Vaststelling bestemmingsplan ‘Princenhage, Haagweg 246-250’en ontheffing hogere grenswaarde Wet geluidhinder

Logo Breda

 

Burgemeester en wethouders van Breda maken bekend dat de gemeenteraad in zijn openbare vergadering van 13 juni 2019 het bestemmingsplan ‘Princenhage, Haagweg 246-250 (NL.IMRO.0758.BP2017214005-VG01) heeft vastgesteld. Het bestemmingsplan

 

Het bestemmingsplan is ten opzichte van het ter inzage gelegde ontwerpbestemmingsplan gewijzigd vastgesteld. Deze wijzigingen zijn in het raadsbesluit, welke als bijlage is toegevoegd aan het vastgestelde bestemmingsplan, opgenomen.

 

Wet geluidhinder

De gewenste bebouwing ligt binnen de geluidszone van diverse (spoor-)wegen. Aan de hand van een akoestisch onderzoek is vastgesteld dat voor de woningen de voorkeurswaarden uit de Wet geluidhinder wordt overschreden, maar dat deze nog wel vallen binnen de ontheffingswaarden. In dat kader heeft het College van burgemeester en wethouders op 25 april 2019 besloten om, met toepassing van het bepaalde in artikel 110a van de Wet geluidhinder, een hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting vast te stellen.

 

Ter inzage

Het bovengenoemde plan en de ontheffing hogere waarde zijn vanaf 11 juli 2019 digitaal te raadplegen via de website: www.ruimtelijkeplannen.nl. Of u zoekt via www.ruimtelijkeplannen.nl > plannen zoeken > zoek op adres of eerder genoemde plannaam/nummer (IMRO-ID).

 

Beroep

Van 12 juli tot en met 22 augustus 2019 is het voor belanghebbenden mogelijk om tegen de vaststelling van het bestemmingsplan en tegen de ontheffing hogere waarde schriftelijk beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA te Den Haag. Het indienen van een beroepschrift schorst de werking van het bestreden besluit niet. In spoedeisende gevallen kunnen belanghebbenden tegen het besluit een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

C risis- en herstelwet van toepassing:

Afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Crisis- en Herstelwet is op deze beroepsprocedure van toepassing. Dit betekent, dat de belanghebbende in het beroepschrift moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden worden aangevoerd.

Het gevolg van het van toepassing zijn van de Crisis- en Herstelwet is verder dat:

- De rechter uitspraak moet doen binnen zes maanden na afloop van de beroepstermijn;

- Decentrale overheden niet meer in beroep kunnen gaan tegen een besluit van een ander overheidsorgaan, tenzij het besluit tegen hen is gericht.

 

Informatie

Indien u vragen heeft kunt u contact opnemen met de gemeente via www.breda.nl, WhatsApp 06 – 46 66 26 66, twitter @breda, facebook Gemeente Breda of bel 14 076

Naar boven