M.e.r.-beoordelingsbesluit uitbreiding Madurodam

Logo 's-Gravenhage

 

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

 

gelet op artikel 7.16 en 7.17 van de Wet milieubeheer,

 

gelet op bijlage III van Richtlijn 85/337/EEG van 27 juni 1985,

 

overwegende dat:

 

  • -

    Madurodam BV een plan heeft ingediend voor de uitbreiding van Madurodam aan het George Maduroplein;

  • -

    het plan niet kan worden gerealiseerd binnen het vigerende planologische regime;

  • -

    er een nieuw bestemmingsplan wordt voorbereid om het plan te kunnen realiseren;

  • -

    op grond van het Besluit milieueffectrapportage (bijlage D, categorie D10) door de initiatiefnemer een m.e.r.-beoordeling is uitgevoerd voor deze ontwikkeling;

  • -

    de aanbevelingen uit hoofdstuk 5 van de m.e.r.-beoordeling worden overgenomen;

  • -

    de conclusie van de m.e.r.-beoordeling is dat belangrijke nadelige milieugevolgen kunnen worden uitgesloten;

  • -

    wij ons kunnen verenigen met deze conclusie.

 

besluit:

 

  • I.

    dat voor de uitbreiding van Madurodam en de daarvoor benodigde wijziging van het bestemmingsplan geen milieueffectrapportage hoeft te worden opgesteld. 

 

  • II.

    dat dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant en het gemeenteblad.

 

Den Haag, 6 november 2018

Het college van burgemeester en wethouders,

 

de secretaris,

Peter Hennephof

 

de burgemeester,

Pauline Krikke

Naar boven