Verkeersbesluit verkeersmaatregelen Schoterbos

Nr. 2019/220654

Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem,

gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) en Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW).

Overwegende:

dat het Schoterbos gelegen is binnen de bebouwde kom van Haarlem;

dat het Schoterbos en alle wegen gelegen in het Schoterbos in beheer zijn bij de gemeente Haarlem;

dat de wegen gelegen in het Schoterbos wegen zijn als bedoeld in artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994;

dat gelet op dit artikel het college van burgemeester en wethouders van Haarlem bevoegd is verkeersbesluiten te nemen voor deze wegen;

dat de bevoegdheid voor het nemen van verkeersbesluiten door het college van burgemeester en wethouders van Haarlem is gemandateerd aan het afdelingshoofd Beheer en Beleid Openbare Ruimte;

dat de gemeentelijke wegencategorisering van Haarlem is opgenomen in de Structuurvisie Openbare Ruimte (hierna: SOR);

dat deze categorisering aansluit op de categorisering, zoals bedoeld in het landelijke beleid Duurzaam Veilig;

dat het Schoterbos is gelegen tussen de Jan Gijzenvaart, Noorderhoutpad, Meester Jan Gerritszlaan en de Delftlaan;

dat het Schoterbos is ingericht als verblijfsgebied en dat de verkeersfunctie op deze wegen en paden ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie;

dat in verband met de hoge waterstanden in het park er groot onderhoud aan het groen nodig is;

dat deze onderhoudsnoodzaak is aangegrepen om extra maatregelen te treffen om het bos te transformeren tot een levendig en aantrekkelijk stadspark waarin ecologie, recreatie en stadsnatuur centraal staan;

dat gezien de functie en inrichting van het Schoterbos het niet wenselijk is dat bepaalde wegen en paden worden gebruikt door fietsers en/of motorvoertuigen;

dat om het verkeersgebruik in het park handhaafbaar te maken een bebordingsplan is opgesteld;

dat het Schoterbos wordt getransformeerd in verschillende fases;

dat de eerste fase inmiddels is afgerond is welke van kracht is tot het tweede kwartaal van 2021;

dat de paden in het park in principe slechts te gebruiken zijn door voetgangers;

dat de paden aan de oostzijde van het park worden aangewezen als onverplicht fietspad, zodat fietsers en snorfietsers met een uitgeschakelde verbrandingsmotor ook een route hebben door het park;

dat aan de westzijde van het park op een specifieke route wordt aangewezen ten behoeve van het bevoorradingsverkeer van EcoSol en de school- en doeltuinen;

dat alleen bevoorrading wordt toegestaan met een maximum van 12 ton;

dat gekozen wordt voor een beperking van 12 ton in verband met de beperkte constructie sterkte van de brug over het water;

dat de voetpaden worden aangewezen door middel van het plaatsen van het verkeersbord G7 (zonale toepassing) van bijlage 1 van het RVV;

dat onverplichte fietspaden (met onderborden met de tekst ‘toegestaan bevoorradend verkeer EcoSol, school- en doeltuinen, max, 12 ton’ of onderborden met twee pijlen) worden aangewezen door middel van het plaatsen van het verkeersbord G13 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat een geslotenverklaring voor voertuigen en samenstellen van voertuigen, waarvan de totaalmassa hoger is dan 12 ton, worden aangewezen door het plaatsen van verkeersbord C21 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat ten behoeve van het einde van de gewenste bevoorradingsroute een geslotenverklaring voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee wordt ingesteld door middel van het plaatsen van het verkeersbord C1 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat de aansluitingen van de paden vanuit het Schoterbos waarop zich bestuurders vinden op de Delftlaan en de Meester Jan Gerritszlaan worden aangewezen als voorrangskruispunten waarbij bestuurders komende vanuit het Schoterbos voorrang moeten verlenen aan bestuurders die zich bevinden op de Meester Jan Gerritszlaan en de Delftlaan;

dat bovengenoemde voorrangskruispunten worden gerealiseerd door het plaatsen van verkeersbord B6 van bijlage 1 van het RVV 1990 inclusief haaientanden op het wegdek;

dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het plaatsen van verkeersborden B6, C21, G7 en G13 van bijlage 1 van het RVV 1990 inclusief het plaatsen van haaientanden een verkeersbesluit is vereist;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor benoemde verkeersmaatregelen strekken tot het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer in geding komt bij het treffen van deze verkeersmaatregel;

dat gelet op voorgaande overwegingen het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer voor deze verkeermaatregel minder belangrijk wordt geacht dan het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden;

dat gelet op artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de gemandateerde van de politie;

dat de politie heeft ingestemd met de hierna genoemde verkeersmaatregelen.

Het besluit:

Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem besluit:

• door middel van het plaatsen van de verkeersborden G7 (zonale toepassing) van bijlage 1 van het RVV 1990 de wegen en paden in Schoterbos conform onderstaande situatieschets aan te wijzen als voetpaden/voetgangersgebied (zonale toepassing);

• door middel van het plaatsen van de onderborden met de tekst ‘toegestaan bevoorradend verkeer EcoSol, school- en doeltuinen, max. 12 ton’ onder de borden G7 (zonale toepassing) van bijlage 1 van het RVV 1990 conform onderstaande situatieschets een specifieke route aan te wijzen als route waarbij het gebruik van het voetpad is toegestaan voor bevoorradend verkeer ten behoeve van de Ecosol, de school- en doeltuinen;

• door middel van het plaatsen van de verkeersborden G13 van bijlage 1 van het RVV 1990 de wegen en paden in Schoterbos conform onderstaande situatieschets aan te wijzen als onverplicht fietspad;

• door middel van het plaatsen van de verkeersborden C21 van bijlage 1 van het RVV 1990 de brug over het water conform onderstaande sitautieschets gesloten te verklaren voor voertuigen en samenstellen van voertuigen, waarvan de totaalmassa hoger is dan 12 ton;

• door middel van het plaatsen van de verkeersborden B6 van bijlage 1 van het RVV 1990 inclusief haaentanden op het wegdek een voorrangskruispunt in te stellen op de volgende locaties:

  • pad Schoterbos – Delftlaan, waarbij bestuurders komende vanuit het Schoterbos voorrang moeten verlenen aan bestuurders die zich bevinden op de Delftlaan;

  • pad Schoterbos – Meester Jan Gerritszlaan (1), waarbij bestuurders komende vanuit het Schoterbos voorrang moeten verlenen aan bestuurders die zich bevinden op de Meester Jan Gerritszlaan;

  • pad Schoterbos – Meester Jan Gerritszlaan (2), waarbij bestuurders komende vanuit het Schoterbos voorrang moeten verlenen aan bestuurders die zich bevinden op de Meester Jan Gerritszlaan;

Situatieschets:

Aldus vastgesteld op 01 04 2019 te Haarlem

Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem,

Sylvia van Egmond

Hoofd afdeling Beheer en Beleid Openbare Ruimte

Dit besluit treedt in werking na bekendmaking in de Staatscourant. Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na publicatie van dit besluit in de Staatscourant bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Haarlem, Postbus 511, 2003 PB te Haarlem. Het bezwaarschrift moet de naam en het adres vermelden van degene die bezwaar maakt, zijn ondertekend en de datum vermelden waarop het is opgesteld. In het bezwaarschrift moet ook worden aangegeven tegen welk besluit bezwaar wordt gemaakt en waarom het bezwaar wordt gemaakt. Door het indienen van het bezwaarschrift wordt dit besluit niet opgeschort. Bij een spoedeisend belang kan degene die een bezwaarschrift heeft ingediend een voorlopige voorziening vragen aan de voorzieningenrechter van de rechtbank, sector bestuursrecht, postbus 1621, 2003 BR te Haarlem. Bij het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening moeten griffierechten worden betaald.