Samenwerkingsprotocol Commissariaat voor de Media en Commissie Integriteit Publieke Omroep

Partijen,

Commissariaat voor de Media en de Commissie Integriteit Publieke Omroep,

Overwegen het volgende:

  • dat het Commissariaat voor de Media (Commissariaat) op grond van artikel 7.11 van de Mediawet 2008, belast is met de handhaving van onder meer het bepaalde in artikel 2.142a en 2.178 van de Mediawet 2008;

  • dat de Commissie Integriteit Publieke Omroep (CIPO) als een door de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep (NPO) ingestelde commissie toeziet op de naleving van de in het kader van zelfregulering en op basis van artikel 2.3, derde lid, aanhef en onder f, van de Mediawet 2008 opgestelde Governancecode Publieke Omroep;

  • dat op grond van artikel 2.142a, eerste lid, van de Mediawet 2008 eisen worden gesteld aan het dagelijks bestuur en het toezichthoudend orgaan van onder meer de NPO en de landelijke publieke media-instellingen;

  • dat op grond van artikel 2.142a, tweede lid, van de Mediawet 2008 de NPO en de landelijke publieke media-instellingen de aanbevelingen uit de Governancecode Publieke Omroep zoveel mogelijk dienen te volgen;

  • dat de op de Mediawet 2008 gebaseerde Beleidsregels governance en interne beheersing in belangrijke mate overeenkomen met de hierop betrekking hebbende aanbevelingen uit de Governancecode Publieke Omroep;

  • dat de Beleidsregels governance en interne beheersing en de Governancecode Publieke Omroep naast elkaar bestaan en ook ieder een eigen functie hebben

  • dat de Beleidsregels governance en interne beheersing verwoorden welke verantwoordelijkheden en verantwoordingplichten het bestuur en het toezichthoudend orgaan hebben op grond van de Mediawet 2008, terwijl de Governancecode Publieke Omroep (mede) op die punten praktische aanbevelingen geeft;

  • dat er bij de uitoefening van de wettelijke bevoegdheden door het Commissariaat en de op de Governancecode Publieke Omroep gebaseerde bevoegdheden van CIPO raakvlakken bestaan en dat de in de Mediawet 2008 voorziene taakverdeling de mogelijkheid van enige overlap van bevoegdheden niet uitsluit;

  • dat als de NPO en de landelijke publieke media-instellingen nauwgezet de Governancecode Publieke Omroep naleven, zij in de regel ook voldoen aan de betrokken passages van de Beleidsregels governance en interne beheersing;

  • dat als uit eigen bureauonderzoek van het Commissariaat of uit onderzoek naar aanleiding van andere signalen blijkt dat de NPO en de landelijke publieke media-instellingen niet overeenkomstig de Beleidsregels governance en interne beheersing handelen, dit voor het Commissariaat aanleiding kan vormen om op te treden;

  • dat een goede samenwerking tussen het Commissariaat en CIPO een efficiënte en doelgerichte vervulling van de aan hen opgedragen taken bevordert.

Spreken het volgende af:

HOOFDSTUK 1 DOEL VAN HET SAMENWERKINGSPROTOCOL

Artikel 1

Het doel van dit samenwerkingsprotocol is om algemene uitgangspunten voor samenwerking vast te leggen, evenals afspraken over de uitwisseling van informatie tussen het Commissariaat en CIPO ten behoeve van de uitvoering van hun taken.

HOOFDSTUK 2 ALGEMENE UITGANGSPUNTEN SAMENWERKING

Artikel 2

Het Commissariaat en CIPO spannen zich in elkaar zoveel mogelijk te ondersteunen en te versterken door samen te werken in situaties waarin de samenwerking de effectiviteit van het toezicht van een of beide organisatie(s) versterkt.

Artikel 3

Het Commissariaat en CIPO kunnen nadere werkafspraken maken ter uitvoering van dit samenwerkingsprotocol.

Artikel 4

Het Commissariaat en CIPO hebben in beginsel één keer per jaar een bestuurlijk overleg over de in dit protocol geregelde samenwerking en relevante aangelegenheden.

Artikel 5

  • 1. Het Commissariaat en CIPO hebben in beginsel twee keer per jaar een ambtelijk overleg.

  • 2. Het Commissariaat en CIPO zullen daarnaast wanneer de situatie dat naar het oordeel van partijen vereist, ad-hoc overleg voeren.

Artikel 6

Het Commissariaat en CIPO benoemen ieder vanuit hun organisatie een contactpersoon die het aanspreekpunt is voor verdere uitwerking en toepassing van hetgeen is afgesproken in dit samenwerkingsprotocol.

HOOFDSTUK 3 INFORMEREN EN INFORMATIEVERSTREKKING

Artikel 7

Het Commissariaat en CIPO spannen zich in elkaar zoveel mogelijk te informeren over aangelegenheden en signalen die van belang kunnen zijn voor de uitoefening van de taken van de andere partij, voor zover wettelijke bepalingen en de effectiviteit van (handhavings)optreden hieraan niet in de weg staan.

Artikel 8

Het Commissariaat en CIPO zien erop toe dat de door de andere partij verstrekte gegevens en inlichtingen uitsluitend worden gebruikt voor het doel waarvoor deze zijn verstrekt. Door de verzoekende partij wordt per geval aangegeven voor welk doel informatie wordt gevraagd.

HOOFDSTUK 4 SAMENWERKING IN HET KADER VAN GOVERNANCE

Artikel 9

Het Commissariaat en CIPO streven naar zoveel mogelijk eenduidigheid in opvattingen en interpretaties en naar zoveel mogelijk synergie in de praktische toepassing van de Beleidsregels governance en interne beheersing en de Governancecode Publieke Omroep.

Artikel 10

Indien bij overlap van bevoegdheden het Commissariaat voornemens is gebruik te maken van zijn wettelijke bevoegdheden of CIPO voornemens is gebruik te maken van zijn bevoegdheden op grond van de Governancecode Publieke Omroep, stelt het Commissariaat dan wel CIPO de andere partij hiervan op de hoogte en stemmen partijen onderling hun optreden zoveel mogelijk af.

Artikel 11

Het Commissariaat en CIPO zullen degene die bij hen een aangelegenheid aankaart die onder de bevoegdheid van de andere partij valt, en waarbij geen sprake is van overlap, naar de andere partij verwijzen.

HOOFDSTUK 5 SLOTBEPALINGEN

Artikel 12

Na twee jaar, of eerder indien daartoe aanleiding bestaat, wordt dit samenwerkingsprotocol en de uitvoering daarvan door het Commissariaat en CIPO gezamenlijk geëvalueerd. Hierbij wordt in het bijzonder gekeken naar de praktische werkbaarheid van hetgeen in het samenwerkingsprotocol is vastgelegd en de wenselijkheid om dit samenwerkingsprotocol aan te passen of aan te vullen met in de praktijk gebleken nuttige werkafspraken.

Artikel 13

Dit samenwerkingsprotocol treedt in plaats van het samenwerkingsprotocol tussen Commissariaat en CIPO van 16 juni 2015.

Artikel 14

Dit samenwerkingsprotocol wordt in de Staatscourant geplaatst.

Artikel 15

Dit samenwerkingsprotocol treedt in werking met ingang van de dag na publicatie ervan in de Staatscourant.

Aldus ondertekend te Hilversum, 14 december 2017

Commissariaat voor de Media, namens deze M. de Cock Buning voorzitter

CIPO namens deze L. van Halder voorzitter

Naar boven