Verkeersbesluit opheffen voorrangskruispunt Middelwijkstraat-Kerkstraat

Logo Soest

Aanleiding

Overwegende dat we groot onderhoud uitvoeren op de Stationsweg;

dat we daarbij ook het tegenoverliggende kruispunt Kerkstraat met de Middelwijkstraat opnieuw inrichten;

Maatregel

Overwegende dat we op dit kruispunt een uitritconstructie plaatsen;

dat het daarom gewenst is om de huidige voorrangsregeling op te heffen;

dat we met de uitritconstructie de voorrangssituatie in stand houden;

Belangenafweging

Overwegende dat het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

dat in de huidige situatie het kruispunt van de Middelwijkstraat met de Kerkstraat is ingericht als voorrangskruispunt;

dat bestuurders die zich bevinden op de Middelwijkstraat voorrang hebben ten opzichte van bestuurders die zich bevinden op de Kerkstraat;

dat het huidige voorrangskruispunt is aangegeven met verkeersborden en haaientanden van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

dat gelet op hoofdstuk 5, paragraaf 2 van de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (UBABW) verkeerstekens slechts mogen worden toegepast nadat vervangende infrastructurele maatregelen zijn overwogen;

dat CROW (kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte) in 2006 een publicatie (nr. 228) opstelde met betrekking tot de toepassing en ontwerp van uitritten en uitritconstructies;

dat uit de publicatie blijkt dat de Kerkstraat een duidelijke bestemmingscriterium heeft;

dat de aansluiting van de Kerkstraat op de Middelwijkstraat daarom volgens CROW beoordeeld mag worden als een uitrit;

dat blijkt dat de voorrangsregeling op het kruispunt in plaats van de toepassing van de huidige verkeerstekens geregeld kan worden door het aanleggen van een uitritconstructie op de Kerkstraat;

dat bestuurders die een uitrit verlaten volgens artikel 54 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 het overige verkeer voor moeten laten gaan;

dat de aanwijzing van het kruispunt Middelwijkstraat met de Kerkstraat als voorrangskruispunt geen meerwaarde heeft, aangezien de voorrang al op het kruispunt is geregeld middels de algemene verkeersregels;

dat door de aanwezigheid van een uitritconstructie voetgangers die zich bevinden op de Middelwijkstraat tevens voorrang hebben ten opzichte van bestuurders die zich bevinden op de Kerkstraat;

dat door de aanwezigheid van de uitritconstructie het wenselijk is de huidige voorrangsregeling op het kruispunt Middelwijkstraat met de Kerkstraat, die is geregeld middels verkeerstekens, op te heffen;

dat de huidige voorrangsregeling kan worden opgeheven door het verwijderen van het verkeersbord en de haaientanden van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990) op het kruispunt Middelwijkstraat met de Kerkstraat;

dat het belang om uitritconstructies aan te leggen zwaarder weegt dan het behouden van de huidige voorrangsregeling;

Juridisch kader

Gelet op het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het Mandaatbesluit van de gemeente Soest;

overwegende dat dit besluit wordt genomen op basis van artikel 2 van de WVW 1994 om de veiligheid op de weg te verzekeren, weggebruikers en passagiers te beschermen en de bruikbaarheid van de weg te waarborgen;

dat het op grond van artikel 15, eerste lid, van de WVW 1994 vereist is om een verkeersbesluit te nemen voor de plaatsing of verwijderen van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens en ook voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

dat het op grond van artikel 37 van het BABW vereist is om een verkeersbesluit te nemen voor de in artikel 34 van het BABW bedoelde tijdelijke verkeersmaatregelen als deze maatregelen langer duren dan vier maanden of zich regelmatig voordoen;

dat de genoemde wegen in de gemeente Soest liggen;

dat deze wegen bij de gemeente Soest in eigendom en beheer zijn;

dat het college van burgemeester en wethouders overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit;

dat deze bevoegdheid op grond van het Mandaatbesluit van de gemeente Soest door het college van burgemeester en wethouders is gemandateerd aan ondergetekende;

dat overleg is gevoerd met (de gemachtigde van) de korpschef van de politie, overeenkomstig artikel 24 van het BABW en dat de politie positief heeft geadviseerd over dit besluit;

dat dit verkeersbesluit in werking treedt op zijn vroegst zes weken na publicatie (,omdat deze maatregel gekoppeld is aan een niet-verkeersbesluitplichtige fysieke maatregel);

Besluit

Het college van burgemeester en wethouders besluit de huidige voorrangsregeling op het kruispunt Middelwijkstraat met de Kerkstraat op te heffen. Dit gebeurt door het verwijderen van de haaientanden en het verkeersbord B6 (verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg) van bijlage I van het RVV 1990.

Soest, 10 juli 2019

Namens burgemeester en wethouders,

Leontine Kok

Teamleider Ruimte

Bekendmaking

Dit besluit wordt op grond van artikel 26 van de WVW 1994 bekendgemaakt in de Staatscourant. Daarnaast wordt een kennisgeving van de bekendmaking in de Staatscourant vermeld op de website van de gemeente Soest, in de Soester Courant en op de gemeentelijke informatieborden naast het carillon aan het Raadhuisplein.

Bezwaar

Bent u belanghebbende en het niet eens met dit besluit? Dan kunt u, binnen zes weken na de publicatiedatum schriftelijk bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Soest. Het bezwaar richt u aan Gemeente Soest, t.a.v. college van B&W, Postbus 2000, 3760 CA Soest.

In het bezwaarschrift moet in ieder geval worden vermeld:

  • 1.

    uw naam en adres;

  • 2.

    de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft (dagtekening);

  • 3.

    een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt. U stuurt zo mogelijk een kopie van dit besluit mee;

  • 4.

    de redenen waarom u bezwaar maakt;

  • 5.

    ondertekening met uw handtekening. 

Hoofdstuk 6 (algemene bepalingen over bezwaar) en de afdelingen 7.1 en 7.2 (bijzondere bepalingen over bezwaar) van de Algemene wet bestuursrecht zijn van toepassing.

Tijdens een bezwaarprocedure geldt het genomen besluit. Als u niet wilt dat het besluit al in werking treedt, kunt u naast uw bezwaar om een voorlopige voorziening vragen aan de rechter. Hier zijn kosten aan verbonden. Een verzoek om een voorlopige voorziening stuurt u naar: de Rechtbank Utrecht, sector Bestuursrecht, postbus 13023, 3507 LA Utrecht.

Kopie

Een afschrift van dit besluit wordt per e-mail gezonden aan “0-wegafsluiting” (verzendlijst). In deze verzendlijst zijn onder andere politie, Veiligheidsregio Utrecht (VRU) en RAVU opgenomen.

 

Naar boven