Verkeersbesluit parkeerverbodszone Molenstraat e.o.

Logo Den Helder

AU18.07211/R&E

college van Burgemeeser en Wethouders van Den Helder

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Burgemeester en wethouders van Den Helder zijn op grond van artikel 18, eerst lid onder d van de Wegenverkeerswet 1994 bevoegd tot het nemen van dit verkeersbesluit.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

De Molenstraat, tussen de Spoorstraat en de Breewaterstraat, wordt heringericht. Daarbij worden langs de oostelijke zijde van de straat een aantal locaties met parkeervakken aangelegd. Het aantal aan te leggen parkeervakken komt overeen met het aantal plekken waar geparkeerd kon worden in de oude situatie, vóór de herinrichting. Op de overige delen van de straat waar geen parkeervakken worden gerealiseerd zijn uitritten van garages gelegen. Het is niet wenselijk dat hier geparkeerd wordt. Dit geldt ook voor de westelijke zijde van de Molenstraat. De breedte van de rijbaan is dermate smal dat een aldaar geparkeerde auto de doorgang voor het overige gemotoriseerde verkeer belemmerd. Dit geldt ook voor de verbindingsstraatjes naar de Westgracht, plaatselijk bekend als de Breewaterstraat en de 1e en 2e Molendwarsstraat.

Om het parkeren buiten de aangegeven parkeervakken tegen te gaan is het wenselijk om

- de Molenstraat, tussen de Spoorstraat en de Breewaterstraat;

- de Breewaterstraat, tussen de Westgracht en de Molenstraat;

- de 2e Molendwarsstraat;

- de 1e Molendwarsstraat

aan te wijzen als parkeerverbodszone. Deze zone sluit daarmee aan op de in 2013 ingestelde parkeerverbodszone in de Beatrixstraat en omgeving. Beide zones vormen zo één grote parkeerverbodszone.

Vereisten van besluit

Op grond van artikel 15, eerst lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Motivering

Uit het oogpunt van:

het verzekeren van de veiligheid op de weg; het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.zoals bedoeld in artikel 2 van de Wegenverkeerswet, is het gewenst om (verkeersmaatregel beschrijven).

Advies politie en wegbeheerder

Overeenkomstig artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het wegverkeer is overleg gepleegd met de door de korpschef van de nationale politie gemachtigde verkeersadviseur. Deze heeft positief geadviseerd.De genoemde wegen en weggedeelten in beheer zijn bij de gemeente Den Helder.

BESLUIT

Op grond van vorenstaande overwegingen besluit het college van Burgemeester en Wethouders:

1. door plaatsing van bord E1 van bijlage 1 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, met bovenborden met de tekst “zone”,

- de Molenstraat, tussen de Spoorstraat en de Breewaterstraat;

- de Breewaterstraat, tussen de Westgracht en de Molenstraat;

- de 2e Molendwarsstraat;

- de 1e Molendwarsstraat

aan te wijzen als parkeerverbodszone.

2. bovenstaande maatregel wordt uitgevoerd conform de onderstaande situatieschets.

Parkeerverbodszone, groen = bestaand, rood = nieuw

Den Helder 28 juni 2018

Burgemeester en Wethouders van Den Helder

Namens deze,

H. Kaag - van der Boon

de manager van de afdeling Ruimte en Economie

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Indien een belanghebbende meent, door dit besluit rechtstreeks in zijn/haar belang te worden getroffen dan kan bezwaar worden aangetekend bij het college van Burgemeester en Wethouders. In dat geval moet belanghebbende binnen zes weken openbare kennisgeving van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen.

Voor het indienen van het bezwaarschrift geldt onder meer als eis dat het tenminste bevat:

a. naam en adres van de belanghebbende;

b. de dagtekening;

c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

d. de gronden van het bezwaar.

Het indienen van een bezwaarschrift schorst niet de werking van het besluit.

Wanneer belanghebbende van oordeel is dat gelet op de in deze zaak betrokken belangen onverwijlde spoed een voorlopige beslissing op korte termijn vereist, kan belanghebbende gelijktijdig met het bezwaarschrift op grond van artikel 8:81 Algemene Wet Bestuursrecht een verzoek daartoe indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, Postbus 1621, 2003 BR Haarlem. Voor de behandeling door de Voorzieningenrechter van het verzoek van belanghebbende tot het treffen van een voorlopige voorziening zijn griffierechten verschuldigd. Zie ook: www.rechtspraak.nl.

]

Naar boven