Besluit van 27 augustus 2018, nr. 2018001468 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Lingewaard krachtens artikel 78 van de onteigeningswet (onteigeningsplan N839 Bemmel-Huissen (gemeente Lingewaard))

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Ingevolge de artikelen 77 en 78 van de onteigeningswet kan worden onteigend voor de uitvoering van een inpassingsplan.

Het verzoek tot aanwijzing ter onteigening

Provinciale Staten van Gelderland (hierna verzoeker) hebben Ons bij besluit van 31 januari 2018, PS2017-762 verzocht, om ten name van de provincie Gelderland over te gaan tot het aanwijzen ter onteigening van de onroerende zaken in de gemeente Lingewaard, begrepen in het onteigeningsplan N839 Bemmel-Huissen (gemeente Lingewaard). De onroerende zaken zijn nodig voor de uitvoering van het inpassingsplan N839 Bemmel-Huissen (gemeente Lingewaard).

Gedeputeerde Staten van Gelderland hebben bij brief van 12 februari 2018, kenmerk 2014-006826 het verzoek aan Ons ter besluitvorming voorgedragen.

Bij brief van 29 mei 2018 2018, kenmerk 2014-006826 heeft Gedeputeerde Staten van Gelderland Ons te kennen gegeven wegens minnelijke eigendomsverkrijging niet langer prijs te stellen op voortzetting van de onteigeningsprocedure voor de onroerende zaken met de grondplannummers 04.01.01, 04.01.02, 7.1 en 07.02. Omdat de noodzaak van onteigening voor deze grondplannummers hiermee is komen te vervallen, zullen Wij deze niet ter onteigening aanwijzen. In de bij dit besluit behorende lijst van te onteigenen onroerende zaken is hiermee rekening gehouden.

Planologische grondslag

De onroerende zaken die in het onteigeningsplan zijn begrepen, zijn gelegen in het inpassingsplan N839 Bemmel-Huissen (gemeente Lingewaard), verder te noemen: het inpassingsplan. Het inpassingsplan is op 28 juni 2017 vastgesteld door provinciale staten van Gelderland. Tegen dit besluit zijn beroepen ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waardoor het inpassingsplan nog niet onherroepelijk is.

Omdat het inpassingsplan ten tijde van dit aanwijzingsbesluit nog niet onherroepelijk is, zullen Wij aan dit besluit voorwaarden verbinden die zien op het tijdstip waarop een dagvaarding ingevolge artikel 18 van de onteigeningswet kan worden uitgebracht en op het tijdstip van het vervallen van dit besluit.

Aan de onroerende zaken zijn de onderscheiden bestemmingen Verkeer (V), Water (WA) en Natuur (N) en de dubbelbestemmingen Leiding – Gas (L-G), Waterstaat – Waterstaatkundige functie (WS-WS), Waarde – Archeologie 2 (WR-A2) en Waarde – Archeologie 3 (WR-A3) toegekend.

Toepassing uniforme openbare voorbereidingsprocedure

Overeenkomstig artikel 78, tweede lid, van de onteigeningswet en artikel 3:11, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) hebben het ontwerp koninklijk besluit en de in artikel 79 van de onteigeningswet bedoelde stukken vanaf 5 april 2018 tot en met 16 mei 2018 in de gemeente Lingewaard en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage gelegen.

Overeenkomstig artikel 3:12 van de Awb heeft de burgemeester van Lingewaard van het ontwerp koninklijk besluit en van de terinzagelegging van de onteigeningsstukken op 4 april 2018 openbaar kennis gegeven in het gemeente Nieuws. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Onze Minister) heeft van het ontwerp koninklijk besluit en van de terinzagelegging van de onteigeningsstukken openbaar kennis gegeven in de Staatscourant van 4 april 2018, nr. 17546.

Verder heeft Onze Minister het ontwerp koninklijk besluit overeenkomstig artikel 3:13 van de Awb, voorafgaand aan de terinzagelegging toegezonden aan belanghebbenden, waaronder de verzoeker. Daarbij zijn de belanghebbenden gewezen op de mogelijkheid om schriftelijk of mondeling zienswijzen over het ontwerpbesluit naar voren te brengen en op de mogelijkheid over de zienswijzen te worden gehoord.

Overwegingen

Noodzaak en urgentie

Op 8 maart 2017 heeft de toenmalige Minister van Infrastructuur en Milieu het Tracébesluit A12/A15 Ressen – Oudbroeken (project ViA15) vastgesteld. Dit besluit maakt de doortrekking mogelijk van de rijksweg A15 (hierna: A15) vanaf Bemmel tot de rijksweg A12 (hierna: A12) tussen Duiven en Zevenaar en regelt de verbreding van de A12 tussen Duiven en het knooppunt Oud-Dijk.

Het project ViA15 heeft onder meer gevolgen voor de infrastructuur tussen de kernen van Bemmel en Huissen. In de huidige situatie gaat de A15 vanaf het knooppunt Ressen in oostelijke richting door als éénbaans autosnelweg. Deze weg, aangeduid als de N15, eindigt ten noorden van Bemmel bij de aansluiting met de provinciale weg N839, die Bemmel en Huissen met elkaar verbindt. Verkeer vanaf de N15 kan de N839 in noordelijke richting volgen naar Huissen. In zuidelijke richting kan verkeer vanaf de N15 de N839 volgen naar Bemmel en verder. De N839 wordt gebruikt door zowel snel- als langzaam verkeer en door landbouwvoertuigen en de Rijnwaal-sprinter. Dit is de Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) verbinding tussen Arnhem en Nijmegen.

Het hiervoor genoemde tracébesluit voorziet erin dat de N15 vanaf het knooppunt Ressen tot aan de aansluiting met de provinciale weg N839 wordt omgebouwd tot autosnelweg. Vanaf de aansluiting wordt de A15 vervolgens in oostelijke richting doorgetrokken en aangesloten op de A12 tussen Duiven en Zevenaar. De N839 behoudt in de nieuwe situatie zijn aansluiting op de A15. De aansluiting wordt in het kader van het ViA15-project echter aangepast en opnieuw aangesloten op de omgebouwde/doorgetrokken A15. De ombouw en doortrekking van de A15 en aanpassing van de aansluiting zal een toename van de verkeersintensiteit op de N839 tot gevolg hebben. Er zal meer verkeer over de N839 gaan rijden van en naar de A15. De N839 heeft onvoldoende capaciteit om deze toename in de toekomst vlot en veilig te kunnen verwerken, waardoor knelpunten zullen ontstaan op het vlak van de doorstroming van het verkeer en de verkeersveiligheid.

De doorstroming en verkeersveiligheid komt in het gedeelte van de N839-Karstraat (richting Huissen) met name in het gedrang bij de kruising met de Baalsestraat en Karstraat/Dikelsestraat. Dit is een voorrangskruispunt (verkeer op de N839 heeft voorrang) en op de N839 geldt een maximumsnelheid van 80 km/uur. Vanuit de Baalsestraat en Karstraat/Dikelsestraat is de N839 bij een dergelijke snelheid niet goed oversteekbaar. Dit zal zeker bij een toename van het verkeer op de N839 leiden tot lange wachtrijen en wachttijden voor het verkeer op de genoemde zijwegen. Verkeer dat vanaf deze wegen de N839 op wil rijden, moet gebruik maken van hiaten tussen de motorvoertuigen op de N839. Het risico hierbij is dat verkeer vanuit de zijwegen bij te lange wachttijden, kortere hiaten accepteert en begint op te rijden. In combinatie met de maximumsnelheid van 80 km/uur op de N839 vormt dit een veiligheidsknelpunt.

De verkeerstoename in het gedeelte van de N839/Van Elkweg (richting Bemmel), tussen de aansluiting met de N15 en het kruispunt met de Papenstraat, kan op lange termijn (2033) tot meer congestie op de N839 leiden. Bij de geschatte verkeersaantallen kan gedurende de spits een langere langzaam rijdende file ontstaan die gedurende de dag kan aanhouden. De wegvakken van de N839 direct aansluitend op de A15 zullen in het kader van het project ViA15 robuust worden aangelegd met voldoende rijstroken. Zonder maatregelen zal er op aansluitende gedeelte van de N839 richting Bemmel sprake zijn van opstoppingen.

De provincie Gelderland wil dat de stadsregio Arnhem-Nijmegen goed bereikbaar blijft. Een duurzame, toekomstvaste en samenhangende verkeersstructuur is dan ook van groot belang. De provincie zal de N839 daarom direct aansluitend aan het project ViA15 in zowel noordelijke als zuidelijke richting aanpassen. Deze aanpassing zorgt voor een vlotte en veilige doorstroming van het verkeer. Door de planvorming van en investeringen in het provinciale wegennet op te pakken in samenhang met het project ViA15 wordt een meerwaarde bereikt op het gebied van veiligheid en ruimtelijke kwaliteit. Op die manier wordt ook de periode van verkeershinder tijdens de werkzaamheden beperkt. Het hoofdwegennet én het onderliggende (provinciale) wegennet worden zodanig vormgegeven dat deze voldoende robuust zijn om het verkeer in dit deel van Gelderland in de toekomst in goede en veilige banen te leiden.

In de door de verzoeker om onteigening gewenste wijze van planuitvoering wordt inzicht verschaft door het inpassingsplan N839 Bemmel – Huissen (gemeente Lingewaard) met de daarbij behorende planregels, toelichting en verbeelding, als ook door de zakelijke beschrijving en de aanvullende tekeningen behorende bij het onteigeningsplan.

Om de werken en werkzaamheden ter uitvoering van het inpassingsplan tijdig te kunnen realiseren, wenst de provincie Gelderland de eigendom, vrij van lasten en rechten, te verkrijgen van de in het onteigeningsplan begrepen onroerende zaken.

De verzoeker heeft met de eigenaren overleg gevoerd om deze onroerende zaken minnelijk in eigendom te verkrijgen. Dit overleg heeft vooralsnog niet tot (volledige) overeenstemming geleid. Omdat het ten tijde van het verzoek naar het oordeel van de verzoeker niet aannemelijk was dat het overleg op afzienbare termijn tot vrijwillige eigendomsoverdracht zou leiden, hebben de Provinciale Staten van Gelderland tot het onteigeningsverzoek besloten, om de tijdige verwezenlijking van het inpassingsplan zeker te stellen.

Uit de Ons bij het verzoek overgelegde zakelijke beschrijving blijkt dat verzoeker bezig is met de contractvoorbereiding voor de uitvoering van het werk. Er zal echter niet eerder met de aanbesteding van het werk worden gestart, dan nadat alle cruciale gronden in bezit zijn.

De planning is erop gericht om eind 2018 te starten met de realisering van het werk en om het werk medio 2020 gereed te hebben. Gelet op het voorgaande is dit onder voorbehoud van het tijdig beschikbaar zijn van de benodigde gronden. Lukt het niet om de gronden minnelijk te verwerven, dan verwacht verzoeker deze half 2019 door gerechtelijke onteigening in bezit te verkrijgen. Zodra dat het geval is zal de provincie direct starten met de aanleg van het werk. De aanleg ongeveer neemt maximaal anderhalf jaar in beslag. Het streven is er in dat geval op gericht om het werk eind 2020 gereed te hebben. Daarmee is aannemelijk dat zal worden voldaan aan de door Ons voor de aanvang van de werken en werkzaamheden gehanteerde termijn van ten hoogste vijf jaar na de datum van dit aanwijzingsbesluit.

Zienswijzen

Binnen de bedoelde termijn zijn geen zienswijzen naar voren gebracht.

Overige overwegingen

Uit de bij het verzoek overgelegde stukken blijkt, dat de in het onteigeningsplan begrepen onroerende zaken bij de uitvoering van het inpassingsplan niet kunnen worden gemist.

Ons is niet gebleken van feiten en omstandigheden die overigens de toewijzing van het verzoek in de weg staan. Het moet in het belang van een goede ruimtelijke ontwikkeling worden geacht dat de provincie Gelderland de vrije eigendom van de door Ons ter onteigening aan te wijzen onroerende zaken verkrijgt.

Wij zullen, gelet op het hierboven gestelde, het verzoek van Provinciale Staten van Gelderland tot het nemen van een besluit krachtens artikel 78, eerste lid, van de onteigeningswet gedeeltelijk toewijzen.

BESLISSING

Gelet op de onteigeningswet,

op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 8 juni 2018, nr. RWS-2018/19500, Rijkswaterstaat Corporate Dienst;

gelezen het besluit van Provinciale Staten van Gelderland van 31 januari 2018, nummer PS2017-762;

gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van Gelderland van 12 februari 2018, kenmerk 2014-006826;

gelezen de brief van Gedeputeerde Staten van Gelderland van 29 mei 2018, kenmerk 2014-006826;

de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, advies van 18 juli 2018, no.W04.18.0138/I;

gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 20 augustus 2018, nr. RWS-2018/29280, Rijkswaterstaat Corporate Dienst.

Hebben Wij goedgevonden en verstaan:

Voor de uitvoering van het inpassingsplan N839 Bemmel – Huissen (gemeente Lingewaard) van de provincie Gelderland ten name van die provincie ter onteigening aan te wijzen de onroerende zaken, aangeduid op de grondtekeningen die ingevolge artikel 78 van de onteigeningswet in de gemeente Lingewaard en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage hebben gelegen en die zijn vermeld op de bij dit besluit behorende lijst.

Dit onder de voorwaarden dat niet zal worden overgegaan tot dagvaarding als bedoeld in artikel 18 van de onteigeningswet, vóórdat het inpassingsplan onherroepelijk zal zijn met betrekking tot de in het onteigeningsplan begrepen onroerende zaken en dat dit aanwijzingsbesluit vervalt, indien het besluit tot vaststelling van het inpassingsplan met betrekking tot die onroerende zaken in beroep zal worden vernietigd.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Afdeling advisering van de Raad van State.

Wassenaar, 27 augustus 2018

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

LIJST VAN DE TE ONTEIGENEN ONROERENDE ZAKEN

ONTEIGENINGSPLAN: N839 BEMMEL – HUISSEN (GEMEENTE LINGEWAARD)

VERZOEKENDE INSTANTIE: PROVINCIE GELDERLAND

 

Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Bemmel

Grondplan

nr.

Te onteigenen

grootte

Als

Ter grootte

van

Sectie

en nr.

Ten name van

ha

a

ca

ha

a

ca

01.01

00

00

55

Terrein (grasland)

02

22

05

L 552

Elk ½ eigendom:

Jan Hendrik de Raadt, Ede;

Wilhelmina Sandrina de Raadt, Deventer.

                   

02.01.01

00

07

34

Terrein (Teelt – Kweek)

03

50

60

L 430

De Pastorie Der Hervormde gemeente Van Bemmel, Amersfoort, zetel: Bemmel.

02.01.02

00

00

23

02.01.03

00

02

10

                   

03.01

00

72

22

Terrein (akkerbouw)

17

01

55

L 887

Wilhelmina Catharina Johanna Bosman, gehuwd met Herman Augustinus Elisabeth van den Berg, Bemmel.

Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel:

De Staat (Rijksvastgoedbedrijf), ’s-Gravenhage.

                   

03.02

00

57

01

Terrein (akkerbouw)

07

83

25

L280

Wilhelmina Catharina Johanna Bosman, gehuwd met Herman Augustinus Elisabeth van den Berg, Bemmel.

Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel:

Gasunie Transport Services B.V., Groningen (2x).

                   

03.03

00

32

21

Terrein (akkerbouw)

04

34

65

L 875

Wilhelmina Catharina Johanna Bosman, gehuwd met Herman Augustinus Elisabeth van den Berg, Bemmel.

Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel:

Gasunie Transport Services B.V., Groningen.

                   

06.01

00

08

68

Terrein (akkerbouw)

04

82

65

L 874

Hermina Maria Elisabeth Mathea van den Berg, Haalderen.

Zakelijk recht als bedoeld in art. 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht:

Liander Infra N.V., Arnhem.

Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel:

Gasunie Transport Services B.V., Groningen.

Naar boven