbeddingsgarantieformulier is online ‘ inbeddingsgarantie’ beschikbaar. Het inbeddingsgarantieformulier ontvangt NWO graag als apart PDF- document in de bijlagen via ISAAC/Mijn ZonMw bij indiening van de aanvraag. Het inbeddingsformulier wordt niet doorgestuurd naar referenten en commissieleden en speelt geen rol in de beoordeling van de aanvraag.
In geval van een bijdrage door de onderzoeksinstelling en/of een derde partij dient bij het indienen van de volledige aanvraag een cofinancieringsverklaring bijgevoegd te worden van de partij die bijdraagt. Hierbij is van belang dat deze partij in de garantiebrief de omvang van de bijdrage expliciet aangeeft.
Cofinancieringsverklaringen zijn onvoorwaardelijk en bevatten geen ontbindende bepalingen. Cofinancieringsverklaringen worden bij ENW, SGW en ZonMw niet doorgestuurd naar referenten en commissieleden en worden niet beoordeeld. Bij TTW worden cofinancieringsverklaringen waarin cash- en/of in-kind steun wordt toegezegd wel meegestuurd naar referenten en commissieleden. Let op: voor cofinancieringsverklaringen dient het domeinspecifieke formulier gebruikt te worden, dat te vinden is op de financieringspaginavan het betreffende domein.
Buiten de hierboven genoemde bijlagen mogen geen andere bijlagen worden toegevoegd. Publicaties en aanbevelingsbrieven mogen niet met de aanvraag worden ingediend.
De eerste stap in de beoordelingsprocedure is een toets of de volledige aanvraag in behandeling genomen kan worden. Hiervoor worden de voorwaarden zoals beschreven in hoofdstuk 3 van deze call for proposals toegepast.
Voor alle bij de beoordeling en/of besluitneming betrokken personen en betrokken NWO-medewerkers is de Code omgang met persoonlijke belangenvan toepassing.
De datamanagementparagraaf in de aanvraag wordt niet beoordeeld en derhalve ook niet meegewogen in de beslissing om een aanvraag al of niet toe te kennen. Zowel de referenten als de beoordelingscommissie kunnen wel advies geven met betrekking tot de datamanagementparagraaf. Na honorering van een aanvraag dient de onderzoeker de paragraaf uit te werken in een datamanagementplan. Aanvragers kunnen hierbij gebruik maken van het eventuele advies van de referenten en beoordelingscommissie. Het project kan van start gaan zodra het datamanagementplan is goedgekeurd door NWO.
De kandidaten worden in een nationale competitie beoordeeld. De beoordeling van Vidi-aanvragen vindt plaats binnen de NWO-domeinen. Dit betekent dat aanvragen vanuit verschillende disciplines binnen elk domein in competitie met elkaar zullen worden vergeleken. De domeinen werken met breed samengestelde commissies van wetenschappers die adviseren over kwaliteit en prioriteit van de aanvragen. Bij het schrijven van de aanvraag dient hiermee rekening te worden gehouden. De aanvraag moet ook toegankelijk zijn voor commissieleden uit andere wetenschapsdisciplines binnen het domein. In het geval dat domeinen werken met meerdere beoordelingspanels wordt de (disciplinaire) samenstelling van deze panels op de betreffende domeinpagina verder toegelicht.
NWO voorziet alle uitgewerkte aanvragen van een kwalificatie. Deze kwalificatie wordt aan de aanvrager bekend gemaakt bij het besluit over al dan niet toekennen van financiering.
Voor meer informatie over de kwalificaties zie: http://www.nwo.nl/kwalificaties.
NWO beoordeelt de ontvankelijkheid van de aanvraag (d.w.z. of deze aan de formeel gestelde vereisten voldoet, zie hoofdstuk 3). Alleen aanvragen die aan de voorwaarden voldoen, zijn ontvankelijk en worden door NWO in behandeling genomen.
Voorselectie kan plaatsvinden indien het aantal aanvragen minimaal vier keer zo hoog is als het aantal door het betreffende wetenschapsonderdeel te honoreren aanvragen. Als hier niet aan wordt voldaan, worden alle aanvragen zonder voorselectie naar externe referenten gestuurd. De reden voor voorselectie is dat bij een grote aanvraagdruk het aantal te raadplegen referenten te omvangrijk is en de kans van slagen voor veel kandidaten zeer gering is.
Voorselectie gebeurt op basis van de drie voor de Vidi-ronde geldende selectiecriteria voor volledige aanvragen (zie 4.2). In geval van voorselectie worden alle aanvragen globaal en vergelijkenderwijs door de beoordelingscommissie beoordeeld en geprioriteerd naar kansrijkheid, zonder gebruik te maken van externe referenten. De kandidaten waarvan de voorstellen door de commissie beoordeeld zijn als minst kansrijk krijgen bericht dat de commissie hun voorstellen niet beoogt te selecteren voor verdere behandeling. Indien kandidaten een gegronde reden hebben om tegen het oordeel van de commissie in te gaan, dan kan een gemotiveerde reactie naar het behandelend domein worden gestuurd. Naar aanleiding van de reactie kan de commissie de kandidaat eventueel alsnog selecteren. Als de kandidaat niet wordt geselecteerd, ontvangt de kandidaat een formeel afwijzingsbesluit over de aanvraag.
Alle volledige aanvragen, of, indien van toepassing, de aanvragen die door de voorselectie zijn gekomen, worden voor advies aan externe referenten voorgelegd. Vervolgens krijgt de kandidaat de mogelijkheid om op de geanonimiseerde adviezen te reageren.
Het is mogelijk om (maximaal drie) non-referenten op te geven. Kandidaten kunnen deze non-referenten opgeven in ISAAC, tegelijk met het indienen van de aanvraag. Let op: ook als ISAAC ruimte biedt voor meer non-referenten is het niet toegestaan om meer dan drie non-referenten op te geven. Kandidaten die bij ZonMw een aanvraag indienen, kunnen de (maximaal drie) non-referenten per mail doorgeven (vidi@zonmw.nl). NWO zal deze non-referenten niet benaderen om als externe referent de aanvraag te beoordelen.
De volledige aanvragen, de referentenoordelen en het wederhoor worden aan de betreffende beoordelingscommissie voorgelegd. De beoordelingscommissie selecteert een aantal kandidaten voor een interview. De beoordelingscommissie maakt een eigen afweging op basis van de ingewonnen referentenrapporten en de reacties van de kandidaten daarop. Vervolgens ontvangen de hoogst geprioriteerde kandidaten een uitnodiging voor een gesprek, het interview.
Tijdens het interview heeft de beoordelingscommissie de gelegenheid om vragen te stellen, ook nieuwe vragen die nog niet door de referenten zijn opgeworpen. De kandidaat kan hier tijdens het interview in de discussie met de commissie op reageren. Op deze wijze wordt opnieuw hoor- en wederhoor toegepast. Het interview is een belangrijk onderdeel van de beoordeling en kan leiden tot bijstelling van de beoordeling en de score van het voorstel tot dan toe.
Na de interviews stelt de beoordelingscommissie haar honoreringsadvies op en legt zij dit voor aan het betreffende domeinbestuur, dat vervolgens het besluit neemt. De voor een ronde beschikbare middelen bepalen het definitieve aantal toe te kennen subsidies aan de aanvragen waarvan de kwalificatie minimaal zeer goed is. Na het besluit van het betreffende domeinbestuur wordt de uitslag bekendgemaakt.
Na het besluit van het betreffende domeinbestuur volgt de afwikkeling van de toekenning of afwijzing. Indien een subsidie wordt toegekend, treedt de laureaat in dienst bij een onderzoeksinstelling naar keuze en worden er afspraken gemaakt over de eindverslaglegging en eventuele begeleiding vanuit het domein (zie ook 3.5.1). Een Vidi-project dient binnen zes maanden na toekenning te starten. De toegekende projecten worden in beheer genomen door een van de domeinen van NWO.
NWO streeft voor de Vidi-ronde 2019 naar een maximale doorlooptijd van acht maanden. Het indicatieve tijdpad ziet er als volgt uit (het exacte tijdpad verschilt per domein):
3 oktober 2019, tot en met 14.00 uur (MET/CEST) |
Deadline indiening Vidi-aanvragen via het ISAAC en voor Medische Wetenschappen (ZONMW) via MijnZonMw. |
---|---|
Tot eind februari 2020 |
Raadplegen referenten en reacties kandidaten op referentenrapporten |
Maart/april 2020 |
Interviews |
Mei 2020 |
Besluitvorming domeinbesturen NWO |
Vanaf mei 2020 |
NWO informeert de aanvragers over het besluit |
Het kan zijn dat NWO het noodzakelijk acht om tijdens de lopende procedure nog aanpassingen in de werkwijze aan te brengen. Eventuele aanpassingen in de procedure Vidi 2019 zullen op de NWO-website worden gepubliceerd. Kijk daarom met enige regelmaat op de NWO-website voor de laatste stand van zaken.
Alle volledige aanvragen worden beoordeeld op de criteria:
1. kwaliteit, innovatief karakter en wetenschappelijke impact van het onderzoeksvoorstel (zie 4.2.1) (40%);
2. kennisbenutting (zie 4.2.2) (20%);
3. kwaliteit van de onderzoeker (zie 4.2.3) (40%).
• Uitdagend qua inhoud;
• originaliteit van de vraagstelling;
• wetenschappelijk vernieuwende elementen;
• gericht op de opbouw van een nieuwe onderzoekslijn;
• potentie tot baanbrekende bijdragen aan wetenschap;
• doeltreffend qua voorgestelde methode;
• internationaal belang van het voorgestelde onderzoeksgebied.
Potentie
• Bijdrage aan de maatschappij en/of aan andere wetenschapsgebieden;
• disciplines en organisaties waaraan de resultaten ten goede kunnen komen.
Implementatie
• Plan van aanpak om de opbrengsten van het onderzoeksproject ten goede te laten komen aan de potentiële kennisgebruikers;
• of en zo ja, hoe de potentiële kennisgebruikers worden betrokken;
• (concrete) opbrengsten voor de maatschappij en/of andere wetenschapsgebieden;
• verwachte termijn voor mogelijke kennisbenutting.
De beoordelingscommissie beoordeelt:
• of de aanvrager de potentie voor kennisbenutting realistisch heeft weergegeven;
• indien er inderdaad sprake is van potentie voor kennisbenutting: in hoeverre de aanvrager een concreet en overtuigend plan van aanpak heeft gepresenteerd om de aanwezige potentie te realiseren.
• Indien er geen sprake is van potentie van kennisbenutting: de argumentatie van de aanvrager waarom het voorgestelde onderzoek zich niet leent voor kennisbenutting
• Passendheid qua profiel in de doelgroep;
• behorend in internationaal perspectief tot de beste 10 à 20% procent van zijn/haar populatie;
• wetenschappelijke excellentie, blijkt onder meer uit proefschrift, publicaties en/of andere wetenschappelijke verworvenheden;
• aanstekelijke fascinatie voor onderzoek en/of technologie;
• overtuigingskracht;
• aantoonbaar in staat om vernieuwende ideeën te genereren en succesvol zelfstandig tot ontwikkeling te brengen;
• heeft zowel nationaal als internationaal een goede positie;
• is in staat om (bege)leiding te geven aan andere onderzoekers en medewerkers
Op de website van de NWO Vernieuwingsimpuls/Talentprogramma (www.nwo.nl/vi)is de meest recente informatie over de NWO Vernieuwingsimpuls/ NWO-talentprogramma te vinden. Daar staat ook een document met daarin antwoorden op veelgestelde vragen.Kandidaten wordt aangeraden eerst de website te raadplegen voor zij contact opnemen met NWO. Vragen over de Vernieuwingsimpuls/het Talentprogramma kan men richten aan de centrale coördinator van dit subsidieprogramma bij NWO of aan de coördinator van het betreffende NWO-domein. Contactgegevens zijn te vinden op www.nwo.nl/vi/contact.
Vragen met betrekking tot lopende VI-projecten dienen gesteld te worden aan de afdeling Beheer binnen NWO die uw project onder behandeling heeft of eventueel aan de coördinator van het behandelend NWO- onderdeel (voor contact gegevens van de verschillende domeinen zie: www.nwo.nl/vi/contact).
Centrale coördinator Vernieuwingsimpuls
Website: www.nwo.nl/vi(informatie over VI financiering) of:
www.nwo.nl/vi-programma(algemene informatie over de Vernieuwingsimpuls) E-mail: vi@nwo.nl
Telefoon secretariaat: +31 (0)70 344 0707
Adressen
NWO/Vernieuwingsimpuls Domein ENW
Postbus 93460
2509 AC ’s-Gravenhage Vidi_science@nwo.nl
NWO/Vernieuwingsimpuls Domein SGW
Postbus 93461
2509 AC ’s-Gravenhage SGW: sgw-vidi@nwo.nl
NWO/Vernieuwingsimpuls Domein TTW
Postbus 3021
3502 GA Utrecht vidi-ttw@nwo.nl
NWO/Vernieuwingsimpuls Domein ZonMw
Postbus 93245
2509 AE ’s-Gravenhage vidi@zonmw.nl
Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC-helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding, te vinden op https://www.isaac.nwo.nl/nl/help,voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC-helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer +31 (0)20 346 71 79. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.
Bij technische vragen betreffende het gebruik van Mijn ZonMw kunt u contact opnemen met de helpdesk. Deze helpdesk is tijdens kantooruren bereikbaar via telefoonnummer +31 (0)70 349 51 78, of via e-mail servicedesk@zonmw.nl.
Hieronder vindt u een overzicht van de begunstigde kennisinstellingen. We raden aanvragers aan om tijdig contact op te nemen met het instituut van hun keuze, in verband met het verkrijgen van de verplichte inbeddingsgarantie.
Erasmus Universiteit Rotterdam
Open Universiteit Nederland
Protestantse Theologische Universiteit
Radboud Universiteit Nijmegen
Rijksuniversiteit Groningen
Technische Universiteit Delft
Technische Universiteit Eindhoven
Theologische Universiteit Apeldoorn
Theologische Universiteit Kampen
Universiteit Leiden
Universiteit Maastricht
Universiteit Twente
Universiteit Utrecht
Universiteit van Amsterdam
Universiteit van Aruba
Universiteit van Curaçao
Universiteit van Tilburg
Universiteit voor Humanistiek
Vrije Universiteit Amsterdam
Wageningen Universiteit en Researchcentrum
AMOLF – Physics of functional complex matter
ARCNL – Advanced Research Center for Nanolithography ASTRON – Netherlands Institute for Radio Astronomy CWI – Centrum Wiskunde & Informatica
DIFFER – Dutch Institute for Fundamental Energy Research Nikhef – Nationaal instituut voor subatomaire fysica
NIOZ – Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee
NSCR – Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving SRON – Netherlands Institute for Space Research
De bovengrens van de gestelde termijn (maximaal acht jaar) geldt als een harde grens. De ondergrens (minimaal drie jaar) is een uitdrukkelijk advies. Excellente kandidaten die korter geleden zijn gepromoveerd dan de ondergrens aangeeft, kunnen eventueel ook een aanvraag indienen; zij worden echter wel geadviseerd met de zwaarte van de competitie rekening te houden.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-42924.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.