Autorisatiebesluit Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ten behoeve van dienstonderdeel Logius in verband met de voorziening Mijn Overheid voor gemachtigden, Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Datum: 10 december 2015

Kenmerk: 2015-0000676416

In het verzoek van 30 oktober 2015, 2015-0000666452, heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verzocht om autorisatie voor de systematische verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen in verband met de goede werking van de voorziening MijnOverheid voor gemachtigden die geregistreerd staan in de voorziening DigiD Machtigen.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties:

de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ten behoeve van dienstonderdeel Logius in verband met de goede werking van de voorziening MijnOverheid voor gemachtigden die geregistreerd staan in de voorziening DigiD Machtigen;

b. de Wet BRP:

de Wet basisregistratie personen;

c. het Besluit BRP:

het Besluit basisregistratie personen;

d. de basisregistratie personen:

de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

e. de systematische verstrekking:

de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

f. de systeembeschrijving:

de systeembeschrijving, bedoeld in artikel 1 van het Besluit BRP;

g. de persoonslijst:

de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

h. de ingeschrevene:

de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

i. autorisatietabelregel:

de tabel ten behoeve van de systematische verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

j. de verstrekking van gegevens op verzoek:

de verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder c, van het Besluit BRP, waarbij het aantal personen waarover informatie wordt verstrekt per verzoek ten hoogste tien bedraagt;

k. de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens:

de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

l. DigiD:

het digitale authenticatiesysteem voor dienstverleners met een publieke taak, waarmee online de identiteit van burgers geverifieerd kan worden;

m. DigiD Machtigen:

gebruikers van digitale diensten met behulp van DigiD kunnen iemand machtigen die namens hen optreedt. Deze machtiging staat geregistreerd in DigiD Machtigen. Een gemachtigde kan de DigiD machtiging gebruiken om namens de volmachtgever bepaalde zaken met de overheid te regelen, danwel in te loggen bij MijnOverheid. De gemachtigde heeft via DigiD Machtigen alleen toegang tot de informatie die nodig is voor het afhandelen van een overheidsdienst;

n. MijnOverheid:

MijnOverheid biedt met behulp van DigiD toegang tot post, persoonlijke gegevens en lopende zaken bij een aantal overheidsdiensten. Een geregistreerde gemachtigde (in DigiD Machtigen) kan inloggen namens de volmachtgever bij MijnOverheid;

o. volmachtgever:

de ingeschrevene die met behulp van een elektronische machtiging geregistreerd in DigiD Machtigen toestemming verleent aan een ander om namens hem binnen MijnOverheid gebruik te maken van elektronische overheidsdienstverlening van een bepaalde overheidsinstelling;

p. gemachtigde:

de ingeschrevene die met behulp van een elektronische machtiging geregistreerd in DigiD Machtigen toestemming ontvangt van een ander om binnen MijnOverheid namens hem gebruik te maken van elektronische overheidsdienstverlening van een bepaalde overheidsinstelling.

Paragraaf 2. De verstrekking van gegevens op verzoek aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 2

  • 1. Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt op zijn verzoek een gegeven verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van een ingeschrevene, indien het een gegeven betreft dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

  • 2. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit indien de verstrekking van gegevens noodzakelijk is voor de uitvoering van de taak als bedoeld in artikel X van de Wet elektronisch berichtenverkeer belastingdienst en het verzoek is gericht op het verstrekken van gegevens over de volmachtgever.

  • 3. Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden geen gegevens verstrekt, indien een of meer van de gegevens waarvan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bij zijn verzoek gebruik heeft gemaakt, niet is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Paragraaf 3. Overige verstrekkingen aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 3

  • 1. Indien een verstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op grond van dit besluit een gegeven betreft dat op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek.

  • 2. Indien aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting, alsmede, voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, gegevens over de verificatie en de aanlevering van de verstrekte gegevens.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 4

  • 1. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.

  • 2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:

    • a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

    • b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

    • c. de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 5

Het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 31 oktober 2014, 2014-0000570863, wordt ingetrokken.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking op 15 december 2015 en werkt terug tot en met 1 november 2015.

Het besluit en de bijlagen bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

’s-Gravenhage, 10 december 2015

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE

Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.

RUBRIEK

OMSCHRIJVING

   

01

PERSOON

   

01.01.20

Burgerservicenummer persoon

01.02.10

Voornamen persoon

01.02.20

Adellijke titel/predicaat persoon

01.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

01.02.40

Geslachtsnaam persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

01.61.10

Aanduiding naamgebruik

   

05

HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP

   

05.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.02.40

Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.06.10

Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap

05.07.10

Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap

   

07

INSCHRIJVING

   

07.70.10

Indicatie geheim

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De verstrekking op verzoek

Een afnemer kan op verzoek een set gegevens van een persoonslijst verstrekt krijgen. In het autorisatiebesluit is opgenomen welke gegevens van welke categorieën personen mogen worden opgevraagd.

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen ondermeer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt. Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst van een niet-ingezetene, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie, voor zover die gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.

3. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Dit besluit is een autorisatiebesluit dat is genomen ten behoeve van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als verantwoordelijke voor het beheer van DigiD Machtigen en MijnOverheid.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is een overheidsorgaan. Logius is een baten-lastendienst en is een organisatieonderdeel van DGOBR van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (organisatiebesluit BZK 2012).

3.1. Taken van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor het beheer, de doorontwikkeling en het (stimuleren van) gebruik van generieke bouwstenen, afsprakenstelsels en standaarden ten behoeve van de rijksoverheid, decentrale overheden en (andere) instellingen ten behoeve van de uitvoering van een publieke taak dan wel het waarborgen van een publiek belang. Logius heeft met het oog daarop binnen de vigerende beleidskaders de volgende taak:

DigiD is het digitale authenticatiesysteem voor publieke dienstverleners, waarmee online de identiteit van burgers geverifieerd kan worden. Indien een derde namens een volmachtgever bepaalde zaken met de overheid wil regelen, danwel wil inloggen bij MijnOverheid dan is daarvoor een geregistreerde machtiging nodig. Deze machtiging staat geregistreerd in het systeem DigiD Machtigen. Het proces binnen DigiD Machtigen valt buiten het bestek van dit besluit.

MijnOverheid is aangewezen als voorziening die zorg draagt voor de inrichting, beschikbaarstelling, instandhouding, werking, beveiliging en betrouwbaarheid van het elektronisch berichtenverkeer en informatieverschaffing alsmede voor elektronische authenticatie en elektronische registratie van machtigingen als bedoeld in artikel X van de Wet elektronisch berichtenverkeer belastingdienst

De mogelijkheid dat burgers elkaar kunnen vertegenwoordigen en machtigen maakt deel uit van deze dienstverlening. Voor de goede werking van machtigingen binnen MijnOverheid is het cruciaal dat de identiteit van de volmachtgever voor de gemachtigde vaststaat en kenbaar is.

3.2. Wijzen van verstrekken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties krijgt de gegevens die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de hierboven beschreven taken op systematische wijze verstrekt uit de basisregistratie personen. De systematische verstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vindt plaats door middel van gegevensverstrekking op verzoek. Tot de doelgroep van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties behoren zowel ingezetenen als niet-ingezetenen.

De verstrekking van gegevens op verzoek aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mag op verzoek gegevens opvragen uit de basisregistratie personen. Het betreft de gegevens die zijn opgenomen in de bijlage. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mag uitsluitend gegevens opvragen over de persoonslijsten van de volmachtgever in de voorziening MijnOverheid.

3.3. Toelichting te verstrekken gegevens

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gebruikt het burgerservicenummer om koppelingen aan te leggen tussen de verschillende verstrekkingen die uit de basisregistratie personen worden ontvangen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft gegevens over huwelijk en geregistreerd partnerschap nodig voor het vaststellen van de juiste wijze van aanschrijven. Aan de hand van de gegevens “Datum sluiting”, “Aanduiding naamgebruik”, “Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner” en “Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap” kan de juiste aanschrijving worden bepaald.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft tevens de mogelijkheid het gegeven “07.70.10 Indicatie geheim” op te vragen. Met dit gegeven wordt aangeduid of een ingeschrevene de gemeente heeft verzocht om zijn of haar gegevens niet te verstrekken aan bepaalde derden. Indien dit het geval is, kan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aanvullende maatregelen treffen om de privacy van de ingeschrevene te waarborgen.

Voor de goede werking van machtigingen binnen MijnOverheid is het cruciaal dat de identiteit van de belanghebbende(n) voor de gemachtigde vaststaat en kenbaar is. De getoonde set gegevens dient ingeval van één gemachtigde en meerdere belanghebbenden -al dan niet met dezelfde familienaam- ook voldoende onderscheidend te zijn; opdat helder is wiens elektronische berichten de gemachtigde burger precies opvraagt in MijnOverheid. Om die reden is het noodzakelijk om de gegevens in de rubrieken inzake de naam of namen en de geboortedatum van de belanghebbende als identificerende gegevens op te vragen uit de Basisregistratie personen bij het burgerservicenummer van de verstrekker van de machtiging en deze gegevens te tonen aan gemachtigde.

4. Inlichtingenplicht

Teneinde de autorisatie actueel te houden dient de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

5. Wijzigingen

Met dit besluit wordt het autorisatiebesluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 31 oktober 2014, 2014-0000570863, ingetrokken.

Deze intrekking is het gevolg van een wijziging in de taken van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verband met de inwerkingtreding van de Wet elektronisch berichtenverkeer belastingdienst.

6. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens, www.rvig.nl.

Naar boven