Het wijzigen van het fietspad langs de Rivierdijk, Zwijnskade en de Sportlaan in een (brom)fietspad.

Logo Sliedrecht

 

Inleiding

Gelet op het Mandatenregister 2015 gemeente Sliedrecht waarin het college van burgemeester en wethouders deze bevoegdheid heeft gemandateerd aan de beleidsadviseur Infra en Groen, het betreft een bevoegdheid als genoemd in artikel 18, eerste lid, onder d. van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994);

Gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994;

Overwegingen ten aanzien van het besluit

dat met het verkeersbesluit wordt beoogd om de veiligheid op de weg te verzekeren;

dat de Tiendweg een (brom)fietspad is en dat deze aansluit op fietspaden langs de Rivierdijk en de Zwijnskade;

dat bromfietsers hierdoor van de rijbaan gebruik moeten maken;

dat de huidige verkeerslichtenregeling onvoldoende rekening houdt met afslaande bromfietsers van het bromfietspad Tiendweg richting de Zwijnskade;

dat het aanpassen van de verkeerslichtenregeling de efficientie en de geloofwaardigheid van de regeling aantast;

dat de bromfietsers op de Rivierdijk en de Zwijnskade uitkomen bij toe- en afritten van de A15;

dat hierdoor een risico is dat bromfietsers per ongeluk de Rijksweg oprijden.

dat de huidige overgang van het (brom)fietspad naar de rijbaan op een onlogische locatie zit, waardoor andere weggebruikers geen bromfietsers verwachten;

dat het voor de veiligheid van de bromfietsers wenselijk is dat zij ter hoogte van de toe- en afrit van de A15 van het (brom)fietspad gebruik mogen maken;

dat het wenselijk is dat ze veilig van het bromfietspad terug naar de rijbaan kunnen en vice versa;

dat de fietspaden langs de Rivierdijk en de Zwijnskade fietspaden in twee richtingen aan één zijde van de weg zijn;

dat bromfietsers hierdoor de rijbaan moeten oversteken om op het bromfietspad te komen;

dat het voor de verkeersveiligheid wenselijk is dat bromfietsers oversteken op een locatie waar een middengeleider en/of een zijweg is.

dat de meest logische oversteeklocaties voor bromfietsers zijn:

- middengeleider Rivierdijk ter hoogte van de Synagoge

- het kruispunt van de Sportlaan met het Trapezium

- de Zwijnskade direct ten noorden van de rotonde met de Sportlaan in Hardinxveld-Giessendam

- de Schapedrift direct ten oosten van de rotonde met de Sportlaan in Hardinxveld-Giessendam

- de Peulenlaan direct te oosten van de rotonde met de toe- en afrit van de A15 in Hardinxveld-Giessendam

dat het instellen van de bromfietspaden met Hardinxveld-Giessendam is afgestemd;

dat de gemeente Hardinxveld-Giessendam gelijktijdig een verkeersbesluit neemt ten behoeve van de wijzigingen op hun grondgebied;

dat krachtens artikel 15 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 er een verkeersbesluit dient te worden genomen voor de plaatsing van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

dat het verkeersbesluit aan de werkgroep verkeer is voorgelegd en dat deze hiermee kan instemmen;

dat het betreffende weggedeelte in beheer en onderhoud is bij de gemeente Sliedrecht;

dat overleg met de politie als bedoeld in artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen heeft plaatsgevonden en dat de politie zich in het voorstel kan vinden;

mede gelet op de bepalingen van het Reglement verkeersregels en verkeersteken 1990 (RVV 1990) en de overige bepalingen van het BABW en de WVW 1994.

BESLUIT

 

Tot het instellen van bromfietspaden op onderstaande locaties door het vervangen van de verkeersborden G11 door de borden G12a van bijlage 1 van het RVV 1990:

  • 1.

    Het fietspad aan de westzijde van de Rivierdijk tussen de Tiendweg en Rivierdijk 30;

  • 2.

    Het fietspad aan de westzijde van de Rivierdijk/Zwijnskade tussen de Tiendweg en de rotonde met de Sportlaan;

  • 3.

    Het fietspad aan de zuidzijde van de Sportlaan tussen het Trapezium en de rotonde Zwijnskade/Sportlaan;

  • 4.

    Tot het intrekken van alle eerder genomen tegenstrijdige verkeersbesluiten.

Sliedrecht, 17 oktober 2018

 

Namens Burgemeester en Wethouders van Sliedrecht,

De beleidsadviseur Infra en Groen,

 

 

H. Appeldooren

MEDEDELINGEN

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan door iedere belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na dag van bekendmaking bezwaar worden gemaakt. Het bezwaarschrift moet gericht worden aan: college van burgemeester en wethouders, postbus 16, 3360 AA Sliedrecht.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en het volgende te bevatten:

  • 1.

    naam en adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • 4.

    de gronden van het bezwaar.

Het indienen van een bezwaarschrift houdt de werking van het besluit niet tegen. In spoedeisende gevallen kunt u de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam, verzoeken een voorlopige voorziening te treffen.

Voor de behandeling van het een verzoek om voorlopige voorziening brengt de Rechtbank griffierecht in rekening.

Naar boven