Verkeersbesluit Parkeerverbodszone Archangel – Bohemen – Onega - Skönvikin Leerdam

Burgemeester en wethouders van Leerdam,

gelet op:

• de bepalingen in de Wegenverkeerswet 1994;

• de bepalingen van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990;

• de bepalingen van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer;

• de Algemene Wet Bestuursrecht;

• het Mandaat- en volmachtregister, behorende bij de Mandaat- en volmachtregeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Vijfheerenlanden van 23 januari 2018, waarbij het college de bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten heeft gemandateerd aan de verantwoordelijk medewerker team Ruimtelijke Ontwikkeling;

• gelet op artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) voor het plaatsen van deze verkeerstekens een verkeersbesluit vereist is;

• gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 het nemen van dit besluit strekt tot het verzekeren van de veiligheid op de weg en het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid ervan;

• gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 bij het nemen van dit besluit de vrijheid van het verkeer niet in geding komt, aangezien het wegvak bereikbaar blijft voor hulpdiensten;

overwegende dat:

• De Archangel – Bohemen – Onega en Skönvik gelegen zijn binnen de bebouwde kom van de kern Leerdam en in beheer zijn bij de gemeente Leerdam en vanaf januari 2019 in beheer van Gemeente Vijfheerenlanden;

• gelet op dit artikel het college van Burgemeester en Wethouders van Leerdam bevoegd is tot het nemen van verkeersbesluiten voor de genoemde wegen;

• Het ongewenst is te parkeren aan beide zijden van de straat buiten de vakken;

• Het ongewenst is te parkeren nabij kruisingen vanwege benodigde draairuimte en zicht op de kruising en daarmee een betere verkeersveiligheid;

• Het ongewenst parkeren fysieke hinder geeft voor het rijden waardoor onveilige uitwijkmanoeuvres nodig zijn waardoor hinder ontstaat voor andere weggebruikers en er meer aandacht nodig is voor de rijmanoeuvre ten kostte van aandacht voor overige rijdend verkeer;

• Het parkeren aan de weg, zeker voor hulpdiensten hinder betekent en de doorstroming op de wegen bij hulp bemoeilijkt. In zulke gevallen is haast geboden;

• Het ongewenst parkeren zichthinder geeft waardoor er minder overzicht is op de betreffende wegen;

• Het parkeren ongewenst is bij de in de zone liggende parkeervelden buiten de vakken. Rondrijden op de parkeervelden wordt door parkeren buiten de vakken gehinderd en bemoeilijkt de doorstroming op het parkeerterrein op drukke momenten;

• Het parkeren het uitrijden van parkeervakken op een aantal plaatsen onmogelijk maakt, zoals op de Skönvik;

• Het zonder zonebord niet eenvoudig is het ongewenste parkeren buiten de vakken naast het groen tegen te gaan;

• Het aantal te plaatsen borden en het aantal bestaande borden door dit besluit beduidend minder is. Daardoor zijn er minder beheerkosten voor deze niet –parkeren zone;

• Doordat er door dit besluit sprake is van een parkeerverbodszone is het merendeel van de parkeerverbodsborden niet meer nodig waardoor het ook de omgevingskwaliteit ten goede komt omdat veel palen met huidige parkeerverbodsborden niet meer nodig zijn;

• Het zonebord wordt halverwege de Bohemen herhaald;

• op grond van artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de politie;

• de politie een positief advies geeft op het verkeersbesluit;

besluiten:

• 1. tot het plaatsen van het zonale parkeerverbodsbord E01zb aan de Archangel vanaf de Horndijk aan weerszijden van de weg en op de Archangel vanaf de Narva aan weerszijden van de weg en op de Bohemen vanaf de Levanger zoals aangegeven op bijgaande tekening;

• 2. tot het plaatsen van het zonale einde parkeerverbodsbord E01zbe aan de Archangel vanaf de Horndijk aan weerszijden van de weg en op de Archangel vanaf de Narva aan weerszijden van de weg en op de Bohemen vanaf de Levanger zoals aangegeven op bijgaande tekening;

• 3. tot het plaatsen van het zonale parkeerverbodsbord E01zb met OB311 onderbord ‘’herhaling”” aan de Bohemen zoals aangegeven op bijgaande tekening.

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan iedereen wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken, hiertegen een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen. Dit moet dan gebeuren binnen zes weken na de dag waarop het besluit in de Staatscourant is geplaatst. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan het college van B&W van Leerdam, postbus 15, 4140 AA Leerdam. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en moet ten minste bevatten:

• 1. naam en adres van de indiener;

• 2. datum bezwaarschrift;

• 3. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt;

• 4. de gronden van het bezwaar.

Bij de president van de Arrondissementsrechtbank, binnen het rechtsgebied waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft, kan een verzoek om voorlopige voorziening (waaronder schorsing) worden ingediend. Een dergelijk verzoek kan pas worden gedaan als het bezwaarschrift is ingediend en onverwijlde spoed, gelet op het betrokken belang, dat vereist. Voor de behandeling het verzoek wordt een bedrag aan griffierecht geheven.

U kunt ook digitaal om een voorlopige voorziening verzoeken via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Aan het indienen van een verzoekschrift zijn kosten verbonden (griffierechten). Voor de hoogte van deze griffierechten kunt u contact opnemen met de griffie van de afdeling bestuursrecht van de rechtbank

Leerdam, 30 november 2018

Namens burgemeester en wethouders van Leerdam

S.E. Schrijvers

Verkeerskundige