Voorgenomen besluit tot vervreemding van twee zilveren zoutvaten, een schilderij en een tekening uit de Rijkscollectie door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Gelet op artikel 4.17 van de Erfgoedwet waarin wordt bepaald dat een voorgenomen besluit tot vervreemding van een cultuurgoed of een verzameling uit de rijkscollectie bekend wordt gemaakt:

VOORGENOMEN BESLUIT

Soort/titel soort object(en)	1. Twee zilveren zoutvaten van Johannes Lutma l 2. Een schilderij, Winters bosgezicht, door Johann Bernard Klombeek en Eugène, Joseph Verboeckhoven 3. Een tekening, Huwelijk van Tobias en Sara, door Pieter Coecke van Aelst
Inventaris nummer(s)	In bovengenoemde volgorde: 1. BK 1960-13a/BK 1960-13b (inv.nr. Rijksmuseum Amsterdam) 2. B59 (inv.nr. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) 3. RP-T-1964-44 (inv.nr. Rijksmuseum Amsterdam)
Vervaardiger(s)	zie boven
Vervaardigingsjaar/periode	In bovengenoemde volgorde: 1. 1639 2. 1863 3. 1540-1545
Verwervingsjaar/periode	In bovengenoemde volgorde: 1. 1960 2. 1948 3. 1959
Materiaal	In bovengenoemde volgorde: 1. Metaal 2. Olieverf, doek 3. Papier, inkt
Techniek	In bovengenoemde volgorde: 1. Zilver, gedeeltelijk verguld 2. Olieverf op doek 3. Pen, penseel
Afmetingen	In bovengenoemde volgorde: 1. h. 24, b. 12 cm 2. 91 x 125,5 cm 3. 7,30 × 11 cm
Fysieke staat	Goed
Motivatie voor vervreemding	Restitutie
Betreft bulkafstoting	Nee
De overheid heeft het voornemen advies aan de commissie van onafhankelijke deskundigen te vragen	Ja, voor wat betreft de zoutvaten en de tekening
Afbeelding
Eventueel beperkende of andere juridische voorwaarde(n)	n.v.t.
Naam verzameling	Rijkscollectie
Het cultuurgoed of de verzameling is in bruikleen of beheer bij	Rijksmuseum Amsterdam en Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Standplaats cultuurgoed of verzameling	Rijksmuseum Amsterdam, Ministerie van Defensie en Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Bezichtiging cultuurgoed	Alleen op afspraak

Zienswijze

Voor zover geen advies wordt gevraagd als bedoeld in artikel 4.18 van de Erfgoedwet, kan een ieder gedurende zes weken na de dag van bekendmaking van het voornemen bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zienswijzen indienen over de vraag of het cultuurgoed of de verzameling van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis is en onvervangbaar en onmisbaar voor het Nederlands cultuurbezit. Gedurende de termijn wordt niet overgegaan tot vervreemding van het cultuurgoed of de verzameling. Na deze termijn worden ingediende zienswijzen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap beoordeeld en wordt zo nodig alsnog advies gevraagd als bedoeld in artikel 4.18. De zienswijze kunt u adresseren aan onderstaande contactpersoon. Om de zienswijze in behandeling te laten nemen dient u in ieder geval de volgende gegevens te vermelden:

• a) De naam en het adres van de indiener;

• b) De dagtekening;

• c) Een omschrijving van het besluit waar de zienswijze zich tegen richt;

• d) Motivering van de zienswijze.

Informatie

Voor inlichtingen over de procedure kunt u contact opnemen met onderstaande contactpersoon:

Contactgegevens

Datum aanmelding	30 april 2019
Overheid of instelling namens overheid	Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Adres	Smallepad 5
Postcode	3811 MG
Plaats	Amersfoort
Contactpersoon	Mw I. Looman
E-mail	i.looman@cultureelerfgoed.nl